Situated Cognition

Question

Waarin verschilt de theorie van Situated Cognition met de eerder beschreven theorieën?

Answer 1

declaratieve en procedurele kennis zijn niet gescheiden maar geïntgreerd binnen een vast kader.

Answer 2

- wat mensen fysiek doen en wat mensen willen, wensen of denken ontwikkelen zich tegelijkertijd.

Wenger (1998) formuleerde de volgende argumenten voor situated cognition:

1. We zijn sociale wezens, dit is een centraal onderdeel van leren.
2. Kennis is een competentie die respect heeft voor waardevolle bezigheden, zoals het toon houd bij zingen of het maken van een machine.
3. Kennis is een manier om deel te nemen aan dit soort bezigheden, actief deel te nemen in de wereld.
4. Leren ontwikkeld betekenis om de wereld te kunnen ontdekken en eraan deel te nemen.

Answer 3

Realiteit is geconstrueerd, meervoudig en holistisch. Ze zien het geheel als facetten.

Answer 4

Problemen met transfer en scholen geven vaak op deze manier les

Answer 5

Peripheral

Dit zijn lerenden die nooit volledig deelnemen aan de community of practice, omdat ze tussentijds zijn gestopt of zijn geweigerd na verloop van tijd.

Inbound

De nieuwkomer heeft geinvesteerd in de community en is bezig om volledig te participeren.

Insider

Deze personen participeren volledig in de community, maar blijven zichzelf nog steeds ontwikkelen.

Boundary

Dit betekent dat personen volledig particperen in meerdere communities en juist op zoek gaan naar manieren om die communities te verbinden.

Outbound

Deze personen zijn op hun weg uit de community.

Answer 6

Scheid 'wat wordt geleerd', 'hoe wordt geleerd' en 'het gebruik' niet van elkaar. (je leert van de experts)

Answer 7

Leren als deelnemer gebeurd op 3 brede niveaus:

voor individuen
voor communities
voor organisaties

Individuen leren van communities. Voor communities is het belangrijk nieuwkomers te krijgen. Taak van organisaties is het ondersteunen van verschillende communities.

CSILE is een voorbeeld van een virtuele community. Computer-Supported Intentional Learning Environment. Een voorbeeld van een leraning community online. CSILE creëerde een digitale gemeenschap, waarbij alle leden info kunnen delen. Alle leden moeten een bijdrage leveren en men controleert elkaar.

Answer 8

In ieder geval is Vygotsky van grote invloed geweest.

Het constructivisme ligt er ook dicht tegenaan, maar ook informatieverwerking.

Answer 9

Naturalistisch en opbouwend

Answer 10

wat mensen waarnemen, doen en denken ontwikkelt zich binnen een sociale context.

Answer 11

deze practices zijn betekenisvolle acties, die betekenisvol gerelateerd kunnen worden aan zaken binnen het culturele systeem.

Answer 12

leren is de toename van praktisch deelnemen in de samenleving waarbij continu nieuwe relaties ontstaan tussen mensen, acties en hun wereld

Answer 13

Observaties en interviews in de dagelijkse praktijk.

Answer 14

Het leren met peers vergroot de 'eigen wereld' , wat van invloed is op motivatie en free loading.

Answer 15

een ecologische psychologische benadering op waarnemen (= lichamelijke factor): wat iemand waarneemt (de affordance/ opbrengst) bepaalt de actie
een kritische pedagogie (= sociale factor): als zowel de lerende als de omgeving kennis produceren, dan is de positie van de lerende binnen de cultuur belangrijk.
alledaagse kennis: kennis wordt maatschappelijk bepaald, geïnterpreteerd en ondersteund

Answer 16

Objectivisme (de realiteit is extern en bestaat buiten de lerende om en kan gekend worden via de zintuigen)

Answer 17

de culturele context
de aard van individu-actie-omgeving
verschillende kennisgemeenschappen

Answer 18

Mutual engagement - wederzijdse betrokkenheid
a joint enterprise - gezamenlijke onderneminga shared repertoire - delen van repertoire

Answer 19

Pragmatisme (de realiteit bestaat maar kan niet direct worden gekend. Kennis wordt verkregen via symbolen en is altijd tijdgebonden)

Answer 20

wederzijdse betrokkenheid - acties zijn betekenisvol voor gemeenschap

gezamenlijke onderneming - wederzijds onderhandeld doel

delen van repertoire - levert groei van vaardigheden, voorwerpen, symbolen

Answer 21

Interpretivisme (de realiteit en kennis worden door de lerende geconstrueerd door rationeel denken).

Answer 22

Eerst wederzijdse betrokkenheid, dan een gezamenlijke onderneming en vervolgens een gedeelde verzameling aan kennis

Answer 23

Black box, het is onduidelijk wat er in de lerende zit.

Answer 24

Legitimate peripheral participation : het proces waarbij praktische vaardigheden worden ontwikkeld binnen een gemeenschap en wel van starter naar volledige deelnemer.

Answer 25

Verwerking begint bij de zintuiglijke input, wordt verwerkt tot een output. Netwerkmodellen.

Answer 26

Kennis is verpakt in kleine pakketjes. Deze pakketjes hangen in een schema aan elkaar.

Answer 27

Nieuwe kennis wordt gekoppeld aan al aanwezige kennis. We maken de koppeling met het netwerk van de kennis. Hiërarchisch ingedeeld.

Answer 28

Er vindt interactie plaats met anderen.

Answer 29

De master verleent toestemming en stelt bronnen beschikbaar. De leerling moet zelf een doel hebben en gemotiveerd zijn. Communicatie tussen peers is belangrijk.

Answer 30

Omgeving zorgt voor stimuli voor gedrag, aanwijzend welk gedrag bij het uitvoeren past. Associaties.

Answer 31

peripheral - doet niet mee als volle deelnemer
inbound - starter die al heeft geïnvesteerd en geleid wordt naar volle deelnemer
insider - volledige deelname waarin continue ontplooing en oefening
boundery - blijft betrokken maar neemt deel in gekoppelde communities (tussenpersoon)
outbound - in proces van weggaan

Answer 32

Zintuiglijke informatie vanuit de omgeving.

Answer 33

cognitieve meester-leerling relatie (internship = stage, projecten, co-teaching)
verankerde instructie (CTGV video met verankerde instructie)
leergemeenschappen (leerkracht en leerling werken samen om doel te bereiken, gedeelde extertise, verschillende ervaringen en interesses tussen peers worden gedeeld, reflectie)
beoordeling in situ (diagnoses, statistieken, portfolio)

Answer 34

Activeren door cues en triggers

Answer 35

mail over individuele presteren : persoonlijke doelen, verwachting, hulp
mail over leren in groep: functioneert deze of hulp nodig
mail over leren in klas/ gemeenschap: goed of aanpassingen?
suggesties voor verbeteringen op de drie niveaus

Answer 36

Gebruik maken en een bijdrage leveren van concepten, hulpmiddelen en de praktijk van een community. Leren in context gaat inertie van kennis tegen, context verbindt kennen en kunnen, weten en doen.

Answer 37

Het gebruik van schema's zorgt voor een snellere en beter begrip van de nieuwe kennis. De al aanwezige kennis heeft voor het begrip een belangrijke rol.

Answer 38

Via zintuiglijk geheuegn wordt kennis doorgegeven aan het korte termijn geheugen. Herkennen en redeneren.

Answer 39

Er wordt aangenomen dat het leren beschreven kan worden in observeerbaar gedrag en de ervaringen die in de omgeving voorkomen.

Answer 40

Leren door groei van kennis, tuning en herstructureren met behulp van een schema. Onthouden door hulp van een schema.

Answer 41

Derivative subsumtion, correlative subsumption, superordinate learning, combinatorial learning, assimilation en retention.

Answer 42

Universeel, eenvoudig gedrag

Answer 43

Universeel, zowel kort als lange processen verwerken

Answer 44

Universeel, matig lange leerprocessen.

Answer 45

Onderwijs, leerprocessen

Answer 46

'practice' in specifieke contexten

Answer 47

Obeserveerbaar gedrag, associaties cues gedragcues.

Answer 48

Sensorische geheugen, korte termijngeheugen (werkgeheugen) en lange termijngeheugen.

Answer 49

Accretion, tuning, restructuring, brein (matig detail, nadruk op inpassen, aanpassen en veranderen).

Answer 50

Subordinate, superordinate of coordinate, brein (groot detail, nadruk op leren)

Answer 51

Sociale en culturele activiteiten en hulpmiddelen. Door handelingen te doen binnen de community.

Answer 52

Specifieke leerdoelen, voorwaardelijke versterkingen bepalen, programma maken voor verandering van gedrag, onderhandelingen over inbreng lerende, fixed ratio schema, fixed interval schema, variabale ratio en interval schema's

Answer 53

Informatie organiseren, aandacht voor processen, verbeteren van encoding en onthouden, profiteren van praktische mogelijkheden, lerende helpen met het monitoren van het leren.

Answer 54

Materiaal betekenisvol maken voor de lerende. Het activeren van de lerende dmv voorkennis en het begeleiden bij de koppeling leggen van betekenisvolle connecties met de al aanwezige kennis.

Answer 55

Model geschikte oefeningen, bevorder semiosis en promoot reflecteren in leren. Help lerende de waarde inzien van participatie in een community of practie. Geankerde instructie, Authentieke assessment.

Answer 56

Door peripheral, inbound, insider, boundary, outbound.

Answer 57

De informatie die gebruikt wordt om te kunnen deelnemen aan de praktijk van een community wordt gezien als kennis.

Answer 58

Realiteit hangt af van de context (sociaal en cultureel) of het individuele leerproces. de realiteit wordt samen geconstrueerd.

Answer 59

Werkelijkheid is gekoppeld aan de mogelijkheid tot interpreteren. De waarheid is voor ieder individu verschillend, hangt af van het referentiekader.

Answer 60

Communities of practice

Answer 61

Semiasis of activatie signalen. Deelnemen aan activiteiten in een community.

Answer 62

ecologische benadering van de perceptie
kritische pedagogie
dagelijkse cognitie

Answer 63

Peripheral
Inbound
Insider
Boundary
Outbound

Ze geven allemaal een verschillende vorm van deelname weer in de praktijkgemeenschappen.

Answer 64

als een index (omhooggaande kwik in een thermometer is een stijgende temperatuur)
als plaatje
als symbool (letters en cijfers)

Situated Cognition

64 belangrijke vragen over Situated Cognition

Waarin verschilt de theorie van Situated Cognition met de eerder beschreven theorieën?

Noem argumenten die pleiten voor 'situatedness'

Wat stelt het interpretivisme over de aannamen over de realiteit?

Wat wordt een probleem als je leren, doen en situatie van elkaar scheidt en waar gebeurt dit vooral?

Op welke wijze kunnen leerlingen participeren in 'communities of practice'?

Wat is er in de ogen van Situated Cognition heel belangrijk voor instructie?

Op welke wijze kunnen lerenden participeren in virtuele communities of practice en in arbeidsorganisaties?

Welke leertheorieën lijken aan Situated Cognition verbonden?

Wat stelt het interpretivisme over het typen onderzoek?

Vertel in het kort wat de aard van Situated Cognition is?

Bij Situated Cognition wordt kennis verkregen door lived practices. Wat betekent dat?

Hoe wordt leren begrepen binnen Situated Cognition?

Wat stelt situated cognition over de typen onderzoek?

Het kenmerk van Situated Cognition is dat de leertheorie moet aansluiten bij de cultuur/ belevingswereld van de lerenden. Wat is de gedachte hierachter?

De schrijver noemt in ieder geval 3 tradities die van invloed zijn geweest op Situated Cognition?

Wat is de kennistheoretische traditie van CIP?

Uit welke elementen bestaat Situated Cognition?

Welke 3 interactie dimensies beschrijft Wenger?

Wat is de kennistheoretische traditie van betekenisvol leren?

Hoe kan je wederzijdse betrokkenheid, gezamenlijke onderneming en delen van repertoire omschrijven?

Wat is de kennistheoretische traditie van situated cognition?

Wat gebeurt er binnen een Community of practice?

Wat is de representatie bij radicaal behaviorisme?

Wat is het hoofdkenmerk van Situated Cognition?

Wat is de representatie bij CIP?

Wat is de representatie bij schema theorie?

Wat is de representatie bij betekenisvol leren?

Wat is de representatie bij situated cognition?

Hoe kenmerkt apprenticeship zich?

Wat is de context bij radicaal behaviorisme?

Apprenticeship is niet het enige middel om tot leren te komen in de praktijk. Wenger beschreef het learning trajectory. Hoe?

Wat is de context bij CIP?

Welke implicaties kent Situated Cognition voor instructie?

Wat is de context bij schema theorie?

Hoe wordt beoordeeld bij het three part model tijdens het onderdeel diagnose

Wat is de context bij situated cognition?

Wat is kennis bij schema theorie?

Wat is kennis bij betekenisvol leren?

Wat is leren bij radicaal behaviorisme?

Wat is leren bij schema theorie?

Welke processen spelen een rol bij het leren van betekenisvol leren?

Wat is de reikwijdte van radicaal behaviorisme?

Wat is de reikwijdte van CIP?

Wat is de reikwijdte van schema theorie?

Wat is de reikwijdte van betekenisvol leren?

Wat is de reikwijdte van situated cognition?

Wat zijn de betrokken mechanisme bij radicaal behaviorisme?

Wat zijn de betrokken mechanisme bij CIP?

Wat zijn de betrokken mechanisme bij schematheorie?

Wat zijn de betrokken mechanisme bij betekenisvol leren?

Wat zijn de betrokken mechanisme bij situated cognition?

Wat zijn de instructieprincipes bij radicaal behaviorisme?

Wat zijn de instructieprincipes bij CIP?

Wat zijn de instructieprincipes bij schema theorie?

Wat zijn de instructieprincipes bij situated cognition?

Hoe kan een individuele participatie aan een leergemeenschap plaats vinden?

Wat is kennis bij situated cognition?

Wat stelt situated cognition over de aannamen over de realiteit?

Wat stelt situated cognition over de aard van verklaringen over de waarheid?

Wat stelt situated cognition van de bronnen van kennis?

Wat is leren bij situated cognition?

Wat zijn determinanten van situated cognition?

Welke 5 typen leertrajecten zijn er?

Op welke 3 manieren kan een teken een object voorstellen?

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Introductie leertheorieen en instructies

Psychology of learning for instruction

The systematic design of instruction

Psychologie van de adolescentie

Adolescent brain Development:A period of Vul…

Pubertal processes and physiological growth …

Sprekend verleden.

Educational research : planning, conducting,…

Muziek op maat.

Exploring humans an introduction to the phil…

Portaal praktische taaldidactiek voor het pr…

Kiezen Voor Het Jonge Kind

Handboek Biologie voor jou 2A Biologie voor…