Aandacht en bewustzijn - Selectieve aandacht: hoe goed kunnen we ons concentreren? - Modellen voor selectieve aandacht

16 belangrijke vragen over Aandacht en bewustzijn - Selectieve aandacht: hoe goed kunnen we ons concentreren? - Modellen voor selectieve aandacht

Noem de drie theorieën van selectieve aandacht: 

  1. Selectieve Filtertheorie (Broadbent):Filter tussen sensorisch geheugen en korte termijn geheugen. (vroege selectie)
  2. Theorie met late selectie: de aandacht wordt op een later moment, als het al het korte termijn geheugen en dus het bewustzijn heeft bereikt, gericht en onnodige informatie weggefilterd.
  3. Attenuatie: het filter verzwakt de informatiestroom uit het sensorische geheugen generiek. De aandacht speelt dan een rol bij de perceptuele verwerking. Bovendien is de attenuatie afhankelijk van de mate van aandacht die aan de geselecteerde stimulus moet worden gegeven. Hoe meer aandacht voor de gestimuleerde stimulus, hoe minderer over blijft voor de andere stimulie

Welk onderzoek was het eerste op het gebied van de aandacht?

Cherry (1953) vond dat als mensen 2 boodschappen horen en er op 1 moeten focussen, ze alleen de verandering in geluid of een extra geluid in de andere boodschap hoorden (koptelefoon met in elk oor een ander gesprek)

Welke drie theoriën van selectieve aandacht bestaan er en geef een korte omschrijving.

1. Filter theorie van broadband

2. Theorie met late selectie

3. Attenuatie theorie van Treisman (1960)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Colin Cherry (1953) voerde een reeks proeven uit over de vraag hoe mensen een gesprek kunnen volgen zonder in de war te raken door andere gesprekken op de achtergrond - hij noemde dit het cocktailpartyfenomeen. Om dit te bestuderen gebrukte hij de spraakschaduwtechniek. Wat voor conclusies trok hij?

- Vooral als de twee boodschappen door verschillende personen gesproken werden konden de proefpersonen gemakkelijk de boodschap herhalen die in het linkeroor kwam en de woorden negeren die in het rechteroor aankwamen.

- Van de genegeerde boodschap werd heel weinig gehoord (taal veranderen,  achterstevoren afgespeeld). 

- De inhoud van de genegeerde boodschap zelf werd niet registreerd, ook niet als die uit woorden bestond die 35x herhaald werden.

Op welke twee manieren kan de aandacht gericht worden?

  1. Top-down: de gesst bepaalt waarop de aandacht gericht wordt.
  2. Bottom-up: de aandacht wordt gevangen door een gebeurtenis uit de omgeving.

Een van de modellen van selectieve aandacht komt van Broadbent (1958). Hoe heet dit model en wat is het idee?

De filtertheorie die zegt dat er een filter is tussen het sensorische geheugen en het kortetermijngeheugen. Dat filter zuivert alle data weg die niet door het KTgeheugen worden opgepikt.
Volgens dit model werk het KTgeheugen serieel (op elke moment kan een individu slechts 1 informatiebron verwerken)

In de filtertheorie van Donald Broadbent worden twee afzonderlijke systemen onderscheiden. Welke zijn dat? Welk systeem heeft een parallelle informatietransmissie en welk een seriële?

In de filtertheorie van Donald Broadbent wordt een afzonderlijk sensorisch geheugen en een kortetermijngeheugen onderscheiden. Deinformatietransmissie in het sensorische geheugen gebeurt op een parallelle manier d.w.z. dat gedurende korte tijd alle informatie die het zintuig bereikt, wordt onthouden. De verwerking in het kortetermijngeheugen gebeurt op een seriële manier d.w.z. iemand verwerkt slechts één informatiebron per keer.

Wat houdt de theorie met late selectie in?

Volgens de aandachtstheorie met late selectie worden alle binnenkomende stimuli waargenomen (verwerkt) en kan een belangrijke stimulus toegang tot het bewustzijn forceren. De aandacht grijpt pas op een later punt in de sequentie van de perceptuele processen in.

Wat is de filtertheorie van Donald Broadbent?

Volgens deze theorie bestond er een filter tuusen het sensorische geheugen, dat zorgt voor de gewaarwording van stimuli , en het korte-termijngeheugen, dat verantwoordelijk is voor de bewuste waarneming en de manipulatie van stimuli.

Volgens Broadbent werkte het kortetermijngeheugen op een seriele manier (op elk moment kon een individu slechts één informatiebron verwerken). Hij nam ook aan dat informatie uit het sensorische geheugen verloren ging als die niet snel genoeg door het kortetermijngeheugen verwerkt werd. De filter tussen het sensorische geheugen en het kortetermijngeheugen zuiverde alle data weg die niet door het kortetermijngeheugen opgepikt werden.

Er lijken lekken te zitten in de filter zoals beschreven in de filtertheorie van Broadbent. Welke 3 verklaringen zijn daarvoor?

1) We zappen met onze aandacht van het ene sensorische kanaal naar het andere.
2) Onbewust wordt een stimulus toch waargenomen (Aandachtstheorie met late selectie).
3) De stimulus komt verzwakt binnen (attenuatietheorie van Treisman)

Hoe verklaarde Broadbent dat in bepaalde gevallen (bijv. bij het noemen van je naam, gevolgd door een opdracht) informatie toch doorsijpelt en opgevangen wordt? Wat is de verklaring van de aandachtstheorie met late selectie?

In bepaalde gevallen (bijv. bij het noemen van je naam, gevolgd door een opdracht) sijpelt er toch informatie uit het genegeerde signaal door op het niveau van het kortetermijngeheugen en deze wordt dus alsnog opgevangen. Er is dus een lek in de filter. Broadbent verklaarde dit door te veronderstellen dat de luisteraar op geregelde momenten de filter verplaatst naar een ander sensorisch kanaal, net zoals een snel zappend TV- kijker dat doet. Volgens de aandachtstheorie met late selectie worden alle binnenkomende stimuli waargenomen (verwerkt) en kan een belangrijke stimulus toegang tot het bewustzijn forceren.

Wat is een theorie met vroege selectie?

Een theorie waarin de concurrerende boodschappen op het niveau van gewaarwording worden weggefilterd, nog voordat de informatie verwerkt is. Deze theorie verklaart waarom mensen hun aandacht op één kanaal richten, maar heeft moeite met het feit dat mensen in bepaalde gevallen toch informatie uit het genegeerde kanaal opnemen.

Wat is het verschil tussen de filtertheorie en de aandachtstheorie met late selectie?

Bij de filtertheorie wordt de stimulus niet eens waargenomen maar geblokkeerd. Bij de aandachtstheorie wordt de stimulus waargenomen maar niet bewust. Het doorloopt meer stappen van de perceptie dan de filtertheorie.

Wat voegt de attenuatietheorie toe aan de filtertheorie?

De attenuatietheorie stelt dat de filter op het sensorische geheugen de signalen enkel verzwakt en niet volledig blokkeert bij hun overgang naar het kortetermijngeheugen.

De filtertheorie kon goed verklaren hoe mensen hun aandacht op één kanaal richten, maar had moeite met het feit dat mensen in bepaalde gevallen toch informatie uit het genegeerde signaal opnamen. Moray (1959) liet bijv. de stem in het genegeerde oor zeggen "je mag nu stoppen" of "verander nu van oor" --> 8% gehoord  en bij Gerard, je mag nu stoppen! --> 33% gehoord. Hoe kunnen we dit "lekken in de filter" verklaren?

  1. Broadbent: Filter even verplaatsen naar een ander kanaal
  2. Aandachtstheorie met late selectie
  3. Attenuatietheorie (verzwakken van het signaal)

Wat hebben Johnson & Procter (2004) vastgesteld?

Dat er ook enig verschil lijkt te bestaan tussen auditieve en visuele stimuli. Visuele signalen zouden iets beter weggefilterd kunnen worden dan auditieve signalen --> mogelijke verklaring dat geluiden vaak geassocieerd zijn met belangrijke en vaak levensbedreigende gebeurtenissen (omvallende boom, naderende auto).

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo