L07 VIII Mededinging en staatssteun

30 belangrijke vragen over L07 VIII Mededinging en staatssteun

Eigenlijk zijn er twee categorieen mededingingsregels. Welke?

- regels gericht op ondernemingen of bedrijven (101 en 102, concentratieverordening)
- Regels voor het ingrijpen van de lidstaten op de markt (106, effet utile regel, 107)

Om de stuctuur van een markt te kunnen bepalen moet je drie groepen bekijken. Welke

Markstructuur, gedrag, prestaties

In het mededingingsrecht is een steeds terugkomend probleem. Waartussen moet steeds een evenwicht worden gevonden

Evenwicht tussen rechtszekerheid en economische rechtvaardigheid
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Een onderneming is geen onderneming als het onder de overheidstaken valt of dat niet-economische activiteiten verricht. Met welke drie vragen toetst de HVJEU dat

Streeft de betrokken instantie een winstgevend of een sociaal doel na?
Wat is de mate van solidariteit
Wat is het niveau van overheidstoezicht

Het mededingingsrecht wordt afgebakend door twee grenzen. Welke

Binnengrens en buitengrens. Binnengrens voor interne markt en de buitengrens voor de rest van de wereld

Ook een buitenlandse onderneming kan onder het mededingingsrecht vallen. Daarvoor gebruikt het HVJEU de gekwalificeerde effectenleer. Wat wil dat zeggen?

Elke handeling die voorzienbaar onmiddelijk en substantieel effect heeft op de interne markt van de EU is onderworpen aan de regels van de interne markt.

Hoe beoordeelt het HVJEU in de binnengrens of er sprake is van schending van het mededingingsrecht

Ze bekijken of een overeenkomst de handel tussen lidstaten ongunstig kan beinvloeden

Welke twee vormen ken je binnen de productmarkt om afbakening te bekijken

Producentenmarkt en consumentenmarkt. Je kan beide bekijken of ze elkaar concurreren

Om de markt af te bakenen vanuit het consumenteperspectief, kan je dat middels de vraagzijsubsitutie vaststellen door de kenmerken te bekijken, maar de meer geformaliseerde manier stelt een hypotetische vraag. Welke

Stel dat (monopolistische) producent zijn prijs met 10 % verhoogt. Is dat winstgevend of stapt de consument over op een ander product. De producten waar dan op wordt overgestapt, zijn de concurrenten.

Naast de productmarkt moet je ook de geografische zijde afbakenen. Waar gaat het dat om?

Het gebied te bepalen waarin de mededingingsvoorwaarden voor de betrokken producenten hetzelfde zijn

Waar kan je het kartelverbod vinden in de VWEU

Artikel 101 VWEU verbied elke vorm die mededinging verhindert, vervalst of beperkt

Wie mag er handhaven op het kartelverbod

De comissie, nat lidstaten en zelfs middels een civiele procedure door bedrijven zelf. In de praktijk heeft de commissie een leidende rol in de handhaving

101 is dus bijna een strafrecht bepaling om kartelvorming aan te pakken. Uit welke bestanddelen bestaat het?

1 Er is coordinatie van marktgedragingen door een overeenkomst, onderling afgestemde feitelijke gedraging of besluit van een ondernemingsvereniging
2 tussen ondernemers
3 die als gevolg heeft
4 het verhinderen, beperken of vervalsen van mededinging
5 terwijl handel tussen lidstaten wordt beinlvloed

Is een branchevereniging of ondernemersvereniging ook gehouden aan art 101 de mededingingsregels?

Jazeker. Elke vorm van mededinging verstorende gedragingen zijn verboden

Bestandeel 1 van 101 zegt oa onderling afgestemde feitelijke gedragingen. Dat ziet dus op afstemming zonder overeenkomst. Hoe toetst de HG dat?

1 Er heeft coordinatie plaats gevonden
2 dat heeft geleid tot marktgedrag
3 er is oorzakelijk verband tussen coordinatie en gedrag

Coordinatie zoals verboden in 101 tussen bedrijven, kan verschillende vormen aannemen. Door overeenkomst, feitelijke gedragingen ect. Moet de Commissie dat allemaal aantonen om te bewijzen dat daar sprake van is?

Nee. De HVJEU heeft een functionele benadering gekozen. Commissie hoeft slecht aan te tonen dat er sprake is van afspraken en dat is voldoende. Het bestaan is relevant, de vorm wat minder

Wat is het voordeel van het gevolg niet meer te hoeven bewijzen als de strekking van de maatregel is bewezen?

HEt scheelt heel veel handhavingskosten.

Wat is een contrafeitelijke analyse (counterfactual)?

Eerst baken je het terrein van de mededing af. Dan doe je de contrafeitelijke analyse. Ofwel je bekijkt hoe de situatie zou zijn als de overeenkomst niet zou bestaan. Hoe zou het dan zijn?

De HVJEU houdt dus de contrafeitelijke analyse aan. Daarbij moet men de overeenkomsten bekijken. Niet alleen die in het geding zijn maar ook soorgelijke overeenkomsten. Er zijn verschillende overeenkomsten. Leg uit wat het verschil is tussen horizontale en verticale overeenkomsten

Horizontaal -> gelijkwaardige concurrenten. Twee verkopers van tractoren bijv

Verticaal -> Ondernemingen zijn geen concurrenten. Bijv een overeenkomst tussen fabrikant, distributeur en aantal verkopers

Horizontalen en verticale overeenkomsten heb je. Hoe noem je dat anders?

Horizontaal -> Substituutproducten (vervangende producten)
Verticaal -> Complementaire producten (aanvullende producten)

Wat wil netto beperking van de mededinging zeggen?

Soms kan iets de concurrentie belemmeren en tegelijk iets opleveren. Dan moet er worden nagegaan of het netto belemmerd.

Voor de beoordeling of een onderneming een machtspositie heeft moet je de relevante markt afbakenen. Het marktaandeel van een onderneming is een goede indicatie voor zijn positie. Wat zijn nog andere factoren?

Marktaandeel van de concurrenten
Financiele reserves van ondernemingen
Strucuur van de onderneming
Niveau van deskundigheid binnen de onderneming

In art 102 VWEU staat een indicatieve lijst met vormen van machtmisbruik. Welk onderscheid kan je daarin maken?

Misbruik door uitbuiting -> dit is misbruik van de machtpositie ten koste van leveranciers en consumenten

Misbruik door uitsluting -> Dit is bijv concurrenten uitschakelen. Dat kan dan ook door je positie. Bijv hun klanten overnemen.

Voor de handhaving gebruikt men art 101 en 102. Op welke drie aspecten speelt handhaving?

1. Onschuldige overeenkomsten
2. Hardcore kartels
3. Rechtsbescherming tegen besluiten commissie.

De commissie wil een oligopolide markten voorkomen. Wat wil dat zeggen?

Door toetreding van het nieuwe bedrijf zijn er bijv 3 ipv 4 concurrenten op de markt over. De prijs stijgt "natuurlijk" zonder dat er coordinatie of afspraken tussen de concurrenten nodig zijn.

Zijn er omstandigheden waarin een overheid mag differentieren bij het invoeren van heffingen?

Ja dat mag als ze het niet op één bedrijf doen. Dus algemene objectieve rechtvaardigingsgronden, bijv voor een hele sector mag. Als de staat een beoordelingsmarge heeft (dus kan kiezen) wie hij voordeel geeft en wie niet, dan slaagt de selectiviteitstest en mag het niet.

Of een belastingmaatregel selectief is, heeft het HVJEU een test ontwikkeld omdat te bepalen. Welke drie voorwaarden toetst deze test

1 gemeenschappelijke of algemene belastingstelsel in de lidstaat moet worden vastgesteld
2 Men bekijkt of de vastgestelde maatregel afwijkt van gemeenschappelijke regel voor ondernemingen die in vergelijkbare situatie zit
3 kan de afwijking of het verschil worden gerechtvaardigd door de aard of de opzet van het systeem waarvan hij deel uitmaakt

Een lidstaat mag dus door steun bedrijven niet bevoordelen volgens art 107. De commissie heeft een uitzondering gemaakt hierop. WElke

Elke onderneming die in 3 belastingjaren niet meer dan 200.000 euro heeft ontvangen, valt niet onder 107.

Dus onder 2 ton doet niet mee

MBT staatssteun en subsidie waarop is het beleid van de commissie gericht?

Ze staan het toe en moeten dan een afweging maken tussen het gebruik van overheidssteun om marktfalen te voorkomen en vervalsing van mededingen anderzijds. Dit doet de commissie door te kijken naar welke doelstelling van algemeen belang wordt gediend. Bijv milieu of sociale bescherming

Wat wordt er uitgewerkt in 108 vweu

De procedure mbt staatsteun. Men kijkt naar bestaande en nieuwe steun. Bestaande steun onderzoekt de commissie doorlopend om te kijken of het nog voldoet. Nieuwe steun doen ze onderzoeken

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo