EU-recht in strafrechtspraak van de Hoge Raad

37 belangrijke vragen over EU-recht in strafrechtspraak van de Hoge Raad

Wat valt op aan de rechtspraak van de Hoge Raad met betrekking tot EU-recht?

Het is opmerkelijk dat:
  • verwijzing naar EU-recht vaak ontbreekt.
  • bij vermelding, slechts wordt volstaan met enkel noemen.
  • de verenigbaarheid van recht met EU-recht, vaak pas ter sprake komt bij cassatiemiddelen.

Wat lijkt er te ontbreken in uitspraken van de Hoge Raad met betrekking tot EU-normen?

Uitspraken missen vaa

Wat wordt er in het overzichtsarrest van de Hoge Raad over aanhoudingsverzoeken gezegd?

Het overzichtsarrest biedt:
  • een beslissingsschema voor feitenrechters.
  • aanmoediging tot motivatie van afwijzende beslissingen.
  • aandacht voor belangen van verdachten in aanhoudingsverzoeken.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe wordt het recht op aanwezigheid in juridische contexten behandeld, volgens het overzichtsarrest?

Het recht op aanwezigheid:
  • is gewaarborgd in artikel 6 lid 3, onder c, EVRM.
  • is ook betrokken in artikel 8 van EU-richtlijn 2016/343.
  • wordt echter in het overzichtsarrest niet genoemd.

Wat kan er gebeuren met de uitleg van het recht door het Hof van Justitie?

Uitleg van het recht kan:
  • eigenstandig zijn en rechtsontwikkeling nastreven.
  • in de toekomst anders worden, zoals bij EHRM-interpretatie.
  • invloed hebben op perception van het aanwezigheidsrecht.

Wat wordt in de MvT nieuw Sv aangegeven over bepaalde EU-richtlijnen?

De richtlijnen 2012/13/EU en 2013/48/EU:
  1. Betreffen recht op informatie en toegang tot een raadsman
  2. Zijn een uitwerking van het recht op een eerlijk proces, neergelegd in artikel 6 EVRM.

Welke uitspraak is er gedaan door de HR op 16 oktober 2018?

De uitspraak, met het nummer ECLI:NL:HR:2018:1934, gaat over belangrijke juridische kwesties.
  1. Gepubliceerd in NJ 2019
  2. Bevat een annotatie van Mevis.

Wat constateert annotator Mevis bij de HR-uitspraak van 16 oktober 2018?

In paragraaf 10 van de annotatie:
  1. Belangrijke juridische overwegingen worden besproken.
  2. Er worden opvattingen gepresenteerd over toepassing en interpretatie.

Wat merkte Lestrade op in zijn annotatie bij de uitspraak van het HvJ EU?

In paragraaf 8 van zijn annotatie stelt Lestrade:
  1. Er is enige verbazing over bepaalde zaken.
  2. Dit betreft de uitspraak C-688/18 met betrekking tot verstekzittingen.

Wat is de datum en het nummer van de HvJ EU uitspraak over de Spetsializirana prokuratura?

De uitspraak is gedaan op 13 februari 2020, met het nummer:
  1. C-688/18
  2. Behandelt zaken rondom verstekzittingen.

Wat is het onderwerp van de hoofdrubriek I?

Deze rubriek behandelt de struisvogel, met de volgende aandachtspunten:
  1. Kenmerken van de struisvogel.
  2. Leefomgeving en gedrag.
  3. Belang van de struisvogel in het ecosysteem.

Wat werd besproken in het arrest van de Hoge Raad van 8 december 2020 en waarom was dat relevant?

Dit arrest betrof de aanwezigheid van ouders bij de terechtzitting van een minderjarige verdachte. Belangrijke punten:
  1. Alleen de moeder was aanwezig.
  2. EU-richtlijn 2016/800 spreekt het recht van aanwezigheid aan, in contrast met artikel 496 lid 1 Sv dat het als een plicht beschrijft.

Wat heeft de Hoge Raad geoordeeld in het arrest van 23 maart 2021 met betrekking tot ne bis in idem?

De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het gerechtshof, waarbij het openbaar ministerie ontvankelijk werd verklaard. Kernpunten:
  1. Verdachte was reeds in Duitsland vervolgd.
  2. De tenlastelegging omvatte andere gedragingen dan het eerdere delict.
  3. Geen schending van ne bis in idem.

Hoe verhoudt artikel 68 Sr zich tot artikel 50 HGEU in het besproken arrest?

Beide artikelen zijn relevant, maar alleen artikel 68 Sr werd besproken. Belangrijke punten:
  1. Hof en verdediging noemden enkel artikel 68 Sr.
  2. Hoge Raad en A-G haalden geen van beide artikelen aan.
  3. A-G concludeerde dat procesorde zich tegen vervolging verzette.

Welke richtlijn betreft procedurele waarborgen voor kinderen in een strafprocedure?

De Richtlijn 2016/800/EU behandelt:
  1. Procedurele waarborgen voor kinderen.
  2. Hoe deze rechten geïmplementeerd zijn.
  3. De omzetting in Nederlandse wetgeving op 15 mei 2019.

Wanneer is de richtlijn 2016/800/EU omgezet in Nederlandse wetgeving?

De omzetting vond plaats op 15 mei 2019 via:
  1. Wijziging van het Wetboek van Strafvordering.
  2. Wijziging van de Overleveringswet.
  3. Doel: implementatie van de richtlijn.

Wat is de ECLI code van de HR uitspraak van 8 december 2020?

De ECLI code is: ECLI:NL:HR:2020:1958 en hij is gepubliceerd in:
  1. NJ 2021/100.
  2. Met een noot van J.M. ten Voorde.

Wat houdt de conclusie A-G Aben van 12 januari 2021 in?

De conclusie is gedateerd op 12 januari 2021 en heeft de ECLI code:
  1. ECLI:NL:PHR:2021:31.
  2. Behandelt juridische aspecten betreffende recente uitspraken.

Welke datum betreft de HR uitspraak met ECLI:NL:HR:2021:387?

Deze uitspraak dateert van 23 maart 2021 en bevat:
  1. Relevant rechtsoverwegingen.
  2. Informatie over de toepassing in rechtspraak.

Wat zijn de onduidelijkheden rondom de toepassing van artikel 50 HGEU in juridische uitspraken?

Onduidelijkheden bestaan uit:
  1. Onvoldoende benoemen van de bepaling en zijn uitleg door het Hof.
  2. Geen expliciete beoordeling van de verenigbaarheid met Unierecht.
  3. Laatste visie ontbreekt over het recht op vertaling in hoger beroep.

Wat was de casus die in 2019 werd besproken met betrekking tot het recht op vertaling?

De casus betrof:
  1. Een Roemeens sprekende verdachte die niet werd geïnformeerd.
  2. Vraag over verschoonbaarheid van termijnoverschrijding bij hoger beroep.
  3. Hoge Raad bevestigde oordeel Hof zonder verder onderzoek naar richtlijn.

Welke fundamentele rechtsvragen blijven open na de uitspraak?

Twee belangrijkste vragen zijn:
  1. Of niet-naleving gevolgen verbinden met richtlijnprincipes.
  2. Wat de precieze reden is achter het recht op vertaling van dagvaardingen.

Hoe behandelt de Hoge Raad het recht op vertaling in de genoemde casus?

De Hoge Raad behandelt het recht op vertaling door:
  1. Het bevestigen van het hof zonder de richtlijn te toetsen.
  2. Niet in te gaan op de principes van de richtlijn en verantwoordelijkheden van verdachten.

Wat betreft de interpretatie van de EU-richtlijn 2010/64, wat is er opmerkelijk in de conclusie van de A-G?

De conclusie van de A-G omvat:
  1. Uitgebreide beschrijving van de richtlijn en de jurisprudentie.
  2. Geen toetsing van de overwegingen aan wat met de richtlijn is beoogd.

Wat is de hoofdoverweging van het Hof van Justitie met betrekking tot feiten in juridische context?

Het Hof van Justitie benadrukt dat:
  1. Een geheel van feiten moet onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
  2. Dit geldt ongeacht de juridische kwalificatie of het beschermde rechtsbelang.
  3. Feiten kunnen voldoende zijn als ze met hetzelfde misdadig opzet zijn begaan.

Wat heeft de rechtspraak van 21 april 2020 aan het onderwerp bijgedragen?

Deze uitspraak bevestigt:
  1. Dat eerdere voorbeelden niet op zichzelf staan.
  2. De noodzaak om het feitsbegrip consistent te interpreteren.
  3. Belangrijke overwegingen van J.W. Ouwerkerk werden opnieuw belicht.

Hoe is de Richtlijn 2010/64/EU van betekenis in strafprocedures?

Deze richtlijn bevat:
  1. Het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures.
  2. Volgens de richtlijn zijn er implementatievoorschriften zoals de Wet van 28 februari 2013.

Wat werd er in de conclusies van A-G Keulen op 27 augustus 2019 besproken?

De conclusies bevatten:
  1. Belangrijke overwegingen over het juridische proces.
  2. Specifieke punten in par. 5-8 en 9-13 die verdere uitleg geven.

Welke informatie bevat de noot van J.W. Ouwerkerk in verband met de recente rechtspraak?

De noot biedt:
  1. Een analyse van vier uitspraken.
  2. Een focus op relevantie en implicaties.
  3. Een overzicht van de juridische context via HR 21 april 2020.

Wat is een belangrijk aspect van het recht op vertolking en vertaling?

Het is noodzakelijk voor de verdediging om te kunnen:
  1. Voorbereiden van de verdediging.
  2. Bepalen van een proceshouding.
  3. Meer inzicht te hebben dan alleen de datum van de zitting.

Hoe kunnen advocaten invloed uitoefenen op de integratie van EU-recht in rechtszaken?

Advocaten zijn een belangrijke aanjager door:
  1. Te vragen naar de verenigbaarheid met EU-recht.
  2. Klachten in cassatiemiddelen in te brengen.
  3. Actualiteit en relevantie van EU-richtlijnen aan te stippen.

Welke rol heeft de Hoge Raad gespeeld in de uitspraak betreffende het recht op informatie?

De Hoge Raad:
  1. Besprak uitvoerig het relevante EU-recht.
  2. Bevestigde het oordeel van het hof.
  3. Laatste de verwijzing naar HGEU achterwege.

Wat werd er opgemerkt over de manier waarop het EU-recht betrokken is in bepaalde zaken?

Het is opgemerkt dat:
  1. EU-recht op een andere manier betrokken had kunnen worden.
  2. Dit mogelijk tot een andere uitkomst had geleid.
  3. De verdediging vaak naar dit recht vraagt.

Wat werd gezegd over de informatie die aan de verdachte werd verstrekt?

Bij aanhouding kreeg de verdachte:
  1. Enkel een artikelnummer.
  2. Geen voldoende gedetailleerde informatie.
  3. Geen rekening gehouden met de fase van de strafprocedure.

Wat is een belangrijk aspect van de verklaring van de verdachte in een helingzaak?

Een verdachte kan ervoor kiezen om geen verklaring te geven, wat volgens de Hoge Raad niet automatisch als bewijs kan worden beschouwd. Belangrijke punten zijn:
  1. Weigering om te verklaren draagt op zichzelf niet bij aan het bewijs.
  2. Rechter mag weigering meerekenen bij bewijswaardering.
  3. Geen aannemelijke verklaring kan redengevend zijn voor het bewijs.

Wat stelt de Hoge Raad over de rechtsconformiteit met EU-recht in helingzaken?

De Hoge Raad evalueert conformiteit met EU-recht, met belangrijke overwegingen van:
  1. EHRM-rechtspraak.
  2. EU-richtlijn 2016/434, artikel 7 lid 5.
  3. Mogelijke invloed van zwijgzaamheid op bewezenverklaring.

Wat blijkt over de zwijgende houding van de verdachte in helingzaken?

De zwijgende houding kan mogelijk invloed hebben op de bewezenverklaring, maar:
  1. Geen directe uitspraken over deze invloed in richtlijnen.
  2. Ruimte voor prejudiciële verwijzing naar het Hof van Justitie.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo