Samenvatting: Profielboek Pedagogiek
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Profielboek pedagogiek
-
7 Kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte
Dit is een preview. Er zijn 111 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 7
Laat hier meer flashcards zien -
Welke soorten ondersteuning zijn er?
- Interne ondersteuning (kind met een ondersteuningsbehoefte wordt door iemand binnen de (kinderopvang)organisatie geholpen)
- Externe ondersteuning (de ondersteuning van een kind wordt door een externe (ambulante) begeleider gedaan)
- Doorverwijzen (meestal verwijs je door naar een huisarts, in een kan ook besloten worden om rechtstreeks door te verwijzen naar een andere professional zoals een psycholoog of een instelling waar het kind onderzocht kan worden)
- Interne ondersteuning (kind met een ondersteuningsbehoefte wordt door iemand binnen de (kinderopvang)organisatie geholpen)
-
Wat is het zorgadviesteam (ZAT)?
Een team van professionals dat casussen met elkaar bespreekt om samen de beste aanpak voor een kind of jongere te bepalen. -
Wat is een motorische beperking?
Als een kind problemen heeft met lopen, zitten, staan, evenwicht en het bewegen van handen en armen. -
Wat is een neurologische beperking?
Als een kind epileptische aanvallen heeft, bepaalde taalproblemen heeft of geboren wordt met een open ruggetje. -
Wat is zintuigelijke beperking?
Zintuigelijke beperkingen zijn: slecht zien, blind zijn, slecht horen, doof zijn en spraakproblemen. -
Wat is de oorzaak van blindheid en slechtziendheid?
Ernstig zuurstoftekort rond de geboorte en/of vroeggeboorte wordt als grootste oorzaak gezien van blindheid en slechtziendheid. Dit kan ook een verstandelijke of motorische handicap veroorzaken. -
Hoe wordt bij een kind ontdekt dat het blind of slechtziend is?
Dit kan erg verschillend. Meestal zal het ouders of artsen opvallen dat een kind zich anders gedraagt of zich anders ontwikkelt. Het valt op als een baby geen oogcontact maakt en moeite heeft met het volgen van een bewegend voorwerp.
Wanneer een kind zich niet kan oriënteren in de ruimte zodat dat ervoor dat hij veel minder beweegt. Kinderen die slechtziend of blind zijn imiteren niet of nauwelijks gedrag van anderen, omdat ze het niet zien. -
Welke hulpmiddelen zijn er voor blinde en slechtziende mensen?
- Taststok
- Een vergrotingsapparaat
- Geleidehond
- Braille
- Taststok
-
Hoe kan een kind geholpen worden op de opvang als het blind of slechtziend is?
- Vaak kunnen blinde en slechtziende kinderen met ambulante begeleiding wel naar een reguliere school of naar een reguliere kinderopvang.
- Dankzij jouw emotionele ondersteuning kan een blind of slechtziend kind zich veilig voelen. Veilig voelen is een eerste voorwaarde om te komen tot ontwikkeling.
- Het is ook belangrijk om de autonomie van het kind te respecteren. Ga na hoe je een blind of slechtziend kind zo zelfstandig mogelijk kunt laten spelen. Ze vinden het ook belangrijk om contact te kunnen maken met leeftijdsgenoten.
- Zowel de structuur in de omgeving van het kind als in het dagprogramma is van groot belang.
-
Wat is Nederlands met Gebaren (NmG)?
Als de Nederlandse taal ondersteund wordt met gebaren. De zinsvolgorde van de Nederlandse taal wordt dan aangehouden.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden