Artikel verminderd inzicht bij Schizofrenie en andere psychotische stoornissen - psychiatrische stoornissen - psychische stoornissen in nederland artikel
6 belangrijke vragen over Artikel verminderd inzicht bij Schizofrenie en andere psychotische stoornissen - psychiatrische stoornissen - psychische stoornissen in nederland artikel
Is de volgende bewering juist of onjuist?
Op elk gegeven moment lijdt een kwart van de Nederlandse bevolking aan een psychische stoornis.
(Zie hoofdstuk 2 uit het verslag van Nemesis "Psychische stoornissen in Nederland".)
Naast Nederland is er in een aantal andere landen onderzocht bij hoeveel mensen op jaarbasis een psychische stoornis voorkomt. Hoe verhoudt Nederland zich in vergelijking tot andere landen? (Zie hoofdstuk 1 "GGZ in tabellen".)
Ligt in Nederland de drempel om hulp te zoeken voor psychische of emotionele problemen hoger of lager dan in andere landen? (Zie hoofdstuk 2 "GGZ in tabellen".)
In Nederland zoekt een hoog percentage hulp (7,7 procent) in vergelijking tot andere landen. Alleen in Zuid-Afrika en de Verenigde Staten ligt dit percentage hoger (respectievelijk 13,4 en 9,7 procent).
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
De kans op het krijgen van een psychische stoornis is voor iedereen gelijk.
Is bovenstaande bewering juist of onjuist
- bepaalde demografische kenmerken:
- jongvolwassenen
- stedelingen
- alleenstaanden en alleenstaande ouders
- bepaalde sociaal-economische kenmerken:
- lager opgeleiden
- volwassenen met een laag of gemiddeld inkomen
- huisvrouwen en huismannen
- werklozen en arbeidsongeschikten
- een problematische voorgeschiedenis:
- kinderen van ouders met een psychische stoornis
- volwassenen die als kind mishandeld of verwaarloosd zijn.
Welke van de psychische stoornissen gaat het vaakst samen met een andere psychische stoornis? (Zie hoofdstuk 1 "GGZ in tabellen".)
Bij volwassenen met een stemmingsstoornis komt bij 54% een andere stoornis voor; meestal is dat een angststoornis.
Van alle mensen die per jaar een psychische stoornis krijgen, ontvangt twee derde daarvoor geen hulp. De verschillen per stoornis zijn groot. Voor stemmingsstoornissen geldt bijvoorbeeld dat relatief veel mensen hulp ontvangen (bijna 60%). Voor andere stoornissen ligt het percentage veel lager.
Noem drie stoornissen waarbij het percentage van mensen dat in contact komt met hulpverlening laag is. Zie hoofdstuk 2 "GGZ in tabellen".
- Mensen met een angststoornis (ongeveer 35%). Vooral mensen met een specifieke fobie (bijvoorbeeld hoogtevrees of angst voor spinnen) maken weinig gebruik van hulp.
- Mensen met alcoholmisbruik (14%). Indien mensen alcoholafhankelijk zijn en daarbij ook drugs misbruiken of drugsafhankelijk zijn, dan is het percentage dat hulp ontvangt veel hoger.
- Mensen met ADHD (ongeveer 35%).
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden