Eetstoornissen en verslaving

36 belangrijke vragen over Eetstoornissen en verslaving

Welke stoornissen komen vaak samen met Anorexia voor?

65% van de patiënten heeft ook een depressie, 34% heeft sociale fobie en 26% heeft OCS

Wat zou een reden kunnen zijn voor de obsessieve preoccupatie bij AN?

Uit een gebrek aan autonomie. Patiënten zouden het gevoel hebben dat hun lichaam onder controle staat van hun ouders, en alleen strikte zelfdiscipline zou ze een gevoel van eigen controle geven.

Wanneer wordt een patiënt met Anorexia opgenomen?

  • Opname is geïndiceerd als een patiënt meer dan 20% onder het normale gewicht zit.
  • Gedwongen opname is alleen geïndiceerd als de patiënt in levensgevaar is.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is een goede behandeling bij Anorexia?

Cognitieve gedragstherapie is effectief. De gedragscomponenten bestaan uit het monitoren van eetgedrag en omgaan met gewichtstoename. Bij cognitieve therapie worden foutieve kerngedachten uitgedaagd en worden nieuwe coping mechanismen aangeleerd.

Welke behandeling heeft de voorkeur bij het behandelen van Boulimia?

Cognitieve gedragstherapie. Het richt zich op het doorbreken van vicieuze gedragscirkels en het doorbreken van verkeerde cognities over lichaam en eten.

Worden er medicijnen voorgeschreven bij een behandeling van Boulimia?

Antidepressiva blijken ook werkzaam te zijn tegen vreetbuien, ongeacht of er een stemmingsstoornis aanwezig is. De middelen worden op dezelfde dosis voorgeschreven als bij depressie. Een combinatie van therapie en medicijnen lijkt het meest effectief.

Wat is een binge eating stoornis?

Het hebben terugkerende eetbuiten waarbij ze abnormaal grote hoeveelheden voedsel eten in een korte tijd. In tegenstelling tot boulima nervosa compenseren patiënten met binge eating stoornis op geen enkele manier na de eetbui. Eetbuien vinden vaak plaats in een privésetting, met calorierijk voedsel, waarbij de persoon het idee heeft dat hij of zij de eetbui niet kan controleren.

Hoe vaak komt een binge eating stoornis voor?

Het is de meestvoorkomende eetstoornis. Het komt bij 25% van de patiënten voor die hulp zoeken voor obesitas, en 50-70% van deze mensen heeft ernstige obesitas. Deze stoornis komt vaker voor bij vrouwen.

Wat is de beste behandeling voor een binge eating stoornis?

CBT verlaagt eetbuien en geassocieerde problemen zoals depressie. CBT zorgt echter niet voor gewichtsverlies en CBT in combinatie met psychofarmacologische behandelingen zoals SSRI’s laten betere resultaten zien dan CBT alleen. Beweging in combinatie met CBT zorgt ook voor een afname in eetbuien.

Hoe wordt een nachteetstoornis vaak behandeld?

SSRI’s worden vaak gebruikt in de behandeling van nachteetstoornis. Bij patiënten met een comorbide ernstige depressie en nachteetstoornis kunnen lichttherapie en CBT ook nuttig zijn.

Wat is een purging stoornis?

Herhaaldelijk purging gedrag na het consumeren van kleine hoeveelheden voedsel bij personen van normaal gewicht die een vervormd beeld hebben van hun gewicht of lichaam. Dit gedrag omvat overgeven, misbruik van laxerende middelen, klysma’s en diuretica.

Met welke andere stoornissen komt obesitas vaak samen voor?`

Eetstoornissen (voornamelijk BES), middelengebruikstoornissen, psychotische stoornissen (schizofrenie), stemmingstoornissen, angststoornissen, persoonlijkheidsstoornissen, ADHD en PTSS. Er zijn twee eetstoornissen verband hebben met obesitas: boulimia nervosa en BES.

Welke neurotransmitters spelen een rol bij obesitas?

  • Dysfunctie aangetoond in serotonine, dopamine en norepinefrine in het reguleren van eetgedrag in de hypothalamus.
  • Andere hormonale factoren die invloed hebben zijn corticotrophin-releasing factor (CRF), neuropeptide Y, gonadotropin-releasing hormone en thyroid-stimulating hormone.
  • Een nieuw gevonden substantie, obestatin, is gevonden in de maag en produceert verzadiging en kan mogelijk gebruikt worden bij gewichtsverlies.

Hoe komt het dat afvallen voor jongeren die in hun jeugd al obesitas hebben veel lastiger is dan voor volwassenen?

Vetweefsel groeit door een toename in zowel celaantal als celgrootte. Wanneer een bepaald aantal vetcellen is bereikt, zijn deze niet vatbaar meer voor verandering. Als obesitas vroeg in het leven wordt ontwikkeld, dan is er een toename in zowel celaantal als celgrootte. Als het echter ontwikkelt in de volwassenheid, dan is er alleen een toename in de celgrootte. Gewichtsverlies wordt in beide gevallen bereikt door een afname van celgrootte.

Welke andere stoornissen worden geassocieerd met obesitas?

Vormen van depressie, de ziekte van Cushing, Fröhlich’s syndroom en Myxedema.

Welke gevolgen heeft obesitas voor de gezondheid?

Het zorgt voor een hoge bloeddruk, een hoog cholesterol en daarmee voor hart- en vaatziekten. Ook het risico op diabetes en allerlei soorten kanker neemt toe. Patienten die twee keer te zwaar zijn kunnen sterven door slaap apneu.

Wat zijn effectieve behandelingen voor obesitas?

Een dieet bestaand uit normale voeding, maar dan in kleinere hoeveelheden (1100-1200 calorieen), blijkt het meest effectief. Bizarre dieten werken vaak vanwege hun monotonie, maar op de lange termijn behoudt het zijn effecten niet. Lichaamsbeweging is ook belangrijk.

Welke medicamenteuze behandelingen zijn er bekend voor obesitas?

  • Medicijnen kunnen werken: het kan de eetlust verminderen, de opname van vet tegengaan (orlistat, Xenical) of de heropname van serotonine en noradrenaline blokeren (sibutramine, Meridia). Tolerantie kan optreden.
  • Bij een gastric bypass en bij gastroplastie wordt de maag verkleind, zodat de voedselopname wordt verminderd. Deze operaties zijn echter niet zonder risico’s.

Wat houdt de term afhankelijkheid (bij verslaving) in?

Het herhaaldelijk gebruik maken van het van het middel. Er wordt onderscheid gemaakt tussen gedragsmatige en lichamelijke afhankelijkheid.

Leg uit wat co-afhankelijkheid is en wat enabling en ontkenning daarmee te maken hebben.


  • Co-afhankelijkheid verwijst naar het gedragspatroon van familieleden die zijn beïnvloed door middelenmisbruik van een ander familielid.
  • Soms hebben familieleden het gevoel dat ze geen of weinig controle hebben over de ‘enabling acts’. Het familielid gedraagt zich alsof de verslaving vrijwillig is en de persoon gaat meer om de alcohol en drugs geven dan om familie.
  • Ontkenning speelt ook een rol bij co-afhankelijkheid, waarbij het familielid ontkent dat er een probleem is.

Hoe vaak komt een middelengerelateerde stoornis voor?

Van de personen boven de 12 wordt ongeveer 10% in de VS geclassificeerd met een middelengerelateerde stoornis.

Welke factoren spelen een rol bij het afhankelijk worden?

De beschikbaarheid, sociale acceptatie van middelengebruik en peer pressure kunnen bepalend zijn in het beginnen met middelengebruik. Persoonlijke en biologische factoren bepalen vervolgens of afhankelijkheid ontwikkelt.

Wat is de comorbiditeit met een middelengerelateerde stoornis?

  • Mensen met een middelengebruik stoornis hebben grotere kans op een psychiatrische stoornis.
  • Zo’n 35-60% voldoet bijvoorbeeld aan de criteria voor antisociale persoonlijkheidsstoornis. Deze groep gebruikt vaak meerdere illegale middelen, is impulsiever, geïsoleerder en depressiever dan andere gebruikers.
  • Een even grote groep voldoet ooit aan de criteria voor major depressieve stoornis.
  • Gebruikers lopen tenslotte een 20 keer zo groot risico om zelfmoord te plegen.

Welke medicijnen kunnen worden toegepast bij het middelenmisbruik?

  • Alcoholisme: disulfiram, naltrexone en acamprosaat.
  • Heroineverslaving: methadon, levomethadyl en buprenorfine.
  • Tabakverslaving: nicotinevervangers en bupropion voor tabakverslaving.

Wat is de prevalentie van alcoholgebruik/misbruik in Amerika?

  • 90% van de Amerikanen gebruikt wel eens alcohol.
  • 10% van de vrouwen en 20% van de mannen heeft ooit in zijn leven voldaan aan de criteria voor alcoholmisbruik.
  • 3-5% van vrouwen en 10% van de mannen voldaan aan criteria voor alcoholafhankelijkheid.

Is er een verschil tussen verschillende demografische factoren en alcoholgebruik?

Het alcoholgebruik is hoger in de stad, maar binge drinken en zwaar gebruik niet. Het alcoholgebruik is hoger bij hoog opgeleiden, maar zwaar gebruik komt weer meer voor bij laag opgeleiden.

Met welke andere stoornissen komen alcoholgerelateerde stoornissen voor?

  • Andere middelengerelateerde stoornissen.
  • Antisociale persoonlijkheidsstoornis veel voor. Het is onbekend of deze stoornis een gedeelde oorzaak heeft met alcoholgerelateerde stoornissen.
  • Een depressie. Dit is vooral waarschijnlijk bij vrouwen en bij bipolaire stoornis I patiënten.
  • 25-50% van de patiënten komt ook in aanmerking voor een angststoornis, meestal een fobie of paniekstoornis. Vaak gaat de alcoholgerelateerde stoornis vooraf aan deze angststoornis.
  • 10-15% van de mensen met een alcoholgerelateerde stoornis pleegt zelfmoord.

Zijn er genen betrokken bij een alcoholrelateerde stoornis?

  • Een familielid van een alcoholist heeft een vier keer zo grote kans om ook alcoholist te worden;
  • Genen zijn voor 60% betrokken bij een alcoholverslaving.

Wat zijn de fysiologische gevolgen van overmatig alcoholgebruik?

  • Leververgroting en –beschadiging, slokdarmontsteking, maagslijmvliesontsteking, maagzweer, verminderd maagzuur, darmproblemen, darmkanker en andere soorten kanker.
  • Alcohol verhindert de voedselopname, waardoor vitaminetekort kan ontstaan. Vooral tekort aan vitamine B treedt veel op.
  • Er kunnen hartproblemen, hoge bloeddruk, lage suikerspiegel en spierslapte optreden.

Welke ontwenningsverschijnselen van alchohol kunnen optreden?

  • Achtereenvolgens treden trillerigheid, perceptuele en psychotische symptomen, aanvallen (seizures) en alcohol ontwenning delirium op.
  • Andere symptomen zijn geïrriteerdheid, misselijkheid en overgeven en autonome hyperactiviteit (angst, zweten, hoge bloeddruk).
  • Aanvallen zijn vaak stereotypisch, gegeneraliseerd en tonisch-clonisch. Vaak volgt 3-6 uur na de eerste aanval een tweede aanval.

Welke medicijnen worden er gebruikt bij ontwenning?

  • Het kan worden behandeld met benzodiazepines, startend met een hoge dosis. Deze middelen werken tegen aanvallen, delirium, angst, trillen en hoge bloeddruk.
  • Carbamazepine werkt even goed en wordt minder snel misbruikt dan benzodiazepines.

Kan een delirium worden behandeld met antipsychotica?

Antipsychotica moeten vermeden worden, omdat die de drempelwaarde voor aanvallen verlagen.

Leg uit wat Wernickes encephalopathie is.

Het is een Alcoholgeïnduceerde persistente amnestische stoornis en het beschrijft een acute conditie van ataxie, evenwicht disfunctie, verwarring en verstoringen in de oogbewegingen. Deze stoornis kan compleet herstellen of zich verder ontwikkelen tot het Korsakoff syndroom.

Wat is het Korsakoff syndroom?

Dit is een chronische conditie met anterograde amnesie, problemen met het recente geheugen en vaak confabulatie.

Hoe komt het dat mensen na alcoholgebruik last hebben van blackouts?

Door de alcohol is men niet in staat herinneringen te consolideren in het lange termijngeheugen.

Wat is het foetaal alcoholsyndroom?

  • Mentale retardatie, microcephalie (klein hoofd), craniofaciale (schedel rond gezicht en hersenen) abnormaliteiten, defecten in ledematen en het hart, maladaptieve gedragingen en korte lichaamslengte treden op bij deze kinderen.
  • 35% van de vrouwen met een alcoholgerelateerde stoornis krijgt een kind met dit syndroom.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo