Samenvatting: Rechtsorientatie
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van rechtsorientatie
-
1 terreinverkenning
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
1.1.1 Wet
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.1
Laat hier meer flashcards zien -
wat staat er in een materiele wet?
in de wet staat een naar buiten werkende, algemene, de burgers bindende regeling, die uitgaat van een daartoe bevoegd overheidsorgaan. denk aan verboden of geboden. -
hoe werkt de hiërarchie in de wetgeving?
een hoger wet gaat voor een lagere (formeel gaat boven materieel)
een latere wet gaat voor een eerdere (wijziging in wet)
een bijzondere wet gaat voor een algemene (drank en horecawet) -
leg uit hoe de scheiding der machten werkt (theorieën van montesquieu)
de scheiding der machten betekent dat wetgevende functie, de uitvoerende functie en de rechtelijke functie gescheiden zijn en daarom zo min mogelijk met elkaar moeten bemoeien. ze mogen elkaar wel controleren -
1.1.2 Gewoonte
-
wat zijn de vereisten van gewoonterecht?
herhaling van gedragingen (een vaste gedragslijn)
de overtuiging dat men zich zo behoort te gedragen als gevolg van een rechtsplicht (de opinio necessitatis) (echt het gevoel hebben dat ze in hun recht staan, misschien wel vinden dat het een wet moet zijn) -
2 Procesrecht
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
2.1 De rechterlijke organisatie
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
Laat hier meer flashcards zien -
noem een synoniem voor arrondissement of ressort
grondgebied! respectievelijk van rechtbank of gerechtshof -
leg uit wat de absolute competentie is?
welke rechter is bevoegd om de zaak te behandelen: burgerlijk, bestuur en straf zijn bevoegd tenzij de wet vermeld dat kanton bevoegd is. uitzonderingen zijn: geschillen met betrekking tot arbeids en huurovereenkomst. geschillen tot 25000 euro. geschillen met betrekking tot overtredingen. -
leg uit wat de relatieve competentie inhoud
waar moet ik naar de rechtbank? bij kanton is het ingewikkeldst, namelijk het arrondissement waarin je woont. civiel geldt de woonplaats van de gedaagde. bestuur is het bestuursorgaan waar we vanuit gaan. straf is in het eerste instantie waar het strafbaar feit is gepleegd, maar de woonplaats van de verdachte is ook bevoegd. -
2.2 Burgelijk procesrecht
Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
noem in het kort de civiele bodemprocedure
dagvaarding, verzoekschrift aan griffie, zaak op de rol, rolzitting, comparite na antwoord, vonnis/eindvonnis. -
welke eisen zijn er voor een dagvaarding?
deze wordt meestal opgesteld door de advocaat van de eiser, met daarin de dag en tijdstip dat hun voor de rechter moeten verschijnen. het wordt door de deurwaarder bezorgt. (dit heet het betekenen van een dagvaarding) -
wat is een andere manier om een civiel procedure te starten? (anders dan dagvaarding)
door een verzoekschrift in te dienen bij de griffie, het verzoekschrift is gericht aan de rechter. het is dan ook aan de rechter om te beslissen wie hij oproept. dit wordt veel gebruikt bij familiezaken.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Rechtsorientatie
-
Procesrecht - Burgelijk procesrecht
-
Staatsrecht - Nederland als parlementaire democratie
-
Vermogensrecht - Algemeen vermogensrecht
-
Vermogensrecht - Verbintenissenrecht
-
Ondernemingsrecht - Ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid
-
Ondernemingsrecht - De organen van de nv/bv en hun bevoegdheden
-
Ondernemingsrecht - Ondernemingsraad
-
Faillissementenrecht
-
Internationaal recht - Het volkenrecht