De vraaglijn - De aanbodlijn - Het marktevenwicht

5 belangrijke vragen over De vraaglijn - De aanbodlijn - Het marktevenwicht

6. In vraag 1c en 4c heb je de markt van Replay-spijkerbroeken getekend. Bereken de evenwichtsprijs door de vraagfunctie gelijk te stellen aan de aanbodfunctie.

50P - 1..500, -50P + 4000
100P = 5.500
P = 5.500 : 100 = €55
De evenwichtsprijs is dus €55.  

7. Gegeven:
Qa = 1.000P - 10.000
Qv = -1.000P + 90.000
Qa = aanbod van luxe tuinstoelen.
Qv = vraag naar luxe tuinstoelen.
Qa = Qv.

a. Bereken de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid.
b. Teken de vraag- en aanbodlijnen (P op de verticale as tot P = 70, Q op de horizontale as tot 100.000),

A. 1.000P - 10.000, -1.000P + 90.000
2000P = 100.000
P = 100.000 : 2.000 = €50
De evenwichtsprijs is €50.

(1000 x 50) = 50.000 - 10.000 = 40.000
(-1000 x 50) = -50.000 + 90.000 = 40.000 
De evenwichtshoeveelheid is 40.000.

8.bekijk bron 3. Welke stellingen zijn juist?
A. Bij P = 300 is er een aanbodoverschot.
B. De evenwichtsprijs is €250 per ton suiker.
C. De marktomzet bij marktevenwicht is €27.500.
D. Bij P = 170 is er een vraagoverschot.
E. Bij P = 200 is de aangeboden hoeveelheid 105 miljoen ton suiker.
F. Bij P = 200 is er een aanbodoverschot.
G. Bij P = 300 is de gevraagde hoeveelheid 115 miljoen ton suiker.
H. Bij P = 300 is er een aanbodoverschot van 115 miljoen ton suiker.
I. Bij P = 200 is er een vraagoverschot van 10 miljoen ton suiker.

De juiste stellingen zijn A, B, D, E en I.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

9. Bekijk bron 4. Welke stellingen zijn juist?
A. Bij een huurprijs van €400 is er een aanbodoverschot van huurwoningen.
B. De evenwichtsprijs is €500 huur per maand.
C. De marktomzet bij marktevenwicht is €625.000.
D. Bij een huur van €400 is er een vraagoverschot van 250 huurwoningen.
E. Als de huur stijgt, blijft de aangeboden hoeveelheid huizen gelijk.
F. Bij een huur van €600 is er een aanbodoverschot van 125 huizen.
G. Bij een huur van €700 worden er 750 huurhuizen gevraagd.
H. Bij een huur van €700 is het aanbodoverschot 500 huizen.

De juiste stellingen zijn B, C, D, E en H

10. Geef een verklaring waarom de aanbodlijn in bron 4 verticaal loopt.

Er is een vast aantal huizen die verhuurd kunnen worden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo