Psychodiagnostiek bij ADHD

31 belangrijke vragen over Psychodiagnostiek bij ADHD

Wat is een kenmerk van ADHD gerelateerd aan vergeetachtigheid?

  • Vergeetachtigheid, vooral prospectieve vergeetachtigheid
  • Problemen met plannen en afmaken van taken
  • Moeilijk te observeren in DSM-5

Wat is een uitdaging bij het diagnosticeren van ADHD volgens de DSM-5?

  • Vergeetachtigheid moeilijk te observeren
  • Wordt vaak niet genoemd als kenmerk
  • Diagnosticeren op basis van observaties

Wat zijn de kenmerken van ADHD die niet uniek zijn en ook bij 'normale' mensen voorkomen?

  • Op vroege leeftijd merkbaar (< 12 e levensjaar) en aanhoudend over de tijd
  • Veroorzaakt belemmeringen; staat in de weg van het functioneren; de
leerontwikkeling (didactische) is belemmerd
- Niet beter verklaard worden door een andere diagnose
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe wordt besloten of er sprake is van ADHD en wat is het minimale aantal symptomen dat aanwezig moet zijn?

  • Minimaal zes aandachtsproblemen
  • Minimaal zes impulsiviteit/hyperactiviteit
  • Een duidelijk persoonskenmerk, consistent aanwezig

Wat betekent het als ADHD wordt beschouwd als een patroon en geen toestandsbeeld?

  • Moet een patroon zijn en geen toestandsbeeld
  • ADHD = uiterste op continuüm van gereguleerd gedrag

Hoe overlappen aandachtsproblemen met twee andere gedragingen op het diagram?

  • Aandachtsproblemen overlappen met hyperactiviteit
  • Aandachtsproblemen overlappen met impulsiviteit

Welke kenmerken vallen onder hyperactiviteit?

  • Onrustige bewegingen tijdens zitten
  • Opstaan wanneer dit ongepast is
  • Rondrennen of klimmen wanneer dit ongepast is
  • Onrustig/wild spel
  • ”In de weer" /doordraven
  • Excessief praten

Hoe wordt ADHD ingedeeld naar ernst?

  • Licht: niet of nauwelijks meer symptomen dan vereist, lichte beperkingen
  • Matig: ernstiger dan licht en lichter dan ernstig
  • Ernstig: veel meer symptomen dan vereist, ernstige beperkingen

Wat zijn mogelijke behandelingen voor ADHD, afhankelijk van de ernst?

  • Licht/matig: voorzichtig zijn, meer oppassen
  • Ernstig: medicatie toepassen

Wat waren eerdere diagnostische beschrijvingen van ADHD?

  • ~1800: 'ziekte van de aandacht': AD & HD onoplettendheid, afleidbaar, vermijding
  • ~1844: 'Struwwelpeter' (‘Peter van streek’): AD & HD
  • ~1900: 'post-encefalitische gedragsstoornis': AD & HD, je hebt encefalitis
  • ~1930: 'hyper-kinetische ziekte': AD & HD, veel bewegend
  • ~1950: 'minimal brain damage' en later 'minimal brain dysfunction': AD & HD

Wat waren de diagnostische beschrijvingen van ADHD rond 1980?

- 1980: DSM-III diagnostische algoritmes. 'Aandachtstekortstoornis': AD

Welk subtype werd toegevoegd aan de DSM-IV voor ADHD in 1994?

- HD

Wat waren enkele nadelen van het gebruik van de DSM voor ADHD volgens de verstrekte informatie?

  • Belemmert stoornisgenerieke communicatie tussen clinici
  • Belemmert stoornisgenerieke behandeling
  • Belemmert stoornisgeneriek onderzoek
  • Te veel focus op de persoon in plaats van context als verklaring
  • Leidt tot kunstmatige 'stapeling' van stoornissen bij een persoon
  • Leidt tot verkokering/fragmentatie binnen en tussen zorginstellingen

Wat werd de term voor ADHD in de DSM-III-R-editie van 1987?

- ADHD

Welke term werd gebruikt voor ADHD in de vroege 1900s als je encefalitis had doorgemaakt?

- 'post-encefalitische gedragsstoornis'

Wat zijn enkele zorgen van 'tegenstanders' van het biomedische perspectief op ADHD?

  • Over-diagnostiek (stijgende prevalentiecijfers, bias relatieve leeftijd en geslacht)
  • Overbehandeling met medicatie en misbruik
  • (Zelf-)stigma met zichzelf voorspellend effect
  • Onder-/misdiagnostiek en -behandeling

Wat zijn enkele zorgen van 'voorstanders' van het biomedische perspectief op ADHD?

  • Biologische basis van ADHD
  • Effectiviteit van medicamenteuze behandelingen
  • Verbetering van therapietrouw en symptoombeheersing

Hoe manifesteert hyperactiviteit-impulsiviteit zich sociaal?

- Hyperactiviteit-impulsiviteit leidt tot sociale afwijzing, agressie en risicovol gedrag.

Wat is de prognose van hyperactiviteit-impulsiviteit en onoplettendheid tijdens adolescentie?

- Hyperactiviteit-impulsiviteit vermindert meestal, onoplettendheid blijft vaak.

Welke voordelen heeft behandeling met psychostimulantia?

- Behandeling verkleint de kans op negatieve uitkomsten zoals verminderde levenskwaliteit en onnatuurlijke overlijdens.

Hoe verhouden hersenstructuur en -activiteit zich tot ADHD?

- ADHD kan samengaan met bijzonderheden in hersenstructuren en -activiteit.

Is er een directe relatie tussen ADHD en neurobiologische tests?

- Er is geen directe relatie tussen ADHD en resultaten van neurobiologische tests.

Welke gevolgen kunnen bij kinderen met ADHD optreden op basis van de flowchart?

- Gevolgen variëren van gezondheidsproblemen tot specifieke leer- en uitvoeringsmoeilijkheden.

Welke risico's verhoogt ADHD tijdens de adolescentie volgens de flowchart?

- Risico's zoals ongevallen, overtredingen en ongeplande zwangerschappen.

Hoe beïnvloedt ADHD het volwassen leven conform de flowchart?

- Verlaagde kwaliteit van leven en risico op vroegtijdig overlijden zijn mogelijke gevolgen.

Hoe kunnen neurobiologische ontwikkelingsstoornissen gemeten worden?

  • Met normatieve ontwikkelingstesten
  • Objectieve meetbare achterstand bij de meesten
  • Moeilijker bij ADHD en autisme

Waarom is het lastiger om neurobiologische ontwikkelingsstoornissen zoals ADHD te diagnosticeren?

  • Beoordeling van gedrag door ouders/leraren
  • Niet altijd objectief meetbaar
  • Gedrag moet geïnterpreteerd worden

Wat is de algemene benadering voor de ontwikkelingsmijlpalen volgens de neurodevelopment als dimensioneel persoonskenmerk?

  • De meeste kinderen bereiken de ontwikkelingsmijlpalen normatief.
  • Een kleine groep scoort enigszins tot duidelijk verhoogd.
  • Afwijkende score duidt vaak op een blijvende ontwikkelingsstoornis.
  • Grensscore kan verergeren of verbeteren en vereist preventieve ondersteuning.
  • Normale score wijst meestal op tijdelijke en normale ontwikkelingsproblemen.

Wat zijn factoren die neurodevelopment beïnvloeden als dimensioneel persoonskenmerk?

  • Aanleg in wisselwerking met omgeving
  • Minder kansen
  • Lagere verwachtingen
  • Minder sociaal vangnet
  • Minder rolmodellen
  • Meer stress
  • Meer onveiligheid
  • Gezondheidsproblemen
  • Meestal familiair

Geef voorbeelden van pre-/peri-/postnatale risico's die unifactorieel neurodevelopment beïnvloeden.

  • Intoxicatie (o.a. alcohol, drugs)
  • Prematuriteit
  • Dysmaturiteit
  • Maternale hypertensie
  • Hypoxie, asfyxie
  • Infecties
  • Ondervoeding
  • Niet aangeboren hersenletsel
  • Auto-immuun/metabole ziektes
  • Meestal niet familiair

Welk effect heeft omgeving op neurodevelopment als dimensioneel persoonskenmerk?

  • Onderling versterkend effect
  • Minder geëffende paden
  • Meer stigmatisatie
  • Meer discriminatie
  • Minder stimulatie

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo