Het maatschappelijk contract - Van natuurrecht naar natuurlijke rechten

18 belangrijke vragen over Het maatschappelijk contract - Van natuurrecht naar natuurlijke rechten

Welke natuurlijke eigenschap deelt de mens volgens Hugo de Groot met de dieren, waardoor hij het natuurrecht in een intellectualistisch kader plaatst?

De neiging tot zelfbehoud; het behoud van eigendom, lijf en leden.

Wat is het verschil tussen natuurrecht en natuurlijke rechten?

Het natuurrecht is een theorie die gebaseerd is op waarneming van vaststaande feiten, waarnaar de norm (wetgeving) zich vormt, terwijl natuurlijke rechten zich uitdrukken in beginselen van primaire mensenrechten. Van nature heeft een ieder het universeel recht op leven. Natuurlijke rechten zijn de bakermat van het internationaal volkenrecht/mensenrecht.

In het argumentatieschema van het natuurrechtelijk denken vulde Thomas van Aquino de zwakke schakel (element B) in door te verwijzen naar God. Hoe wordt dit opgelost door de intellectualistische variant van het natuurrecht die Hugo de groot voorstaat?

Hij legde de nadruk meer op een biologische eigenschap die mensen en dieren delen: de neiging tot zelfbehoud. Zelfbehoud kan men zien als het behoud van eigendom: bezittingen, maar ook lijf en leden. > Niet alleen God, maar ook de mens mag vrijelijk over zich beschikken alsof het zijn eigendom is.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Volgens Hugo de Groot worden de plichten van mensen niet door God afgedwongen, maar verplicht men elkaar. De plicht wordt niet afgedwongen door het bevel van een soeverein, maar door het recht van de medeburger. Hoe worden deze rechten genoemd?

Subjectieve rechten (zij behoren toe aan het rechtssubject).

Wat vond Hugo de Groot van de voluntaristische benadering?

Hugo de Groot betwijfelde dat als we vast kunnen stellen dat er een natuurlijke aard van de mens is, of het dan een noodzakelijk gevolg is dat we onze wetten dan daarnaar inrichten. Leidt wil tot norm? Hugo de Groot had juist een meer intellectualistische benadering. Hij gaf toe dat bepaalde gedragingen en driften van nature aanwezig waren in de mens, maar stelde eveneens dat de rede en de "aard van de samenleving" niet toestond dat daar voluit aan werd toegegeven. De rede kan ons van (kwade) driften af houden.

Waarom pleit Hugo de Groot voor een intellectualistische lezing van het natuurrecht, die hij verwoordt in zijn werk Over het recht van oorlog en vrede (1625)?

- Een beroep op God als ultieme wetgever werd problematisch, tegen de achtergrond van de Reformatie (eenheid katholieke leer doorbroken), wiens God wordt er immers bedoeld;
- Het natuurrecht met zijn nadruk op de menselijke aard beloofde een meer overstijgend, want neutraler kader te vormen.

Deze gedachte vindt zijn weg in beginselen als individuele autonomie, zelfbeschikkingsrecht en de onaantastbaarheid van het lichaam. Door wie worden deze rechten en plichten afgedwongen volgens Hugo de Groot?

De rechten en plichten worden niet afgedwongen door een Goddelijke wetgever of een soeverein, maar mensen verplichten elkaar. > Het hebben van rechten en plichten jegens elkaar zorgt subjectieve rechten.

Vond de Groot het gebruik van geweld gerechtvaardigd?

Geweld is een natuurlijk gedrag, maar door de rede te bedwingen. Het gebruik van geweld is dus alleen onder voorwaarden toegestaan; ter zelfverdediging, ter behoud van lijf en leden, ter behoud van de vrede van de samenleving. Het gebruik van geweld is onrechtvaardig wanneer het louter bedoeld is als inbreuk op de rechten van een ander.

Wat maakt het natuurrecht neutraler en overstijgender

De nadruk op een universele menselijke aard geeft een neutraler kader. Hugo de Groot opteert daarbij voor een intellectualistische inslag voor het natuurrecht.

Welk probleem lossen subjectieve rechten voor Hugo de Groot en andere intellectualisten op?

De natuur leert dat ieder dier of mens de plicht en het recht heeft om zijn lijfen, leden en eigendom te behouden. > De theorie heeft het natuurrecht verplichtende kracht gegeven en is een handig meetpunt voor het (overheids)recht.

Geldt het natuurrecht volgens Hugo de Groot ook tijdens de oorlog?

Ja, ze is eeuwig en onveranderlijk en geldt onverkort. Niet alleen tijdens de oorlog maar in de betrekking tussen de staten onderling.

Hugo de Groot geeft een intellectualistische kader aan het natuurrecht, welk groot probleem kleeft aan hieraan?

- Er is reeds opgemerkt dat element B (menselijke neiging tot X moet worden vervuld) de zwakke schakel is;
- Thomas van Aquino vulde deze schakel in door te verwijzen naar God;
- Hugo de Groot reduceert de rol van God tot onderdaan (iemand die zelf ook onderworpen is aan het bouwplan, waar de menselijke neiging onderdeel van uitmaken);
- Nu de rol van God is gereduceerd welke verplichtende kracht kan Hugo de Groot dan nog verbinden aan zijn natuurrechtelijke beginselen ter regulering van internationale betrekkingen?

Wat is de kern van Hugo de Groots intellectualistische opvatting

Er is toch een grens aan god's oneindige macht, hij geen beweringen doen die een tegenspraak bevatten. Hij kan niet beweren dat 2x2 geen 4 is of dat wat intrinsiek slecht is goed zou zijn. God is zelf onderworpen aan het universele bouwplan waarvan ook menselijke neigingen een onderdeel zijn.

Wat zei Hugo de Groot over God?

Dat Gods macht niet oneindig is en dat bepaalde dingen in de natuur God niet veranderen kan.

Hoe verbindt Hugo de Groot enige verplichtende kracht aan natuurrechtelijke beginselen zonder zich op de rol van God te beroepen?

De nadruk ligt hier op de eigenschap van de mens die de mens deelt met de dieren: de neiging tot zelfbehoud. Zelfbehoud is behoud van eigendom en onder eigendom worden verstaan bezittingen en daaronder vallen lijf en leden. Dieren en mensen hebben de plicht en ook het recht om te streven naar behoud van lijf leden en bezittingen.

Welk probleem doet zich voor bij het intellectualistische kader van Hugo de Groot in de context van de plaats van God in de natuur?

Volgens Thomas van Aquino argumentatieschema voor natuurrechtelijk denken werd gezegd dat: a) van nature bestaat er de menselijke neigign tot X, b) de menselijke neiiging tot X moet worden vervuld (God), c) de staat moet zijn gericht op de vervulling van menselijke neiging X, d) de staten die ingericht zijn op de vervulling van de menselijke neigign X, zijn rechtvaardig.
Maar volgens  Hugo de Groot is God ook onderdeel van deze natuur dus hoe kan hj ons verplichten om volgens haar te leven?

Waar ligt de link met Hugo de Groots opvattingen en de hedendaagse over individuele autonomie, zelfbeschikkingsrecht en de onaantastbaarheid van het lichaam.

Lijf en leden zijn 'van ons'.  De mens mag vrijelijk over zichzelf beschikken. Mensen verplichten elkaar. Ze hebben tevens het recht om verplichtingen af te dwingen. Het recht van de medeburger is een subjectief recht, behorend aan een rechts-subject. Het gat vooral om afweerrechten, negatieve rechten, niet om sociale rechten.

Kan Hugo de Groot enige verplichtende kracht verbinden aan zijn natuurrechtelijke beginselen ter regulering van internationale betrekkingen als hij tegelijkkertijd Gods rol zo beperkt?

Ja, omdat deze beginselen in plaats van Gods plan neigen richting zelfbehoud waartoe ee nieder mens recht heeft. De Groot heeft het over het behoud van lijf en leden. Dat behoud is behoud van eigendeom, daaronder verstaat De Groot niet alleen bezittingen maar ook lijf en leden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo