Rechtsbeginselen van de Europese Unie - De mogelijkheid en wijze van optreden van de Unie: de beginselen van attributie, subsidiariteit en evenredigheid - Het subsidiariteitsbeginsel: de uitoefening van bevoegdheden
5 belangrijke vragen over Rechtsbeginselen van de Europese Unie - De mogelijkheid en wijze van optreden van de Unie: de beginselen van attributie, subsidiariteit en evenredigheid - Het subsidiariteitsbeginsel: de uitoefening van bevoegdheden
Om welke 2 redenen is het van belang dat het optreden van de Unie moet berusten op een rechtsgrondslag?
- Zo kan worden gecontroleerd of de Unie haar boekje niet te buiten gaat. (inhoudelijk waarborgen)
- Het Werkingsverdrag voorziet in verschillende besluitvormingsprocedures en dus verschillende maten van betrokkenheid van instellingen. (procedurele waarborgen)
Exclusief of gedeelde bevoegdheid
- artikel 3 VWEU: Unie exclusief bevoegd
- artikel 4: VWEU: gedeelde bevoegdheden
- lidstaten kunnen optreden als er nog geen verordeningen of richtlijnen zijn.
- Unie kan ook handeling intrekken (op voorstel van Commissie)
Evenredigheid art. 5 lid 4 VEU
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Het evenredigheidsbeginsel bestaat uit 3 specifieke toetsen:
- De vraag naar de causaliteit of geschiktheid van de maatregel
- De vraag of het middel waarvoor gekozen is niet verder gaat dan wat noodzakelijk is voor het bereiken van de doelstelling. (Deense flessen)
- Meest vergaande toetsing betreft de vraag naar de evenredigheid strictu sensu van een maatregel. Daarbij wordt de doelstelling van een maatregel direct afgewogen tegen een ander belang.
Deense flessen arrest
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden