Nakoming van geldschulden en verrekening

8 belangrijke vragen over Nakoming van geldschulden en verrekening

Welke artikelen zijn van toepassing op de nakoming van geldschulden en zijn deze van regelend of van dwingend recht?

artt. 6:111-126 BW en deze artikelen zijn van regelend recht. 

Op welke drie wijzen kan betaling van een geldsom geschieden?

chartaal (contant) - giraal of het aanbieden van een papier waarin een recht op het verkrijgen van geld is belichaamd (bijv. een cheque).

Kan de schuldeiser girale betaling uitsluiten?

JA; zie art 6:114 lid 1 BW.

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat heeft de wetgever als tijdstip van betaling aangehouden?

6:114 2e lid BW - het moment waarop de rekening van de schuldeiser wordt gecrediteerd. De regel is van aanvullend recht dus er kan contractueel van worden afgeweken.

Waar in de wet vinden we verrekening en wat houdt het in?

artikel 6:127 e.v.; bij verrekening worden schulden van personen die over een weer elkaars schuldeiser en schuldenaar zijn met elkaar gecompenseerd waardoor de verbintenissen tot het beloop van de verrekende vorderingen tenietgaan. 

Welke vereisten stelt de wet aan verrekening?

partijen moeten zowel elkaars schuldeiser als schuldenaar zijn en de door de schuldenaar te vorderen prestatie moet beantwoorden aan zijn schuld: de over een weer bestaande verbintenissen moeten tot gelijksoortige prestaties strekken. Hooguit mag een verschil in kwantiteit bestaan waardoor de grootste vordering dan slechts gedeeltelijk teniet gaat. De schuldenaar is bevoegd zijn schuld te betalen en betaling van zijn vordering af te dwingen. Die bevoegdheid ontbreekt wanneer de vordering niet opeisbaar is, indien de wederpartij een opschortingsrecht heeft of indien het gaat om een natuurlijke verbintenis. 

In welke verhouding kan verrekening van rechtswege voorkomen?

in rekening-courantverhoudingen

Hoe zit het bij een girale betaling en een derdenbeslag?

6:114 BW de girale betaling geschiedt op het moment dat de rekening van de crediteur wordt gecrediteerd; echter is dit tijdstip niet zonder meer beslissend in geval van een derdenbeslag. Een schuldenaar die voor het derdenbeslag een betalingsopdracht heeft gegeven, kan zich jegens de beslaglegger op een geldige betaling beroepen wanneer hij stelt en bij tegenspraak bewijst dat hij de betalingsopdracht niet meer tijdig kon intrekken (475 Sv). Beslissend is dus of de debiteur zijn opdracht nog kon intrekken, zo ja, dan is er niet bevrijdend betaald. 

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo