Samenvatting: Probleem 2: Connections

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 39 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Probleem 2: Connections

  • 2 Connections

  • 2.1 Waarom vuurt de cel wel bij verticale lijnen, maar niet bij horizontale lijnen?

    Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Waar gaan de meeste signalen van het netvlies naartoe?

    De meeste signalen van het netvlies gaan uit het oog in de oogzenuw naar de laterale geniculate nucleus (LGN) in de thalamus. Daarna gaan de signalen naar de primary visual receivinr area (=striate/ gestreepte cortex) in de occipitale kwab van de cortex. Hierna worden de signalen doorgegeven via de temporale kwab en de pariëtale kwab.
  • Wat was het verschil tussen de cellen die Hubel en Wiesel vonden in de gestreepte cortex met receptieve velden en de receptieve velden van neuronen op het netvlies en in de LGN?

    De neuronen op het netvlies en LGN hebben center-surround receptieve velden. In de gestreepte cortex zijn de receptieve velden naast elkaar gerangschikt i.p.v. center-surround.
  • Wat is selectieve adaptatie?

    Selectieve adaptatie is dat als de neuronen lang genoeg vuren, ze moe worden of ze passen zich aan.  Deze aanpassing zorgt voor twee fysiologische effecten: de firing rate van het neuron daalt en het neuron vuurt minder als die stimulus meteen weer wordt getoond. Adaptatie is selectief omdat alleen de neuronen die reageren op die bepaalde stimuli zich aanpassen.
  • In selectieve adapties experimenten wordt vaak grating stimulus gebruikt. Wat is een rating stimulus?

    Grating stimuli zijn afwisselende balken. Het eerste plaatje a) hieronder laat gratings (witte en zwarte balken) zien met verschillende oriëntaties. Plaatje b) hieronder laat gratings met verschillende contrasten zien, met links een hoog contrast en rechts een laag contrast. De contrastdrempelwaarde is het verschil in intensiteit waarbij de balken nauwelijks te zien zijn. 
  • Waarom is er verschil in deze twee plaatjes?

    Plaatje a) is iets wijder, omdat de adapting grating niet alleen neuronen beïnvloedt die het best reageren op verticalen, maar het beïnvloedt ook sommige neuronen die reageren op oriëntaties dichtbij. Adaptatie tot verticale grating zorgt dus voor een afname in iemands vermogen om de verticale grating te zien als die weer wordt getoond, maar heeft minder effect op gekantelde gratings. Oriëntatiedetectoren spelen dus een rol in perceptie. 
  • Wat is selectieve rearing en hoe werkt het?

    Selectieve rearing is dat als een dier is opgegroeid (rearing) in een omgeving die alleen bepaalde soorten stimuli bevat, dat neuronen die op die stimuli reageren meer overheersend worden. Dit komt door een fenomeen genaamd neurale plasticiteit of ervaringsafhankelijke plasticiteit: het idee dat de responseigenschappen van neuronen gevormd kunnen worden door perceptuele ervaring. 
    --> Selectieve gearing komt alleen voor over een langere tijdsperiode en is het sterkst in jonge dieren. In een jong dier is er dus wel eerst enige adaptatie (minder reactie), maar naarmate het dier ontwikkelt zal er juist meer gereageerd worden op deze oriëntatie. 
  • Tot welke conclusie kwamen Duncan en Boynton omtrent de cordiale magnificatten factor?

    Dat dit fenomeen niet voor iedereen hetzelfde is. Sommigen hadden meer corticale ruimte toegewezen aan hun fovea en zij hadden ook betere scherpte. Goede scherpte is dus geassocieerd met scherpe focus op het netvlies, kleine hoeveelheid convergentie van de kegels en met een relatief groot breingebied gewijd aan de kegelrijke fovea. 
  • 2.1.1 Hoe reizen elektrische signalen verder nadat ze de oogzenuw verlaten?

    Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Ungerleider en Mishkin gebruikten een techniek genaamd ablatie (laesie) wat houdt dit in?

    Ablatie (laesie) dat refereert naar de verwoesting of verwijdering van tissue in het zenuwstelsel (operatief of injectief).
  • In het onderzoek van Ungerleider en Mishkin moesten de apen twee taken uitvoeren. Wat waren deze twee taken?

    1. Object discriminatieprobleem: de aap kreeg één object te zien, zoals een rechthoekig object (targetobject) en kreeg dan een tweekeuze taak die het targetobject bevatte en een andere stimulus/object. Als de aap het targetobject opzij schoof, kreeg hij het eten dat onder het object lag. 
    2. Landmerk discriminatieprobleem: de aap moest het dopje dat het dichtst bij de cilinder (landmerk) lag, weghalen. 
  • Wat was de conclusie uit de gedragsmetingen van Ungerleider en Mishkin omtrent apen en ablatie?

    1. Ablatie van een deel van de temporale kwab maakte het object discriminatieprobleem moeilijker. Het pad van de striate cortex naar de temporale kwab is dus verantwoordelijk voor objectidentificatie en wordt dus het wat-pad of ventraal pad genoemd. 
    2. Ablatie van een deel van de pariëtale kwab maakte het landmerk discriminatieprobleem moeilijker. Het pad van de striate cortex naar de pariëtale kwab is dus verantwoordelijk voor het bepalen van de locatie van een object en wordt dus het waar-pad of dorsaal pad genoemd. 
LET OP!!! Er zijn slechts 39 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Probleem 2: Connections