Samenvatting: Praktisch Internationaal Recht | 9789001807900 | M S Beck Soeliman, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Praktisch internationaal recht | 9789001807900 | M.S. Beck-Soeliman; G.J.W.M. Kipping

• 1 Kennismaking met het internationaal recht

  Dit is een preview. Er zijn 51 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is de definitie van het internationaal publiekrecht?

  Het geheel van internationale rechtsregels die publiekrechtelijke rechtsbetrekkingen regelen tussen internationale rechtssubjecten.

• Wat zijn de kenmerken van de internationale rechtsorde?

  - Decentraal karakter
  - Horizontaal karakter
  - Grote invloed van politieke factoren

• Wat houdt de samenloop van internationaal publiekrechtelijke bronnen in?

  Een gewoonterechtelijke regel kan worden opgenomen in een verdrag.

• Hoe kunnen verdragen worden geïnterpreteerd?

  - Objectieve methode: betekenis volgens het normale spraakgebruik
  - Subjectieve methode: kijkt naar de context
  - Teleologische methode: de doelstelling van verdragen 
  - A-contrario: op grond van tegenstelling
  - Analogie: vergelijkbare situatie

• Wat zijn de rechtssubjecten die afhankelijk zijn van een staat?

  - Bevrijdingsbewegingen
  - De-factoregeringen/regimes
  - Internationale organisaties
  - Natuurlijke personen
  - Rechtspersonen: NGO's + multinationals
  - Het volk 

• Wat is de oprichtingsverdrag van het internationaal Strafhof?

  Het Statuut ISH

• Wat is het doel van de Europese Unie?

  Economische integratie

• Aan welke staten komt het vetorecht toe?

  Vetorecht is toebedeelt aan de permanente leden.

• 1.1 Wat is internationaal recht?

  Dit is een preview. Er zijn 51 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wie is Hugo de Groot en hoe noem je de gedachten die hij uitsprak?

  Internationaal bekend als Grotius  stelde dat natuurrecht onafhankelijk van god zou bestaan. Rechtsbeginselen zoals het internationaal recht zouden worden ontleend aan universele waarden. Bijvoorbeeld: de zee zou aan niemand specifiek toebehoren, maar aan iedereen. Deze gedachte noemen we ook wel: de vrije zee of mare liberum.

• De internationale rechtsorde zijn met name staten,  zijn zelfstandig bevoegd souverein om rechtsbetrekkingen met elkaar aan te gaan, hoe wordt dit vastgelegd?

  Vastgelegd in verdragen