Turorials - Dermatoscopie
11 belangrijke vragen over Turorials - Dermatoscopie
Welke risicofactoren kunnen een PCC tot gevolg hebben?
- Overmatige blootstelling aan UV-licht
- Erfelijke factoren
- Vroegere ioniserende straling (bv. Röntgenstraling, latentietijd 15-30 jaar);
- Contact met toxische stoffen: arseen, nitraten
- Immunodeficiënties en immuunsuppressie (bv. transplantatiepatiënten)
- Chronische ulcera en littekens daarvan
- Vroegere bevriezing of verbranding
- Positieve anamnese voor huidcarcinoom. Een eerder basaalcelcarcinoom of PCC vergroot de kans op een nieuwe tumor
Neemt de absolute sterfte toe van melanomen?
Hoe ziet de behandeling van een melanoom eruit?
De behandeling bestaat uit excisie van de gehele laesie, eerst diagnostisch met
een marge van 2 mm, dan de therapeutische re-excisie met 1 of 2 cm marge
afhankelijk van de Breslow dikte.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is het voordeel van een PD t.o.v. een NPD bij het zichtbaar maken van vaatpatronen?
Welke structuren kunnen alleen gezien worden met gepolariseerd licht?
Met welk type dermatoscoop is het percentage juiste diagnoses bij melanoom het grootst?
Beschrijf voor de volgende kleuren, waar in de huid het melanine zich bevindt, bij het zien van deze kleur: zwart, bruin, blauw-grijs, blauw. Wat is de betekenis van een blauw-witte waas?
- Zwart: melanocyten hoog in de epidermis
- Bruin: melanocyten in de epidermis
- Blauw-grijs: melanocyten hoog in de dermis
- Blauw: melanocyten in de dermis
Bij welke gebieden van het lichaam passen de volgende pigmentpatronen?
A. een parallel patroon en B. een pseudo-pigmentnetwerk:
- Parallel patroon: handpalmen en voetzolen
- Pseudo-pigmentnetwerk: in het gezicht
Bij welke diagnoses kunnen streaks passen?
Maak voor jezelf een overzichtje van deze structuren. Vergelijk met de lijst van melanocytaire kenmerken en met de 7-point checklist (Kukutch pagina 39).
- Pigmentnetwerk
- Dots
- Globules
- Pseudopods
- Radiale streaming
- Streaks
- Blotch
- Blauw-witte waas
- "peppering"
Benoem de verschillen tussen een typisch pigmentnetwerk en een atypisch pigmentnetwerk.
- Relatief uniform
- Regelmatig gemaasd
- Homogeen van kleur
- Uitdunnen aan de periferie
- Niet-uniform
- Donkerdere en/of bredere lijnen
- ''Gaten'' zijn heterogeen
- Lijntjes vaak hypergepigmenteerd
- Kan abrupt eindigen aan de periferie
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden