Onthouden en vergeten - Informatie verwerven - Het belang van hercodering en organisatie
14 belangrijke vragen over Onthouden en vergeten - Informatie verwerven - Het belang van hercodering en organisatie
Op welke drie manieren kan informatie in het LTG opgeslagen worden?
2. In sensorische code (informatie hercoderen in beeld, bijvoorbeeld in gedachten door je huis lopen om ramen te tellen)
3. In motorsiche code (het opslaan en uitvoeren van zwemmen, fietsen e.d.)
Op welke drie manieren kan info opgeslagen worden in het LTG?
2. sensorische code; herrinering uit zintuigelijk aspect belangrijkste is beeldcode; activeren zelfde gebieden hersenen als oorspronkelijke waarneming.
3. Motorische code; voordoen van de motorische vaardigheid, verschilt van bovenstaande omdat ze moeilijk onder woorden te brengen zijn.
Hoe wordt iets in motorische code geleerd? Bv. fietsen?
Zonder taal en door
zelf de bewegingen uit te voeren.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Op welke twee manieren kun je verwerving van informatie optimaliseren?
2. Door informatie te organiseren.
Waarom gaat het verwerven van een motorische code het beste, wanneer de leraar het voordoet en de leerling daarna oefent?
Wat zijn twee voorspellingen die men kan doen aan de hand van de
tweevoudige codeertheorie?
(Allan Paivio, 1969)
1. Mensen onthouden concrete woorden beter dan abstracte woorden omdat concrete woorden een beeldcode activeren.
2. Men onthoudt beter associaties tussen woordparen als men zich er een beeld van kan vormen.
Wat is beter te doen motorische code omzetten in verbale of sensorische code?
Sensorische codes. Kan bestaan uit voordoen en inbeelden hoe het moet. Onderzoek Martin et al (1999) om atleten zichzelf de beelden te laten inbeelden.
De capaciteit die experts hebben om grote hoeveelheden info uit hun speciaalgebied te onthouden, betekent niet dat deze experts op andere gebieden over een buitengewoon geheugen beschikken. Hoe kunnen we dit dan verklaren?
Ze hebben alleen maar efficiete organisatietechnieken ontwikkeld voor hun eigen specialiteit, zodat ze de info op een betere manier kunnen opslaan in het LTG.
Wie deden een proef met verschil in herinnering tussen concrete en abstracte woorden?
Ter Doest & Semin (2005). Het is makkelijk werkwoorden te onthouden die gemakkelijk een beeld oproepen (concrete woorden).
Wilton (2006) onderzocht de tweevoudige-codeertheorie met associatief leren. Zoals bijvoorbeeld een olifant eet een witte bal. Wat was de uitkomst van het onderzoek?
Dat de groep die zich ingebeeld hoe dat er samen uitzag een betere herinnering hadden na een verstrooiingstaak dan de proefpersonen die ze afzonderlijk hadden ingeprent. Verbeelding draagt bij aan het onthouden (associatief leren).
Verder bleek wel dat het makkelijk was om het voorwerp (bal) te onthouden dan de kleur (wit). Wat er op duidt dat de interactie tussen voorwerpen belangrijker is dan de kenmerken van de voorwerpen.
Hoe kunnen we woorden met een hoge voorstelbaarheidsfactor makkelijker onthouden?
Wie voerde een onderzoek uit waarbij woorden wel en niet ingedeeld in vier categorieën werd aangeboden bij twee leeftijdsgroepen en waaruit bleek dat de ingedeelde woorden (=georganiseerd) beter worden onthouden door beide groepen?
Sharps et al (1999)
Wie kunnen er beter stimulusmateriaal organiseren experts of niet experts? Wie toonde dit aan in een onderzoek? Is dit op alle gebieden van toepassing.
Experts. Chase en Simons (1973) bij schaakspelers en amateurs. Nee, dat is gebruikelijk alleen van toepassing op hun eigen specialiteit.
Hoe kan verwerving van informatie worden geoptimaliseerd?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden