Psychologische behandeling bij kanker
11 belangrijke vragen over Psychologische behandeling bij kanker
Kanker is niet alleen een lichamelijke ziekte; het heeft ingrijpende psychologische en sociale gevolgen. Bij kanker is continue aanpassing nodig in diverse levensdomeinen en in verschillende ziektefasen voor patiënt en familie. Soms is er sprake van aanpassingsmoeilijkheden na kanker. Wat kunnen we zeggen over een aanpassingsstoornis? Licht toe a.d.h.v 4 punten
- Een aanpassingsstoornis werd gezien als een “wildcard”, waarbij deze diagnose werd gegeven wanneer niet voldaan werd aan de criteria voor een “major disorder’ en wel behandeling geïndiceerd was. Hierdoor waren er enorm veel mensen met een aanpassingsstoornis, waarna in 2012 is besloten deze diagnose uit het vergoedingspakket te halen
- De aanpassingsstoornis heeft inmiddels een andere naam gekregen en valt onder “andere psychotrauma of stress gerelateerde stoornis”.
- Een levensbedreigende ziekte of slopende somatische aandoening wordt echter niet noodzakelijkerwijs als psychotraumatische gebeurtenis beschouwd
Er zijn verschillende prevalentie cijfers met betrekking tot een aanpassingsstoornis. Licht toe m.b.t ambulante GGZ, ziekenhuis psychiatrische setting en patienten met kanker.
- In ambulante GGZ: 5-20%
- In ziekenhuis psychiatrische setting: tot 50%
- Bij patiënten met kanker: 10-20%
Wat is het verschil tussen de criteria van een aanpassingsstoornis bij de DSM-5 en bij patienten met kanker? Licht toe a.d.h.v 3 punten bij ieder
- Reactie op een aanwijsbare stressor die optreedt binnen drie maanden na begin van de stressor
- Duidelijke lijdensdruk die niet in verhouding staat met de ernst of intensiteit van de stressor
- Significante beperkingen in het sociale of beroepsmatige functioneren of het functioneren op andere terreinen
Bij patiënten met kanker:
- Meerdere stressoren, sequentieel, fysieke psychologische, en late effecten, dus de termijn van 3 maanden is niet van toepassing
- Geen objectieve criteria voor lijdensdruk, verhouding lijdensdruk tot levensbedreigende aandoening
- Significante beperkingen in het functioneren door medisch diagnostische fase en in het behandeltraject
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Als we het hebben over een aanpassingsstoornis bij patiënten met kanker, dan heeft de ernst van de aanpassingsstoornis twee kenmerken en de mate van ernst wordt bepaald door drie dingen. Licht toe
- Altijd complex door de lichamelijke en psychische comborbiditeit
- Varieert van mild tot ernstig
De mate van ernst wordt bepaald door drie dingen:
- Lijdensdruk
- Symptomen: aantal en ernst
- Beperkingen in sociaal en beroepsmatig functioneren
Het is ook belangrijk om te kijken of er iets anders aan de hand kan zijn dan een aanpassingsstoornis alvorens je de diagnose stelt. Licht toe aan de hand van drie punten
- Er is geen betrouwbaar onderscheid tussen depressieve stoornis en aanpassingsstoornis met depressieve kenmerken
- Er zijn geen studies gedaan naar onderscheid aanpassingsstoornis en angst, hypomanie, impulsbeheersingstoornis
- Complicerend bij kanker: somatische symptomen komen overeen met depressieve symptomen
De richtlijn “aanpassingsstoornis bij patiënten met kanker” verteld hoe je mensen met kanker die aanpassingsproblemen hebben moet behandelen. Deze richtlijn gaat uit van een ander diagnostisch concept dan de DSM-5. Licht toe hoe deze richtlijn aanpassongsproblemen ziet aan de hand van een ketting van 3 punten
Er zijn verschillende fases bij een aanpassingsstoornis, waaronder de chronische fase. Noem drie kenmerken en beschrijf drie symptomen
- Ziekte en behandeling, terugkeer van ziekte en behandeling
- Angst voor recidief, verwerking van kankerervaring
- Herstel evenwicht in steunsysteem, hervatting werk/sociale activiteiten, terugtreden medische zorgverleners
- Symptomen: lichamelijke beperkingen, angst voor recidief, relatieproblemen, stagnatie in herstel, somberheid, pijn en vermoeidheid
Er zijn verschillende fases bij een aanpassingsstoornis, waaronder de palliatief terminale fase. Noem drie kenmerken en beschrijf drie symptomen
- Ziekte, gevolgen van tumorgroei en/of palliatieve behandeling
- Afweging van behandeling/kans levensverlenging, aanpassing aan slechte, prognose/naderend einde/balans van het leven, keuze hoe te sterven
- Aanpassing steunsysteem aan naderend overleiden
- Symptomen: angst voor lijden/afhankelijkheid, existentiële angst, somberheid, communicatieproblemen, eenzaamheid en pijn en vermoeidheid
Naast de fases die een aanpassingsstoornis heeft, zijn er ook een paar buffers. Veerkracht is opgebouwd uit vier componenten. Licht deze toe
- Lichamelijke gezondheid: fysiek als cognitief
- Autonomie: een gevoel van controle over de situatie (regie/grip)
- Zingeving: wat het leven waard maakt
- Sociale steun: het gaat hierbij om het ervaren van sociale steun
Hoe is de diagnostiek van een aanpassingsstoornis bij kanker?
- De diagnostiek is op basis van DSM-5 en het model stressoren/verminderde veerkracht/klachten en symptomen
Als we het hebben over de behandeling van een aanpassingsstoornis bij kanker, dan zijn er drie modules. Licht de drie modules toe
- Module 2: verwerking (achteruit kijken). Er is hierbij keuze uit erkende interventies: schrijfopdrachten, delen van de schrijfopdracht aan sociaal systeem, EMDR (trauma behandeling), verwerkingsoefeninge en ontspanningsoefening en slaapoefeningen
- Module 3: heroriëntatie (vooruitkijken). Hierbij kijk je naar wat je in de toekomst zou willen op gebied van: werk, sociaal netwerk en familie, groepsbehandeling (persoonlijke zingeving na kanker)
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden