Startpagina / Samenvattingen / Praktische verloskunde / kinderen-glucose-hypoglykemie

Complicaties in de kraamperiode - De zieke pasgeborene - Hypoglykemie

4 belangrijke vragen over Complicaties in de kraamperiode - De zieke pasgeborene - Hypoglykemie

Wat is het risico van hypoglykemie?

Door een tekort aan glucose (brandstof) kan er beschadiging aan de hersencellen optreden.

Welke kinderen hebben een verhoogd risico op hypoglykemie?

vroeggeboren kinderen, omdat zij nog onvoldoende glycogeen- en vetreserve opgebouwd hebben;
groeivertraagde kinderen, omdat zij door de intra-uteriene ondervoeding onvoldoende glycogeen- en vetreserve hebben opgebouwd;
kinderen van moeders met diabetes, omdat zij door een eigen hyperinsulinisme een verhoogd glucosegebruik hebben;

macrosome kinderen, omdat hun hoge geboortegewicht mogelijk veroorzaakt werd door een latente diabetes;
kinderen die hypoxisch zijn (geweest) door toegenomen verbruik van glucose voor energie-aanmaak;
kinderen met hypothermie door toegenomen verbruik van glucose voor energieaanmaak en onvoldoende genereren van energie;
kinderen met een aangeboren stofwisselingsziekte die de glucosehomeostase beïnvloedt.

De symptomen van hypoglykemie zijn aspecifiek. Kortdurende hypoglykemie veroorzaakt meestal geen verschijnselen. Wat zijn symptomen als dit wel optreedt?

Onrust
geprikkeldheid
sufheid
tremoren (ritmische, onwillekeurige beweging door het strekken en ontspannen van de spier)
apnoe
convulsies
bleek gelaat
ondertemperatuur
hypotonie
voedingsstoornissen

Bij welke bloedwaarden moet altijd intraveneus glucose worden gegeven?

- Bij symptomatische hypoglycemie en een bloedsuiker van < 2,6 mmol/l
- Bij een waarde van 2 mmol/l of lager, áltijd glucose toedienen omdat de pasgeborene hoogstwaarschijnlijk boven de 2,0 mmol/l geen hersenschade oploopt!

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Praktische verloskunde | 9789036822787 | Marianne Prins, et al

Bekijk samenvatting