De organisatie van de Nationale Politie - Naeyé,2014

10 belangrijke vragen over De organisatie van de Nationale Politie - Naeyé,2014

Wat zijn voorbeelden van de bevoegdheden en sturingsinstrumenten van de Minister? (4)

  • Het vaststellen van de begroting, meerjarenraming, jaarrekening, beheersplan en jaarverslag.
  • Het stellen van regels met betrekking tot het financiële beheer en het beheer van de korpschef.
  • verdelen van de sterkte en middelen over de regionale eenheden.
  • Algemene en bijzondere aanwijzingen geven aan de korpschef.

--> De minister heeft kortgezegd het opperbeheer.

Wat is de rol van de korpschef in het landelijke driehoeksoverleg?

Hij is aanwezig, maar niet gelijkwaardig. Hij is geen deelnemer aan het overleg.

Op welke twee manieren kan de uitspraak 'beheer volgt het gezag' worden genuanceerd?

  • De gezagsuitoefening van burgemeester en Officier van Justitie vindt plaats binnen een robuust kader dat grenzen stelt en richting geeft.
  • Er is sprake van een zekere uitholling van het terrein waarop het gezag van de politie aan de orde is. Het beleidsmatige kader vormt de verbindende schakel tussen gezag en beheer.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat houdt de beleidsmatige sturing van de politie in?

Dat er bepaald wordt welke politietaken prioriteit hebben en welke doelstellingen die taken beogen, en het bepalen van het tempo waarin, de wijze waarop en middelen waarmee dit wordt gerealiseerd.

Waar zien de landelijke beleidsdoelstellingen op toe?

Op de aanpak van maatschappelijke veiligheidsproblemen, die zich veelal lokaal manifesteren, en op specifieke, lokaal minder zichtbare, nationale taakgebieden.

Wie stellen het regionale beleidsplan vast en wat bevat dit beleidsplan?

De burgemeesters die onder een regionale eenheid vallen, stellen samen met de OvJ het regionale beleidsplan vast.
Het beleidsplan bevat de verdeling van de beschikbare politiesterkte over de onderdelen van de regionale eenheid en houdt rekening met het belang van een goede vervulling van de politietaak en met de doelen die de gemeenteraden vierjaarlijks nastreven.

Wat is het gevolg van de grote doorzettingsmacht van de minister?

Het beheer en de beleidsmatige sturing van de politie zijn zo met elkaar verknoopt dat de gezagsuitoefening over de uitvoering van de politietaak op het lokale niveau flink aan gewicht heeft ingeboet.

Hoe is de democratische inbedding van het gezag over de politie geregeld?

De gemeenteraad controleert de gezagsuitoefening van de burgemeesters wat betreft de handhaving van de openbare orde en hulpverlening.
De Tweede Kamer kan de minister aanspreken op diens ministeriële verantwoordelijkheid voor het politieoptreden wat betreft strafrechtelijke handhaving en de taken ten dienste van justitie.

Hoe is de democratische inbedding van het beheer van de politie geregeld?

De Minister moet verantwoording afleggen aan de Tweede Kamer. De korpschef is hierin inbegrepen.

Hoe is de democratische inbedding van de beleidsmatige sturing van de politie geregeld?

Landelijk niveau: deze aansturing is onder ministeriële verantwoordelijkheid gebracht.

Regionaal niveau: deze aansturing is onder ministeriële verantwoordelijkheid gebracht. Er is hier echter geen sprake van democratische controle op het politiebeleid.

Lokaal niveau: de raad heeft inbrengrecht, maar wat de burgemeester hiermee doet, mag hij volledig zelf weten. Op lokaal niveau is er geen enkele sprake van democratische inbedding op politiebeleid.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo