Startpagina / Samenvattingen / Recht en samenleving in verandering een inleiding in de rechtssociologie / europese-nationaal-hvj

Sociaalwetenschappelijke aspecten van supranationaal recht - Europees recht

6 belangrijke vragen over Sociaalwetenschappelijke aspecten van supranationaal recht - Europees recht

Wat wordt bedoeld met het 'constitutionele' aspect van de Europese integratie?

Dat gedeelte dat gaat om de wording en bepaling van de fundamentele machtsverhoudingen tussen supranationale Europese organen en de nationale lidstaten

De 5 belangrijkste stappen in het proces van Europese integratie:

de totstandkoming van het Verdrag van Rome (1955-1958)
het gemeenschappelijk landbouwbeleid (1958-1969)
de Europese Monetaire Unie (1969-1983)
de Europese Acte (1984-1988)
het Verdrag van Maastricht (1988-1991)

De activistische opstelling van de Europese Commissie

De EC heeft in het wetgevingsproces de taak wetsvoorstellen te doen en heeft van deze bevoegdheid voortvarend gebruik gemaakt.

Specifieke kenmerken van de EC

sterke interne fragmentatie
aanzienlijke rivaliteit tussen Directoraten-generaal (DG's)
veel activiteit en inventiviteit om nieuw beleid te ontwikkelen en voorstellen aanvaard te krijgen

Hoe het gesteld is met de naleving van de aangegane verplichtingen door de EU-lidstaten kunnen we gedeeltelijk opmaken uit:

de mate waarin de lidstaten Europese richtlijnen omzetten in nationaal recht
de frequentie waarmee de EC als toezichthouder optreedt en daarbij het HvJ EG als rechtshandhaver inschakelt
de mate waarin nationale rechters het HvJ EG om een prejudiciële beslissing vragen

Het 'Europees toezicht' is in de eerste plaats een taak van de EC, die een aantal steeds dringender maatregelen kan nemen:

op eigen initiatief of naar aanleiding van signalen van het EP 'vermoeden van niet-naleving'
Formele Mededeling --> eerst in informeer overleg met de lidstaat oplossing zoeken
inbreukprocedure voortzetten met een Gemotiveerd Standpunt
aanhangig maken bij het HvJ EG
dwangsom