Samenvatting: Ra-3

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 41 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van RA-3

  • HC: het op hol geslagen immuunsysteem

    Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/06/2019
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat doen eosinofielen en basofielen in de aangeboren immuunrespons?

    Ze verwijderen multicellulaire parasieten uit het lichaam.
  • Welke interleukinen worden er afgegeven door TH2-cellen?

    IL4, IL5, IL9 en IL13
  • Waarvoor zijn de T-helpercellen (TH-cellen) van belang?

    Ze inactiveren met behulp van suppressieve cytokinen de immuunrespons als de infectie is bestreden.
  • Wat is de overkoepelende naam voor auto-immuunziekten en allergieën?

    Chronische inflammatoire aandoeningen.
  • Welke TH-cellen zie je vaak bij allergieën? Tegen welke indringers komen ze normaal gesproken in actie?

    TH2, normaal werkt dat op multicellulaire parasieten.
  • Hoe werkt type-IV allergie?

    CD4 en CD8 T-cellen reageren. Is een contactallergie.
  • Voor welke 4 soorten dingen kunnen mensen allergisch zijn?

    1. voedingsmiddelen (pinda's, garnalen (anafylactisch), koemelk (groei je overheen), kippenei)
    2. huisstofmijt (allergisch voor eiwit in uitwerpselen, LPS)
    3. dieren (katten, honden)
    4. gras- en boompollen
  • Welke 5 soorten allergieën zijn er als je kijkt naar op welke organen het effecten heeft?

    1. respiratoire allergie (longen, neus, ogen)
    2. atopisch eczeem / dermatitis (huid)
    3. voedselallergie (darmen of oral allergy syndroom (mond))
    4. insectengif-allergie (systemisch of lokaal, kan anafylactisch zijn)
    5. geneesmiddelen-allergie
  • Heeft allergie een genetische component?

    Ja, als de moeder en een broer/zus een allergie hebben, dan heeft iemand een grotere kans om ook allergisch te zijn.
  • Op welke genen hebben de gendeffecten die met allergieën en auto-immuunziekten te maken hebben vooral betrekking? x4

    - triggering van CD4 T-cellen (pattern recognition receptoren of cytokines)
    - regulatie van TH2-cellen (zoals GATA3, transcriptiefactor voor TH2-ontwikkeling)
    - antimicrobiële peptide-productie
    - barrière-functie van epitheel
LET OP!!! Er zijn slechts 41 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart