Typering psychoanalyse

5 belangrijke vragen over Typering psychoanalyse

1. Onbewuste mentale processen (5) (drifttheorie)

- primaire proces (onbewustzijn)
- secundaire proces (bewustzijn)
- voorbewustzijn (waar je niet meteen mee bezig bent, maar wel kan terughalen (huisnummer)

Het onbewuste: de drifttheorie
Eros (levensdrift): wij streven altijd dingen na. wij willen een toekomst (wereldreis)
Thanatos (doodsdrift): wij willen totale rust (voor een wereldreis moet je veel dingen doen)


Freud: zegt dat je in dit conflict continu zit.

3. Theorie over psychoseksuele ontwikkeling (fixatie, regressie) (5)

- ontwikkeling van een kind loopt volgens vaste volgorde
- elke fase is verbonden met een conflict dat het kind moet zien op te lossen. de voorfase moet dus goed worden afgesloten
- als het conflict niet goed wordt opgelost:
Fixatie: het kind blijft steken in een fase
Regressie: kind heeft meerdere fases goed doorlopen, maar valt terug in een eerdere fase.

De 6 fases van Freud van de seksuele ontwikkeling +conflict

1. Orale fase: afhankelijkheid (9-12 mnd)
2. Anale fase: autonomie en zelfcontrole (12 mnd - 2 j)
3. Fallische fase: ontdekking eigen geslachtsdeel (2 - 3/4j)
4. Oedipase fase: rivaliteit met vader/moeder (4 - 5j)
5. Latentiefase: emotionele rust (6 j - puber)
6. Genitale fase: ontwikkeling intieme relaties (puber - dood)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

4. Theorie over verdedigingsmechanismen (neurotische (9), volwassen (3), primitieve (3) (weerstand)

1. neurotische verdedigingsmechanismen
- zorgt ervoor dat onbewuste, bedreigende gedachten niet komen
- verdringing, verplaatsing, reactieformatie (omkering van gedrag), isoleren van gevoel, ongedaan maken, somatiseren (stress zorgt voor lichamelijke kl), vermijding, ageren (voorkomen dat gedrag bewust wordt), rationaliseren (jezelf in de maling nemen)

2. volwassen verdedigingsmechanismen
- nuttig en nastrevenswaardig
- sublimatie (onaanvaardbare wensen omzetten in gedrag), altruïsme (ongeschikt maken van eigen belangen aan die van anderen). humor

3. primitieve verdedigingsmechanismen
- moeilijk te behandelen met therapie, kindertijd aanwezig)
- ontkenning, splitsen (tegengestelde gevoelens worden gescheiden), projectie (altijd de schuld van de ander)

5. Theorie over de praktijk (overdracht, tegenoverdracht) (4)

overdracht
- gevoelens uit de kindertijd van de cliënt reageert hij af op de therapeut
- onbewust proces
tegenoverdracht
- bewustwording van eigen gevoelens die de cliënt bij hem oproept
- moet gebruikt worden om de problemen van de cliënt te begrijpen

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo