Experimenteel onderzoek - De empirische cyclus - De toetsingsfase
5 belangrijke vragen over Experimenteel onderzoek - De empirische cyclus - De toetsingsfase
Hoe moet de nulhypothese geformuleerd worden?
Hoe ziet het beslissingsmodel er stapsgewijs uit?
- De alternatieve hypothese of H1 wordt geformuleerd.
- Het referentiepunt of de nulhypothese H0 wordt geformuleerd.
- De kans wordt berekend op een gegeven steekproefuitkomst.
- Er wordt nageegaan of de kans dat de nulhypothese juist is klein genoeg is om deze nulhypothese alsnog te kunnen verwerpen.
Waarvan is de kans op een bètafout afhankelijk?
- Het significantieniveau: hoe lager het significantieniveau, des te groter de kans op een bètafout.
- De steekproef: hoe kleiner de steekproef, des te groter de kans op een bètafout.
- De toestand in werkelijkheid.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wanneer wordt de kans op een bètafout kleiner?
Waarom maken we een onderscheid tussen één-en tweezijdige toetsing?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden