Behandeling - Psychotherapie - Cognitieve therapie
5 belangrijke vragen over Behandeling - Psychotherapie - Cognitieve therapie
Bij cognitieve therapie zijn de stoornissen te wijten aan foutieve denkpatronen of interpretaties van de patiënt. Deze dienen herstructureert te worden. Typische foute denkpatronen of interpretaties zijn:
- overgeneraliseren
- filteren
- zwart-witdenken
De therapeut probeert de patiënt de ogen te openen voor deze automatisch optredende denkpatronen en hun verband met bepaalde klachten of symptomen. Vervolgens leert de patiënt andere manieren om naar de situatie te kijken
Wat moet je als eerste doen voor cognitieve herstructurering en hoe kun je dit doen?
Bij cognitieve therapie wordt de patiënt ertoe aangezet meer realistische en functionele cognities te ontwikkelen. Deze worden dan getoetst in een:
Dit maakt de grens tussen cognitieve- en gedragstherapie niet altijd zo duidelijk. Men spreekt dan van cognitieve-gedragstherapie.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat zijn typische selectieve interpretaties/denkfouten?
2. Filteren: alle aandacht op 1 detail, context uit het oog verliezen
3. Zwart-wit denken: in extremen beoordelen
Hoe gaat een therapeut bij cognitieve therapie te werk?
- Vervolgens leert hij de patiënt om op andere manieren naar dezelfde situatie te kijken, er worden meer realistische en functionele cognities ontwikkeld die worden getest in een gedragsexperiment
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden