Winst is winst - Vaste en variabele kosten - Het aanbod van goederen
3 belangrijke vragen over Winst is winst - Vaste en variabele kosten - Het aanbod van goederen
9. In 2016 stijgt de koopkracht van de consumenten in Groenenwijk, waardoor zij meer bloemen gaan kopen en de prijs van een bos bloemen stijgt.
a. Veroorzaakt de koopkrachtstijging bij de consumenten een verschuiving van of langs de aanbodlijn van bloemen? Verklaar je antwoord.
b. In 2017 heeft een deel van de bloemenkwekers een misoogst, waardoor het aanbod fors daalt. Veroorzaakt de misoogst een verschuiving van of langs de aanbodlijn van bloemen? Verklaar je antwoord.
A. Dit veroorzaakt een verschuiving van de aanbodlijn, omdat door de toenemende vraag de kwekers meer gaan aanbieden om meer te verdienen aangezien de prijs van een bos bloemen sterk stijgt.
B. De misoogst veroorzaakt een verschuiving van de aanbodlijn, omdat alleen de aanbod wordt verminderd en daardoor alleen de aanbodlijn verschuift.
B. De misoogst veroorzaakt een verschuiving van de aanbodlijn, omdat alleen de aanbod wordt verminderd en daardoor alleen de aanbodlijn verschuift.
10. Lees bron 4. Geef een voorbeeld van vaste kosten bij visser Schols.
b. Geef een voorbeeld van variabele kosten bij visser Schols.
c. Bereken de totale winst van visser Schols voor de vangstbeperking.
d. Veroorzaakt de vangstbeperking een verschuiving van de aanbodlijn van kabeljauw naar links of naar rechts? Verklaar je antwoord.
e. Bereken de totale winst van visser Schols na de vangstbeperking.
f. Als gevolg van de dure kabeljauw worden nieuwe vissoorten aangeboden. Sommige consumenten vervangen de kabeljauw op hun bord door een nieuwe vissoort. Wat is het gevolg voor de prijs van kabeljauw? Verklaar je antwoord.
A. Scheepkosten.
B. Brandstof voor de schepen.
C. TO = €5 x 100.000 = €500.000
TK = €1,50 x 100.000 = €150.000 + €300.000 = €450.000
TW = €500.000 - €450.000 = €50.000
D. De aanbodlijn verandert naar links, want hij mag minder aanbieden.
E. TO = €8 x 40.000 = €320.000
TK = €1.25 x 40.000 = €50.000 + €250.000 = €300.000
TW = €320.000 - €300.000 = €20.000
F. Door de komst van nieuwe vissoorten word de vraag naar kabeljauw minder. Als gevolg hiervan daalt de prijs van kabeljauw.
B. Brandstof voor de schepen.
C. TO = €5 x 100.000 = €500.000
TK = €1,50 x 100.000 = €150.000 + €300.000 = €450.000
TW = €500.000 - €450.000 = €50.000
D. De aanbodlijn verandert naar links, want hij mag minder aanbieden.
E. TO = €8 x 40.000 = €320.000
TK = €1.25 x 40.000 = €50.000 + €250.000 = €300.000
TW = €320.000 - €300.000 = €20.000
F. Door de komst van nieuwe vissoorten word de vraag naar kabeljauw minder. Als gevolg hiervan daalt de prijs van kabeljauw.
3. Lees bron 1. Bereken de kosten van Facebook in het eerste kwartaal van 2013.
b. Hoe kun je uit bron 1 afleiden dat de kosten van Facebook in 2012 sneller zijn gestegen dan de omzet?
a. Kosten = omzet - winst = €1,46 miljard - €219 miljoen = €1.241.000.000.
b. Door goed de tekst te lezen.
b. Door goed de tekst te lezen.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
