Tussen rechter en wetgever - Beleid en beginsel

8 belangrijke vragen over Tussen rechter en wetgever - Beleid en beginsel

Waarom is volgens Dworkin de angst voor de rechtsvormende en ondemocratische rechter ongegrond?

Hij meent dat de rechter nooit op de stoel van wetgever komt te zitten, omdat de rechter geheel andere dingen afweegt dan de wetgever. Zelfs daar waar de rechter veel vrijheid is gegund, doet hij toch iets fundamenteel anders dan hetgeen de wetgevende vergadering doet.
Dit beargumenteert hij door een onderscheid te maken tussen wat hij principles an policies noemt, oftewel beginselen en beleidsoverwegingen. Door zich te concentreren op (rechts)beginselen, doen rechters geen afbreuk aan het democratische gehalte van politieke beslissingen, maar waarborgen uitsluitend dat individuele rechten niet met voeten worden getreden.

Rechters behoren de wet toe te passen, ze zouden geen nieuw recht behoren te scheppen. Dat is het ideaal maar kan niet in de praktijk worden toegepast, waarom niet?

Wetten en common-lawregels zijn vaak vaag en moeten worden geïnterpreteerd voordat ze op een nieuw geval toegepast kunnen worden.

Sommige gevallen zijn zo nieuw dat ze zelfs niet kunnen worden beslecht door de bestaande regel op te rekken of te herinterpreteren.

Waarop concentreert Dworkin zich in tegenstelling tot Raz (eerste en tweede orde redenen)?

Op een onderscheid tussen verschillende soorten redenen: de wetgever houdt zich bezig met de afweging tussen verschillende beleidsoverwegingen. 

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het verschil tussen rechtersrecht en wetgeversrecht?

De rechter maakt recht door een beginsel in ogenschouw te nemen, voorbeeld recht op schadevergoeding op grond van een beginsel.
De wetgever maakt recht door  beleid tegen elkaar af te wegen, voorbeeld is het economisch verantwoord om schadevergoeding toe te kennen in dit soort situaties.

De rechter beslist dus door beginselen en niet door beleidsoverwegingen.

Zodra iets is verankerd in wetgeving, zijn de beleidsoverwegingen niet meer aan de orde. Welke afwegingsruimte heeft de rechter volgens Dworkin dan nog wel?

Het afwegen van rechten die aan de regeling kunnen worden ontleend. 

Wat is volgens Dworkin het verschil tussen een argument dat op een beleidsoverweging is gestoeld en een argument dat verwijst naar beginselen?

Beleidsoverwegingen hebben betrekking op een bepaald doel van de gemeenschap. Argumenten die op beginselen zijn gestoeld verwijzen naar een bepaald individueel of collectief recht.

Op grond van welk argument kan alleen worden weerlegd dat rechterlijke creativiteit tot ondemocratische verhoudingen leidt?

Van het argument dat rechters andersoortige argumenten (beginselen) afwegen.

Waarom is het volgens Dworkin geen probleem dat de rechter niet democratisch gekozen wordt?

Omdat de rechter beginselen tegen elkaar afweegt en niet de beleidsoverwegingen. Voor een afweging van belangen is het noodzakelijk dat er een debat is tussen verschillende partijen waardoor de verschillende belangen gehoord en gewogen kunnen worden. Dat debat moet plaatsvinden in een vergadering die op democratische wijze is samengesteld en de diversiteit aan bestaande opvattingen weerspiegelt. Maar voor een afweging van rechten is het juist goed als dat debat plaatsvindt in de relatieve afzondering van de raadkamer, ver weg van het politieke gewoel waarin allerlei belangen kunnen meespelen die de rechten van de justibiabelen zouden kunnen verdringen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo