Anxiety and obsessional disorders

15 belangrijke vragen over Anxiety and obsessional disorders

Hoe kenmerkt een gegeneraliseerde angststoornis zich?

  • Men maakt zich ongecontroleerde, irrationele en extreme zorgen over alledaagse dingen.
  • Langer dan 6 maanden bestaande klachten
  • De angst is geassocieerd met rusteloosheid, snel moe zijn, geïrriteerdheid, spierspanning, moeilijkheden met in slaap vallen en moeite met concentreren.
  • Verstoord slaappatroon kenmerkt zich door wakker liggen, in slaap vallen en tussendoor steeds wakker worden en erg angstig zijn.
  • Gevolg is verminderd functioneren (zowel op sociaal vlak als overige vlakken)
  • Er is geen onderliggende fysiologische oorzaak
  • Door de algehele sympathische stimulatie is er overmatig zweten, trillen, diarree, palpaties en tinnitus.

Hoe ziet de prognose eruit bij een gegeneraliseerde angststoornis?

Zonder behandeling heeft 80%, 3 jaar na onset van de symptomen, nog een angststoornis. Vaak is het dan ook een levenslang probleem. Scheidingen, ontslagen en werkeloosheid komen meer voor bij mensen met een angststoornis dan bij mensen zonder angststoornis.

Hoe ziet de psychologische behandeling er uit bij een angststoornis? Maak onderscheid tussen gegeneraliseerd, fobie, sociale fobie, OCD en paniekstoornissen.

De behandeling bij angststoornissen bestaat globaal uit psycho-educatie voor de patiënt/verzorgers, relaxatie training, probleemoplossingen bedenken, zelfhulp, online cognitieve gedragstherapie en groepbijeenkomsten.

Behandeling gegeneraliseerde angststoornis, fobie en sociale fobie:
  • Cognitieve gedragstherapie, zowel individueel als in groepsverband, welke blootstellingsoefeningen bevatten bij de behandeling van fobieën.


Behandeling voor paniekstoornissen:
  • Cognitieve gedragstherapie gericht op paniekstoornissen, liefst individueel


Behandeling voor OCD:
  • Cognitieve gedragstherapie in groepsverband of individueel, met blootstellingsoefeningen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer spreken we van een fobie? Welke kenmerken komen hierbij voor die bij een gegeneraliseerde angststoornis niet voorkomen?

  • Angst is slechts aanwezig in bepaalde situaties; bv wanneer iemand niet in drukke ruimten kan zijn of bang is voor spinnen
  • Er is sprake van vermijding van omstandigheden die de angst opwekken
  • Angst om de enge omstandigheden onder ogen te komen

Wanneer ontwikkelen de meeste sociale fobieën zich?

Meestal ontwikkelen deze zich later in de adolescentie, wanneer pubers onzeker zijn over hoe anderen over hen denken. Gedacht wordt dat de sociale fobie zich ontwikkeld uit het overdrijven van deze 'normale' gedachten van onzekerheid.

Wanneer spreken we van agorafobie? En wanneer ontwikkelen de meeste patiënten dit?

Agorafobie, ook wel pleinvrees, is wanneer een patiënt angst ervaart in situaties die niet bekend zijn en wanneer hij het gevoel heeft weinig controle te hebben en aan welke hij niet kan ontsnappen. Een voorbeeld is wanneer iemand in een drukke ruimte is waar hij niet makkelijk weg kan. Flauwvallen komt hierbij voor. Ook kan iemand al uren van tevoren bang zijn voor de situatie waar hij zich in gaat verkeren.
De meeste patiënten ontwikkelen een sociale fobie op gemiddeld 20 jarige leeftijd, met twee pieken bij 15-30 jaar en 70-80 jaar.

Welke comorbiditeiten worden het meest gezien bij agorafobie?

Meestal komt eook en paniekstoornis voor, maar ook komt in 50% van de gevallen een sociale fobie voor.

Wat is de prognose van agorafobie?

Veelal blijft dit bestaan voor een duur van minstens 5 jaar. Gedurende deze tijd kunnen korte perioden van depressie voorkomen

Hoe verschillen paniekaanvallen en paniekstoornissen?

Bij een paniekaanval is er sprake van een periode van extreme angst. Bij een paniek stoornis is er sprake van terugkomende paniekaanvallen welke onverwacht gebeuren (niet bij blootstelling aan een fobie) en welke niet zijn geassocieerd met middelenmisbruik of andere (fysiologische) onderliggende oorzaken.

Wat zijn typische kenmerken van een paniekaanval?


Op volgorde van voorkomen:
  • palpaties
  • tachycardie
  • zweten en blozen
  • trillen
  • dyspneu
  • pijn op de borst
  • misselijkheid
  • duizeligheid en flauwvallen
  • angst voor een ernstig medische spoedgeval
  • depersonalisatie

Als gevolg waarvan kunnen paniekaanvallen voorkomen (behalve paniekstoornissen)?

Er zijn heel veel andere aandoeningen waarbij paniekaanvallen voorkomen:

  • overige angststoornissen
  • depressie
  • PTSS
  • OCD
  • drugs of onttrekking hieraan
  • endocriene aandoeningen (schildklier, bijnieren etc.)
  • cardiovasculaire aandoeningen
  • respiratoire aandoeningen

Welke co-morbiditeiten worden gezien bij paniekstoornissen?

1/3 heeft agorafobie
1/2 voldoet aan criteria voor depressie

Wat zijn mogelijke oorzaken voor het ontstaan van een paniekstoornis?

  • Genetische aanleg: aangetoond is dat eerste-graads familieleden van een patiënt met een paniekstoornis 7-8 keer vaker zijn aangedaan dan gemiddeld.
  • Biochemische hypothese: hier wordt gedacht dat de oorzaak een onbalans van de neurotransmitteractiviteit in de hersenen is waardoor de patiënt gevoeliger is voor angstaanvallen. Gedacht wordt dat de serotonine en GABA systemen betrokken zijn, omdat selectieve serotonine re-uptake inhibitors en benzodiazepines effectief zijn als behandeling.
  • Cognitieve hypothese: gedacht wordt dat patiënten met paniekaanvallen vaker angst hebben voor een fysiologische symptoom, bijvoorbeeld het volgen van een hartaanval na palpaties. Hierdoor ontstaat een vicieuze cirkel.

Welke factoren spelen een rol in het ontstaan van een obsessieve-compulsieve stoornis?

  • Genetische aanleg: bij eerstegraads familielid aangedaan 10x meer kans
  • Structurele organische abnormaliteiten
  • Neurotransmitter dysregulatie in het 5HT pathway
  • Auto-immuun factoren: in 2/3 van de gevallen speelt Sydenham's chorea aanwezig, dit is een autoimmuunprobleem in de basale ganglia.

Hoe ziet de behandeling van een obsessieve-compulsieve stoornis er uit? (onderscheid mild- ernstig)

Voor alle patiënten geldt dat psycho-educatie gegeven moet worden, probleem-oplossingstechnieken, relaxatietechnieken en zelf-hulp boeken moeten worden aangeboden.

In milde gevallen volstaat korte cognitieve gedragstherapie. In ernstigere gevallen kunnen SSRI's worden voorgeschreven in combinatie met een volledige 'cursus' cognitieve gedragstherapie. Bij zeer ernstige gevallen kan aanvullend ook clomipramine (tevens antidepressiva) gegeven worden. Interne behandeling is vaak niet nodig, mits het risico op zelfbeschadiging bestaat.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo