Ontwikkelingenrond punitieve handhaving op het grensvlak van bestuurs- en strafrecht
32 belangrijke vragen over Ontwikkelingenrond punitieve handhaving op het grensvlak van bestuurs- en strafrecht
Waarom is het belangrijk om vast te stellen of er bij een bestuurlijke maatregel sprake is van een criminal charge?
Verder zijn er in het bestuursrecht uiteraard rechtswaarborgen, maar deze zijn minder krachtig in het strafrecht.
Waarom baard de ontwikkeling van het punitief bestuursrecht de RvS zorgen m.b.t. rechtsbescherming?
De keuzen tussen het bestuurs- of strafrecht is niet meer gebaseerd op een principieel onderscheid (aard en ernst van het feit), maar op pragmatische argumenten waarbij:
- de effectiviteit,
- de efficiëntie en
- de mate van professionaliteit waarmee een bestuursorgaan aanwezig is (in het kader van 'open en besloten context') vaak doorslaggevend zijn.
Afstemming tussen bestuurs- en strafrecht is wenselijk.
Thema --> het wordt behandeld als een keuze tussen gelijkwaardige stelsel, maar het zijn géén gelijkwaardige stelsel. De rechtsbescherming/rechtspositie is in gedrag:
- Strafoplegging
- Hoorplicht
- Griffierechten
- Beroepstermijn.bezwaartermijn
Kan een overtreding en de sanctionering daarvan worden overgeheveld van het strafrecht naar het bestraffend bestuursrecht? Welke factoren spelen daarbij een rol?
Dit hangt ervan af of de overtreding al dan niet een normatieve lading heeft. Moreel verwerpelijke delicten kunnen niet worden overgeheveld. De belangrijkste factoren daarna zijn:
- Geen letsel aan personen of individuele schade aan goederen veroorzaken;
- Duidelijk geformuleerde gedragsnorm (zodat de overtreding bewijstechnisch eenvoudig kan worden vastgesteld);
- De handhavende instantie moet beschikken over (voldoende en specifieke) deskundigheid om de norm te kunnen handhaven;
- Inzet van ingrijpende dwangmiddelen (vrijheidsbeneming) of oplegging vrijheidsstraf is niet nodig;
- Betreft massaal gepleegde overtredingen; en
- De uniformiteit van de handhaving komt niet in het gedrang.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is een bestuurlijke sanctie? Welk onderscheid kan hierin worden gemaakt?
Het is een reactie van een bestuursorgaan op een overtreding. Het kan gaan om een herstellende sanctie, maar ook om een bestraffende sanctie. Voor het laatste is doorslaggevend of de sanctie aan de hand van materiële criteria als bestraffing kan worden aangemerkt.
Wat houdt leedtoevoeging in volgens Albers?
Leedtoevoeging houdt in dat de sanctie verdergaat dan herstel en dat hetgeen waarop, ondanks de gepleegde overtreding, aanspraak is blijven bestaan, wordt onthouden of ontnomen, terwijl herstel van de rechtmatige toestand niet meer mogelijk is en de opgelegde sanctie niet alleen schadevergoeding (compensatie) betreft.
Hoe wordt volgens Albers bepaald of iets een bestraffende sanctie is, en dus art. 6 EVRM van toepassing is?
Als er sprake van leedtoevoeging is, is het een bestraffende sanctie.
Materiaal criterium: als de sanctie verder gaat dan herstel van de rechtmatige toestand vergt.
Noem vier voorbeelden van een bestraffende sanctie.
- Bestuurlijke boete
- Intrekking begunstigende beschikking
- Maatregelen socialezekerheidsrecht
- Naming and Shaming
Hoe toetst de rechter een bestuurlijke sanctie? Is Albers het eens met de afweging die door veel hoge bestuursrechters worden gemaakt?
Een rechter toetst een bestuurlijke sanctie aan het feit of er evenredigheid bestaat tussen de ernst van de overtreding en de zwaarte van de opgelegde sanctie.
Verder wordt er per soort sanctie een uitgebreide afweging gegeven of het wel of niet om een bestraffende sanctie gaat. Volgens Albers worden in het algemeen door veel hoge bestuursrechters (incl. Europese) sancties aangeduid als herstelsancties, terwijl deze volgens hem eigenlijk bestraffend zijn.
Leg de begrippen onderdelen- en grondenfuik uit.
Onderdelenfuik: indien onderdelen van een besluit verwijtbaar niet in bezwaar zijn aangevochten, kan dit niet hersteld worden in beroep.
Grondenfuik: gronden die pas in hoger beroep worden ingebracht maar redelijkerwijs eerder in de procedure hadden kunnen worden gepresenteerd, worden niet beoordeeld.
Noem enkele nadelen van het bestuurs(proces)recht t.o.v. van het straf(proces)recht.
- In het bestuursprocesrecht staat (de rechtmatigheid van) een besluit centraal. De bestuursrechter oordeelt niet rechtstreeks over de strafbaarheid van de vermoedelijk overtreder, maar enkel of de beslissing van het bestuursorgaan in rechte stand kan houden. (Wel geldt dat de rechter de meest gunstige regelgeving moet aanhouden, indien deze tijdens de procedure verandert.)
- Er zijn geen regels over de bewijslastverdeling en er is geen opschorting van de betalingsverplichting of hoorplicht.
- De onderdelen- en grondenfuik vormen ook een nadeel.
Wat is Albers conclusie m.b.t. het toepassen van bestuurlijkprocesrecht bij bestraffende bestuursrechtelijke procedures? Welke oplossingen ziet Albers?
Het onverkort vasthouden aan het bestuursprocesrecht in 'bestraffende' procedures leidt ertoe dat aan bepaalde strafrechtelijke waarborgen te weinig of zelfs geen recht wordt gedaan.
Daarbij biedt de Awb de bestuursrechter (middels het evenredigheidsbeginsel) de ruimte om rechtsbescherming bij bestraffende sancties (meer) in overeenstemming te brengen met het strafrecht.
Of de wetgever of actie ondernemen.
Waar hoeft men in wezen slechts nog voor naar de rechter volgens Crijns?
In wezen hoeft er slechts naar de rechter te worden gegaan, wegens:
- De ernst van de gewenste straf
- Wens voor openbaarheid, of
- Omdat de justitiabele dit wenst.
Wat bedoelt Crijns met 'fuzzy law'?
Straf- en bestuursrecht zijn gaan 'concurreren'. Crijns benadrukt dat het echter geen gelijkwaardige stelsels zijn (net als de RvS).
Welke vijf aanbevelingen doet Crijns voor de toekomst? Wat kan verder ontwikkelen?
- Doordenken van bestraffend bestuur
- Moeten er wel twee systemen zijn?
- Beter nadenken over de onderverdeling van het straf- en bestuursrecht a.d.h.v. de feiten
- Poging tot verdere uniformering
- Twee stelsels afzondering verder doordenken
Welk advies van de RvS moet volgens Hartmann en Sackers worden opgevolgd?
Er moet meer afstemming komen tussen het straf- en bestuursrecht. De systemen zouden niet zomaar inwisselbaar moeten (mogen) zijn. De wetgever kiest steeds vaker voor de bestuurlijke boete i.p.v. de norm uit een wettelijke regeling via het strafrecht en daarbij kom het bepalen van de hoogte van de boete enigszins willekeurig voor.
Waar hebben de ontwikkelingen in het bestuurlijke sanctierecht aan bijgedragen volgens Hartmann en Sackers?
Aan het ontstaan van een handhavingsstelsel waarin volgens de RvS de rechtsbescherming van de burger onderbelicht is geraakt bij de keuzes van de wetgever voor een bepaald sanctiestelsel en de hoogte van de bestraffende sancties.
Wat zeggen Hartmann en Sackers over de boetes bij de Wet arbeid vreemdelingen en de SZW-wetgeving en over de strafbeschikking?
Boetes Waz: zeer hoge boetes, is wegens geen evenredigheidstoets door de RvS verworpen.
Boetes SZW: hoogte van de boetes door CRvB gekoppeld aan de mate van verwijtbaarheid. Gekeken moet worden naar:
- Ernst van de overtreding
- Verwijtbaarheid
- Draagkracht
Strafbeschikking: gijzeling kan verrekend worden met een vrijheidsstraf, niet met een (bestuurlijke) boete.
Dagvaarding mag afwijken van de strafbeschikking.
Hoe wordt er tegen het nemo tenetur-beginsel aangekeken in het kader van toezichtbevoegdheden in het bestuursrecht?
Het nemo tenetur-beginsel staat er niet aan in de weg dat een persoon in het kader van goede uitvoering van toezichtstaken al het materiaal moet verschaffen. Dit geldt ongeacht of het materiaal wils(on)afhankelijk is.
Hoever kan de vordering tot informatie bij toezichtstaken strekken?
De informatievordering moet:
- voldoende onderbouwd zijn;
- het moet voldoende aannemelijk zijn dat dit materiaal bestaat; en
- de betrokkenen moet over de informatie beschikken of met redelijkerwijs van hem te vergen inspanning kunnen beschikken.
Hoe wordt het ne bis in idem-beginsel in het bestuursrecht ingevuld?
Het ne bis in idem-beginsel hangt in het bestuursrecht aan de definitie van hetzelfde feit (art. 69 Sr).
- Er is geen sprake van dit beginsel als de beschermde rechtsgoederen verschillen.
- Als meerdere voorschriften zijn overtreden kan voor elke overtreding een bestuursrechtelijk sanctie worden opgelegd (art. 5:8 Awb).
Wat impliceert Heinricht m.b.t. het una via-beginsel?
Het una via-beginsel sluit niet uit dat strafrechtelijke vervolging tegelijk kan worden ingezet met bestuurlijke boete.
Is al het (onrechtmatig) verkregen bewijs binnen het bestuurs- en strafrecht inwisselbaar?
In beginsel mag bewijsmateriaal dat ontoelaatbaar is in het strafrecht wel in het bestuursrecht worden gebruikt (bijv. voor belastingheffing).
Stijnen zegt in dit verband dat bestuursrechtelijk onrechtmatig verkregen bewijs mag worden gebruik in het strafrecht.
Wat is de kern van het arrest EHRM 21 februari 1984 (Özturk/Duitsland)?
- Criteria voor het vaststellen van criminal charge (Engel-arrest)
- Startpunt: Kwalificatie naar nationaal recht
- Alternatieven: (i) aard van de overtreding en (ii) aard/zwaarte sanctie
- Opdragen van vervolging en bestraffing van lichte overtredingen aan administratie autoriteit is niet in strijd met het EVRM, mits betrokken persoon elk zondige beslissing kan voorleggen aan een gerecht dat hem de waarborgen van art. 6 EVRM biedt.
Wat is de kern van het arrest EHRM 13 december 2005 (Nilsson/Zweden)
- Het is van belang:
- welke impact de maatregel op betrokkene heeft, en
- of het gericht is op leedtoevoeging (punitief)
- In casu wel sprake van een criminal charge, maar geen ne bis in idem omdat het intrekken van het rijbewijs duidelijk samenhang had met de vorige sanctie. Zozeer dat het samen als het rechtsgevolg van de overtreding kon gelden.
De termijn van 2 maanden was hier wel van belang (als er nou veel langer tussen had gezeten, was er wellicht anders geoordeeld).
Wat is de kern van het arrest EHRM 23 november 2006 (Jussila/Finland)?
- De laatste twee Engel-criteria zijn alternatief (aard van de overtreding en aard/zwarte van de sanctie), maar als er geen uitsluitsel wordt geboden bij de toepassing van een van beide, dan cumulatief toepassen.
- Ook al is de straf gering, dan nog kan er sprake zijn van een CC. Het gaat erom of het een punitief karakter heeft. In casu het geval.
- Niet altijd hoeven de waarborgen van art. 6 EVRM even strikt te gelden. Er zijn daarin gradaties mogelijk.
Wat is de kern van het arrest EHRM 20 maart 2012 (Bingöl/Nederland)?
- EHRM oordeelde dat er geen sprake was van schending van de onschuldpresumptie, aangezien aan het krijgen van een vergunning bepaalde voorwaarden gesteld kunnen worden:
- Er was geen sprake van een schuldvaststelling
- Rekening houden met strafrechtelijk verleden mag
Wat is de kern van het uitspraak ABRvS 23 oktober 2013 (Alcoholslotprogramma)
- ABRvS houdt een evenredigheidstoets aan: is de sanctie in redelijke verhouding tot:
- de ernst van de overtreding; en
- de mate van verwijtbaarheid.
Wat is de kern van het arrest HR 3 maart 2015 (ASP)?
- Art. 68 Sr is van toepassing (hoewel het geen beslissing is van de strafrechter), omdat het opleggen van een ASP en een strafrechtelijke sanctie in hoge mate overeenkomen m.b.t. de:
- de gevolgen (ingrijpen + wezenlijke betaalverplichting)
- de verweten gedraging (is identiek); en
- het beschermde rechtsgoed (verkeersvrijheid, ook identiek).
- Hieruit volgt strijd met de beginselen van goede procesorden en dus niet-ontvankelijkheid van het OM (want strijd met ne bis in idem-beginsel).
Wat is de kern van de uitspraak ABRvS 4 maart 2015 (ASP)?
- biedt geen geïndividualiseerde afweging;
- in strijd met art. 3:4 lid 2 Awb (evenredigheidsbeginsel)
- Standpunt van ABRvS is dus t.o.v. beginpunt gewijzigd, maar niet met terugwerkende kracht. Oude regelingen blijven geldig (onaantastbaar geworden).
Wat is de kern van het arrest HR 7 juli 2015 (ASP)?
- Arrest van 3 maart 2015 geldt ook ter zake van een strafvervolging vanwege het weigeren van een blaastest.
- Tijdig ingesteld cassatiezaken waarbij duidelijk blijkt dat sprake is van dubbele vervolging alsnog door de HR beslist met niet-ontvankelijkheid van het OM.
Wat is de kern van het arrest HR 6 oktober 2015 (Una via beginsel)?
- Een bestuurlijke boete staat niet aan strafvervolging in de weg wanneer deze wordt opgelegd terwijl het onderzoek ter terechtzitting al is begonnen.
- Bestuurlijke boete staat niet in de weg aan strafrechtelijke vervolging voor die feiten die nog niet administratiefrechtelijk zijn afgedaan door het bestuursorgaan.
Wat is de kern van het arrest HR 9 februari 2016 (Ne bis in idem beginsel)?
- In casu was het verschil in rechtsgoederen ter bescherming waarvan art. 197a en 197b Sr enerzijds en art. 2 Wav anderzijds strekken en de maximale straf respectievelijk boete die op de onderscheiden feiten zijn gesteld dermate groot dat er geen sprake was van hetzelfde feit.
- OM ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard, ook al was aan verdachte reeds een bestuurlijke boete opgelegd.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden