Social Development - Parenting Styles

9 belangrijke vragen over Social Development - Parenting Styles

Welke 2 dimensies zijn er in ouderschapsstijlen?

  1. Warmte, accepterend, responsief vs afwijzend, niet responsief
  2. Controle, veeleisend, controlerend vs. niet veeleisend, weinig controle

In welke twee dimensies worden opvoedstijlen door psychologen beschreven?

  1. de mate van warmte die een ouder toont aan het kind, die gereflecteerd wordt door liefdevol en attent te zijn naar kinderen en hun behoeften
  2. de mate van controle die een ouder probeert uit te voeren over het gedrag van het kind

Wat is het oorzaak-gevolg-probleem bij het koppelen van kindergedrag aan de opvoedstijlen?

We moeten voorzichtig zijn met het trekken van conclusies uit de causale relaties tussen de opvoedstijlen en het gedrag van kinderen. Het kan zo zijn dat een opvoedstijl bepaald gedrag in de hand werkt, maar het kan ook (deels) andersom zijn:
  • Kinderen die een minder meewerkend en meer verstorend temperament hebben, een strengere, hardere opvoedstijl en minder warmte bij de ouders oproept.
  • Diverse studies hebben aangetoond dat kinderen met verschillende temperamenten verschillende disciplinaire stijlen oproepen bij de ouders.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke vier ouderschaps stijlen zijn er

  1. "Autoritairian": gehoorzaamheid wordt sterk gewaardeerd en hoge mate van druk op de kinderen. (laag warmte / hoog controle)
  2. "Authorative": vinden gehoorzaamheid an sich minder belangrijk en kijken meer naar het kind wat ze moeten leren afhankelijk van principes (hoog warmte / hoog controle)
  3. "Permissive": zijn de meest tolerante ouders en het minst waarschijnlijk dat ze hun kinderen straffen. (hoog warmte / laag controle)
  4. "Neglectful": tonen onverschilligheid in de opvoeding, vragen niets van hun kinderen en emotioneel koud (laag warmte / laag controle)

Welke 4 soorten van ouderschap zijn er (Maccoby en Martin)?

  • Autoriatir, veel gebruik van macht
  • Autoritatief, uitleg van de reden voor het gewenste gedrag, als dat geen effect heeft: gebruik van macht
  • Tolerant, weinig correcties van ongewenst gedrag
  • Ongeinteresseerd, vragen niets maar geven ook niets

Wat is bewijs dat de opvoedstijl wel degelijk invloed heeft op het gedrag?

Denk aan het experiment waarbij gescheiden moeders met 6- tot 8-jarige zonen een training kregen in positieve discipline. De zonen van deze moeders hadden een jaar later een betere relatie met hun moeder, voelden zich gelukkiger, waren vriendelijker en meewerkender dan de zonen in de andere groep. 3 jaar later vertoonden ze minder delinquent gedrag.

Wat zijn de drie algemene opvoedstijlen volgens Diana Baumrind (1967, 1971)?
Welke vierde stijl is daar later aan toegevoegd (Maccoby & Martin, 1983)?

  1. Autoritaire opvoedstijl: weinig warmte, veel controle; gehoorzaamheid afdwingen omwille van de gehoorzaamheid
  2. Autoritatieve opvoedstijl: veel warmte, veel controle; aanleren van de basisprincipes van goed en fout
  3. Permissieve opvoedstijl: veel warmte, weinig controle; het meest tolerant naar het gedrag van hun kinderen en het minst geneigd tot corrigeren. De reacties op misdragingen hebben met name betrekking op de eigen frustratie en niet op het corrigeren van het gedrag
  4. Verwaarlozende opvoedstijl/laissez-faire-opvoedstijl: weinig warmte, weinig controle; niet betrokken bij de kinderen en weinig veeleisend naar de kinderen

12.3 Hoe beïnvloeden de 4 opvoedstijlen de psychologische ontwikkeling van kinderen?

  1. Autoritaire opvoedstijl: Slechte schoolprestaties, laag zelfbeeld, eerder afgewezen door peers op school
  2. Autoritatieve opvoedstijl: Vertonen de meeste positive kwaliteiten (vrolijker, vriendelijker, meewerkender, minder verstoren van andermans activiteiten). Deze voordelen waren met 9 jaar nog steeds zichtbaar
  3. Permissieve opvoedstijl: Impulsief en agressief
  4. Verwaarlozende opvoedstijl: Doen het het slechts. Tijdens de adolescentie vertonen ze een breed scala aan probleemgedrag (seksuele promiscuity, antisociaal gedrag, drugsgebruik, depressie en sociale terugtrekking)

Waarom is het een vergissing om absolute conclusies te trekken uit correlatief onderzoek?

We moeten geen absolute conclusies trekken uit correlatief onderzoek, omdat de resultaten zowel de aanleiding als het gevolg kunnen zijn. Zo kan opvoeding leiden tot bepaald gedrag, maar gedrag ook leiden tot een bepaalde opvoeding.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo