Staatsrecht - studiehandleiding

4 belangrijke vragen over Staatsrecht - studiehandleiding

Trias politica, waarom?

Leer die uitgaat van een strikte scheiding tussen de wetgevende, bestuurlijke en rechtsprekende macht in een staat
•Voorkomen absolute macht bij 1 orgaan door machtenscheiding  = trias politica van Montesquieu

Hoe kan je het Nederlandse stelsel typeren?

A. Democratische rechtsstaat
Een staat die het recht als hoogste gezag handhaaft.
De rechter bepaalt of iemand zich aan de wet heeft gehouden of niet.
Als iemand de wet heeft overtreden, kan de rechter een straf opleggen.

Trias politica, grondrechten, onafhankelijke rechtspraak, legaliteitsbeginsel en algemeen kiesrecht

B. Constitutionele monarchie
Koning als staatshoofd, maar gebonden door constitutie (grondwet + ongeschreven staatsrecht)
Koningkrijk dat is vastgesteld in een staatsregeling

C. Gedecentraliseerde eenheidsstaat
Verticale machtenspreiding over lagere organen + toezichtconstructies

Wat is het verschil tussen een lid en een sub?

Lid vormt een afgeronde zin
Sub kan alleen gelezen worden in samenhang met de daaraan voorafgaande zin

Voorbeeld lid: art. 1:2 lid 1 Awb
Voorbeeld sub: art 1:1 lid 1 sub a Awb
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart


Welk van de onderstaande beginselen behoort niet tot de vijf beginselen van de rechtsstaat?
Het vertrouwensbeginsel.
Het legaliteitsbeginsel
Het democratiebeginsel.
Het machtenscheidingsbeginsel

Het vertrouwensbeginsel, want deze hoort bij algemeen
beginsel van behoorlijk bestuur.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo