Samenvatting: Reader 1
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Reader 1
-
2.2 De praktische (ir)relevantie van het Job Demand-Control-model
-
Wat concluderen Taris e.a. (2003) in hun onderzoek Gedrag & Organisatie over hoe de inhoud van het werk het leren van docenten stimuleert?
Taris e.a. concludeerden dat docenten in passieve banen (weinig werkdruk en veel regelmogelijkheden) meer gemotiveerd zijn om te leren dan docenten in actieve banen (veel werkdruk en veel regelmogelijkheden). -
Welke argumenten zijn er te geven voor de leerhypothese van Taris e.a.?
Er is ontdekt dat werkdruk remmend zou kunnen werken op leergedrag. In eerder onderzoek is gebleken dat actieve banen een laag verzuim voorspelde, wat werd uitgelegd als 'pressure to attend'. Evengoed kan werkdruk uitgelegd worden als 'pressure not to learn'. -
Welke bezwaren hebben Houtman & Smulders op de resultaten van het onderzoek?
- Eerder onderzoek lijkt deze bevinding niet te onderschrijven. Volgens die onderzoeken heeft leergedrag meer te maken met eigen motivatie en aanmoedigende houding van leidinggevenden.
- Het onverwachte resultaat kan ook een gevolg zijn van de homogene onderzoekssteekproef. Het moment waarop de proef wordt afgenomen kan cruciaal zijn.
- Het JDC-model onderzoekt maar een beperkt gebied van de werksituatie. Niet alle (stress)reacties worden door werkdruk, autonomie of sociale steun bepaald.
- Eerder onderzoek lijkt deze bevinding niet te onderschrijven. Volgens die onderzoeken heeft leergedrag meer te maken met eigen motivatie en aanmoedigende houding van leidinggevenden.
-
2.3 Bussy Business: How Urban Bus Drivers Cope With Time Pressure, Passengers, and Traffic
-
Op welke manier hebben de onderzoekers de copingstijl van buschauffeurs onderzocht?
Eerst hebben ze onderzocht welke individuele verschillen waren tussen de manier waarop de buschauffeurs cognitief en gedragsmatig met de taakeisen omgingen.
Daarna hebben ze onderzocht welke relatie er bestond tussen gedragsmatige stijlen en de subjectieve gezondheid, slaapstoornissen en werkinspanning
Vervolgens hebben ze de relatie tussen gedragsstijlen en meer objectieve maatstaven genomen; ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid.
In de 4e studie hebben ze zich gericht op de copingprocessen tijdens een werkdag. -
Welke conclusies konden getrokken worden uit het onderzoek naar de individuele verschillen tussen buschauffeurs?
- Gemiddeld genomen doen buschauffeurs hun best om op tijd te rijden.
- Het rijden van de bus in het stadsverkeer vereist een constante aandacht.
- Het omgaan met passagiers is een belangrijke bron voor werkplezier.
- Er lijkt een verband te zijn tussen op tijd rijden en de veiligheid. Hoe meer de chauffeur gericht is op op tijd rijden, hoe minder zijn aandacht naar veiligheid uit gaat. En andersom.
- Gemiddeld genomen doen buschauffeurs hun best om op tijd te rijden.
-
Welke conclusie konden getrokken worden uit het onderzoek naar de relatie tussen gedrag en subjectieve gezondheid, slaapstoornissen en werkinspanning?
- Tijdsdruk en veiligheid blijken een directe relatie met de subjectieve gezondheid, slaapstoornissen en werkinspanning te hebben.
- Chauffeurs die meer aandacht besteden aan de tijdsdruk bleken meer lichamelijke klachten, hogere werkdruk en meer psychosomatische klachten te rapporteren.
- Chauffeurs die meer aandacht besteedde aan veiligheid rapporteerde juist minder klachten.
-
Welke conclusies konden getrokken worden uit het onderzoek naar de relatie tussen copingstijlen en ziekteverzuim/arbeidsongeschiktheid?
Frequent verzuimers, gedeeltelijk en geheel arbeidsongeschikten rapporteerden meer klachten dan medewerkers met een laag of medium verzuim.
Volledig arbeidsongeschikten rapporteerden de meeste slaapproblemen en lichamelijke klachten. De slaapproblemen bleken niet met hun relatief hoge leeftijd te maken te hebben.
De laag verzuimers rapporteerden bijna geen slaapproblemen.
Laag en medium verzuimers leken zich minder te laten leiden door tijdsdruk, maar een grotere nadruk op veiligheid te leggen.
Arbeidsongeschikten rapporteerden een groot belang in veiligheid, maar ook in tijdsdruk -
Wat zijn de conclusies die de auteurs trekken uit de relatie tussen objectieve werkdrukindicatoren en subjectieve beleving en psychofysiologische reacties?
- Fysiologische reacties kunnen op een andere manier inwerken op het dopingproces tijdens het werk, afhankelijk van de psychofysiologische staat van de werknemer.
- Tijdsdruk lijkt gerelateerd te zijn aan een gevoel van spanning en fysiologische activatie. Het aantal passagiers correleert met de fysiologische reacties tijdens het werk en de spanning na het werk. Tijdsdruk lijkt daarom de belangrijkste werkstressor.
- Fysiologische reacties kunnen op een andere manier inwerken op het dopingproces tijdens het werk, afhankelijk van de psychofysiologische staat van de werknemer.
-
Wat is de algemene conclusie die de auteurs trekken na het onderzoek van buschauffeurs?
Buschauffeurs verschillen in de manier waarop ze met conflicterende taakeisen omgaan. Obsessief omgaan met de tijd, waardoor de veiligheid en comfort negatief beïnvloed wordt gaat samen met een groter risico op een verminderd welzijn en gezondheid. Het omgaan met passagiers blijkt geen stressfactor te zijn en mag juist gezien worden als een bron van werkplezier. Een hoge tijdsdruk en weinig vrije tijd blijk gerelateerd te zijn aan psycho-fysiologische stressreacties tijdens het werk. -
3.1 Assessment van burnout
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke criteria voor burnout hanteren Bibeau en anderen (1989)
- Uitputting of oververmoeidheid
- Verlies van zelfvertrouwen en het geloof in het eigen kunnen
- Verschillende psychosomatische symptomen van disstress
- Problemen met concentreren en sneller geïrriteerd zijn
- Afname van prestatie op het werk over de afgelopen maanden
- Uitputting of oververmoeidheid
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden