Samenvatting: Psychopharmacology Drugs, The Brain, And Behavior | 9781605357423 | JERROLD S QUENZER MEYER (LINDA F ), et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Psychopharmacology Drugs, the Brain, and Behavior | 9781605357423 | JERROLD S.. QUENZER MEYER (LINDA F.); Jerrold S. (University of Massachusetts Meyer, Amherst); Linda F. (University of Hartford) Quenzer
-
5 Catecholamines
-
Welke 2 neurotransmitters en welk gerelateerd compound behoren tot de catecholamines?
- Dopamine (DA)
- Norepineprhrine (NE)
- Epinephrine (EPI) (slechts kleine neurotransmitterfunctie)
- Dopamine (DA)
-
Uit welke gezamelijke precursor worden de catecholamines gesynthetiseerd?
Tyrosine. -
Hoe worden catecholamines opgeslagen en vervolgens weer vrijgegeven?
VesiclesOpname door VMAT: vesicular monoamine transporter. (drug reserpine blokt de opname --> afbraak DA en NE in nerve terminal --> drop in levels --> sedatie en depressie).
release ten gevolge van elektrische impuls, exocytosis. drugs: amphetamine en metapmhetamine --> behavorial excition door verhoogde release.
controle release door autoreceptoren (D2 en alfa-2) -
11.1 section 1
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 11.1
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom werkt heroïne 2 tot 4 keer beter en sneller vergeleken met morfine wanneer het intraveneus gegeven wordt, terwijl heroïne en morfine even goed werken wanneer het oraal wordt ingenomen?
Omdat intraveneus het molecuul van heroïne verandert waardoor het beter oplosbaar wordt in lipiden en hierdoor het sneller in het brein komt om op receptoren te reageren -
Wanneer iemand buiten bewust zijn is door een overdosis aan opioide moet een pure antagonist worden gegeven, waarom?
De pure antagonist kan het effect van een opioide voorkomen of terugdraaien, omdat het de receptoren bezet houdt waar opioides aan binden. -
Welk hersengebied wordt door morfine gestimuleerd wat leidt tot het symptoom overgeven?
Chemical trigger zone (area postrema) -
Op welke gebieden hebben opioiden het meeste effect?
CNS en gastrointestinal tract -
Wat voor effect heeft morfine op de gastrointestinal tract, en waarvoor diende het vroeger als medicijn?
Het zorgt voor constipatie, dus werd vooral als medicijn gegeven bij diarree -
Wat zijn de 4 opioide receptor subtypes?
Mu, delta, kappa en sinds kort ook NOP-R -
Alle 4 de opioide receptor subtypes hebben een vergelijkbare structuur als receptoren die gekoppeld zijn aan G eiwitten, wat voor soort respons bemiddelen ze?
Metabotrope respons
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden