Rechtsvinding en rechtsvorming

42 belangrijke vragen over Rechtsvinding en rechtsvorming

Uit welk artikel van de WAB valt af te leiden dat rechtsvorming eigenlijk noodzakelijk kwaad is?

Art 13 WAB; de rechter moet recht spreken. Als iets niet gecodificeerd is zal hij moeten interpreteren. Zie ook de vage terminologie van bijvoorbeeld 6:2 BW. Let op: artikel 11 WAB rechter nog altiid verbonden aan wet.

Welke 6 interpretatiemethoden zijn er? Geef korte omschrijving

1. Grammaticale methode --> woordelijk
2. Wethistorische methode --> wat heeft wetgever beoogd?
3. Rechtshistorische --> zeldzaam, gaat terug naar beginselen
4. Systematische methode --> Context
5. Teleologische methode --> Doel van de wetgeving
6. Anticiperende methode --> Op nieuwe wetgeving
(7. sociaal --> beoordeling redelijk denkend mens)

Welke twee soorten taal technische redeneervormen zijn te onderscheiden?

1. Deductieve redeneringen (de conclusie volgt logisch uit de permissen; volledig sluitend)
2. Inductieve redeneringen (algemene conclusie die voortkomt uit enkel feiten; stuit op inductieprobleem dat het niet volledig sluitend is)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de bekendste deductieve redenering en noem een voorbeeld?

Het syllogisme.
Voorbeeld:
1. Alle mensen zijn sterfelijk
2. Piet is een mens
3. Piet is sterfelijk.

In welke drie gevallen zal de rechter met name rechtsvormend moeten optreden?

1. De wettelijke regel is niet duidelijk --. dit kan onbedoeld zijn of bedoeld. De onduidelijkheid kan veroorzaakt worden door semantische meerduidigheden of syntactische meerduidigheden.
2. Er is geen wettelijke regel voorhanden.
3. De wettelijke regels zijn in strijd.

Noem een voorbeeld van vage termen. Zijn deze bedoeld of onbedoeld?

Redelijkheid en billijkheid (6:2 BW); 'wegens dringende redenen' in het arbeidsrecht, 'in het verkeer geldende opvattingen'6:162 BW.  Deze zijn bedoeld vaag; ze geven de rechter de mogelijkheid om in casu tot een redelijk oordeel te komen.

Wat zijn syntactische meerduidigheden?

De geformuleerde zin is voor meerdere uitleg vatbaar

Wat is redeneren naar analogie? Noem een klassiek voorbeeld.

Een min of meer bijzonder gehouden regel wordt veralgemeend en ook van toepassing verklaart op de niet uitdrukkelijk geregelde gevallen die in relevante opzichten lijken op de wel geregelde gevallen. Klassiek voorbeeld is koop breekt geen huur; schenking wel? Nee, er moet veralgemeniseerd worden: iedere vorm van vervreemding breekt geen huur.

In welk onderdeel van het recht mag niet geredeneerd worden naar analogie?

In het strafrecht is geen analoge toepassing van wetsartikelen mogelijk vanwege het legaliteitsbeginsel.

Wat is redeneren a-contrario? Noem een klassiek voorbeeld.

Bij deze redenering wordt er vanuit gegaan dat de wettelijke regeling enkel van toepassing is op het uitdrukkelijk genoemde geval. Dit is eigenlijk de gewone situatie (niet anticiperende houding van de rechter, het bloot interpreteren van wetteksten). Het klassieke voorbeeld is 'De vrouw wier huwelijk door de dood is ontbonden mag niet binnen 306 dagen daarna een nieuw huwelijk aangaan. Dit geldt niet voor een man, omdat het doel van de wettelijke bepaling het tegengaan van kroostvermenging is.

Wat is rechtsverfijning? Tegen welke redeneervorm is dit tegengesteld?

De rechter formuleert uitzonderingen op de algemeen toepasbare wetsbepaling. Dit staat tegenover redeneren naar analogie waarbij het toepassinggebied juist wordt verruimd.

Noem het standaard-arrest van een systematische interpretatie?

Quint- te Poel arrest; HR overweegt dat wanneer iets past (i.c. de nog niet geregelde onrechtvaardigde verrijking) in het stelsel van de wet en aansluit bij de wel in de wet geregelde gevallen dat een dergelijke verplichting denkbaar is.

Wat is de ontwikkeling van heteronome naar autonome rechtspraak?

Opzoeken.....

Is er bij het arrest Harmonisatiewet sprake van rechtsvinding, rechtstoepassing of rechtsvorming? Motiveer.

Er is sprake van rechtstoepassing; de rechter schaart de feiten (de minor) onder de algemene regel van het toetsingsverbod (de major), doordat hij niet op de stoel van de rechter wil zitten (rechtsoverweging 3.6).

Wat is de waarde van taalkundige interpretatie?

Letterlijke betekenis, zinsbetekenis, sprekersbetekenis (impliciete betekenis) en vage normen

Hoe moet het natuurlijk gezag van taalkundige interpretatie gewaardeerd worden?

Het natuurlijk gezag is groot maar moet niet overschat worden. Als de taalkundige interpretatie geen uitkomst biedt dan buiten de grenzen van de woordelijke betekenis van de wet kijken en beroep doen op andere interpretatiemethoden.

Wat is de functie van topos?

Het helpt een jurist argumenten voor en tegen wetstoepassing of een bepaalde lezing van de wet

Noem een vorm van topisch redeneren?

Rechtsvinding

Welke twee zaken vormen gezichtspunten bij het vaststellen van de betekenis van een regeling?

De bewoordingen (grammaticale interpretatie) en de bedoeling van de regeling.

Wat verschaft taalkundige interpretatie van een bepaling? (net als andere interpretatiemethoden)

Argumenten voor opvatting van de bepaling. Indien de argumenten tegen elkaar ingaan, moeten ze tegen elkaar worden afgewogen.

Wat is de ratio legis van een regeling?

De strekking van de regeling (het doel). Vervolgens kan aan de hand van wetshistorie, systematische interpretatie en andere juriidsche gezichtspunten nagaan of de door ons gevonden strekking inderdaad aan de regel kan worden toegeschreven.

Op welke twee manieren kan taalkundige oof grammaticale interpretatie worden begrepen?

In enge zin; de letterlijke betekenis waarmee de onder- en de bovengrens van de mogelije betekenissen van de regel in kaart. In ruime zin; de duidelijke betekenis, waargbij subsumptie van de onproblematische of prototypische gevallen van de regel mogelijk iis onder een uitleg van de regel overeenkomstig een van de betekenissen die de regel in de taal kan bezitten.. (Het is tegen de achtergrond van de prototypische gevallen dat regels worden geinterpreteerd, belangen afgewogen en regels naar analogie toegepast).

Wat staat centraal bij bestuursrechtspraak?

Het bestuursbesluit.

Hoe vindt rechtsvorming plaats in de bestuursrechtspraak

Over de band van het bestuursbesluit.
Slechts in bijzondere omstandigheden kan de rechter na vernietiging van dit besluit zelf de rechtsbetrekking tussen partijen bindend vaststellen, namelijk wanneer er ruimte bestaat de zaak finaal af te doen, bij verwerping van het beroep.

Wat verschilt de rechtsvinding en rechtsvorming binnen het bestuursrecht met het civiele recht?

De civiele rechter stelt zelf de rechtsbetrekking vast tussen partijen. In het bestuursrecht is het in beginsel het bestuursbesluit dat de rechtverhouding tussen partijen vaststelt. De bestuursrechter zal vervolgens de rechtmatigheid van dat besluit moeten beoordelen.

Welke consequenties heeft de terughoudendheid bij toetsen door de bestuursrechter voor de rechtsvorming?

De rechter vindt minder aanknopingspunten in de wettelijke bevoegdheidsbepaling door de beleidsvrijheid van het bestuursorgaan.
Let op: de rechter staat niet geheel zonder lege handen: het bestuursorgaan is gebonden aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Deze mag de rechter volop toetsen en zijn orientatiepunt voor de rechterlijke oordeelsvorming.

Op welke twee manieren kan een (bestuurs-)rechter op zoek naar een van toepassing zijnde rechtsnorm (geschreven of ongeschreven) wanneer deze op het eerste gezicht niet voorhanden is?

1. Een geschreven regel voor een andere situatie bij wijze van analogie toepassen.
2. (Waneeer analogie niet mogelijk is) zal de afdeling haar uitspraak moeten steunen op argumenten die zijn te herleiden toot basisbesinselen die in de vigerende rechtsorde worden erkend. Bijvoorbeeld de eerbiediging van het gezag van gewijsde van de eerste rechtbankuitspraak en de rechtszekerheid van betrokken partijen.

Wat zou een vereiste moeten zijn bij een uitspraak van de (bestuurs-)rechter bij een rechtsvormende uitspraak?

1. Motivering met denkstappen en legitimatie daarvan/ een verzwaarde motiveringsplicht.
2. Indien de rechtsvorming een meer algemeen karakter heeft omdat het voor herhaalde toepassing vatbaar is; zou de motivering ook algemener moeten zijn. Een casustieke motivering voldoet dan niet, tenzij de rechter het gevolg voor andere casussen nog niet kan overzien.

Wat is brede uitspraak?

Een rechtelijke beslissing waarin een algemene regel wordt geformuleerd of aangehaald. De door de rechter gemaakte rechtsvormende keuze leent zich voor toepassing in andere, tooekomstige gevallen. Zeer breed zijn uitspraken die een bouwsteen vormen voor een leerstuk (bijv jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens)

Wat is een smalle uitspraak?

Een casuistieke uitspraak doordat de daarin vervatte keuze nadrukkelijk alleen voor de betreffende zaak is gemaakt. Tov brede uitspraak een glijdende schaal.

Wat is de glijdende schaal in de diepte van de motivering/ de differentiatie in motiveringsplicht?

De glijdende schaal begint bij een zeer diepe motivering; discursieve motivering. Hier wordt de confrontatie van de argumenten laten zien en wordt toegelicht waarom voor een argument wel of niet wordt gekozen.
Een voldoende diepe motivering is logisch sluitend en steekhoudend.
De glijdende schaal eindigt bij een ondiepe of apodictische motivering die uitsluitend een mededdeling behelst waarbij iedere argumentatie ontbreekt.

Wat is een discursieve motivering?

Een motivering waarbij ook het wikken en wegen/ de confrontatie van argumenten voor en tegen uiteen worden gezet.

Wat is het verschil tussen een ontheffing en een vergunning?

Bij een ontheffing gaat het - zoals het woord al aangeeft - om uitzonderingen die gemaakt worden op regelingen die voor ieder gelden, geboden of verboden. Er moet een bijzondere reden zijn om vrij te stellen van het vaste patroon. Vergunningen zijn van het begin af aan bedoeld gegeven te worden. Zij vormen het complement van de regel die eigenlijk bedoelt te zeggen: u mag dit doen, maar dan wel met een vergunning. Het gaat hierbij om toezicht en ordening om zodoende het in casu milieu te beschermen. Het verschil is soms wat vervaagd.]

Wat is wel mogelijk in het strafrecht en waar moet de rechter dan voor waken?

De vraag die de strafrechter zich steeds heeft te stellen is hoe ver hij mag gaan in het oprekken van strafrechtelijke termen (extensieve interpretatie). Bij het interpreteren van wettelijke normen, zal de strafrechter (meer dan in andere rechtsgebieden) zo dicht mogelijk bij de wet moeten blijven.

Wat is natuurrecht en welke plaats heeft dit binnen ons rechtssysteem?

De mens kan met zijn verstand redeneren wat rechtvaardig is; het gaat onveranderlijke, universele en perse geldende rechtsnormen. Het natuurrecht staat boven het positief recht, omdat het positief recht onvolmaakt is en door de overheid gemaakt.

Wat is bepalend voor de rechtelijke toetsing van rechtsnormen in het bestuursrechter?

Dezelfde als de burgelijke rechter, met inachtneming van:
1. beoordelingsvrijheid (marginale toetsing)
2. beleidsvrijheid (marginale toetsing)

Licht beoordelingsvrijheid van het bestuursorgaan toe in kader rechtelijke toetsing.

Marginale toetsing:
het bestuursorgaan is bij het nemen van een besluit vrij om te beoordelen of in een concreet geval aan de in de wet genoemde voorwaarden is voldaan.

Licht beleidsvrijheid van het bestuursorgaan toe in kader van rechtelijke toetsing

De ruimte die een bestuursorgaan heeft om een belangenafweging te maken. Wordt begrenst door de algemene maatregelen van behoorlijk bestuur

Wat is bepalend voor de rechtelijke toetsing van rechtsnormen in het strafrecht?

Legaliteitsbeginsel van artikel 1 Wetboek van Strafrecht

Welke subregels volgen uit het legaliteitsbeginsel voor het strafrecht? Art.1 Sr

1. Het lex-certa beginsel: een wet moet voldoende duidelijk zijn zodat men weet of bepaald gedrag strafbaar is
2. Het lex-scripta beginsel: geen gedraging is strafbaar zonder dat deze in een wettelijke bepaling is neergelegd (geen strafbaarheid oop basis van gewoonterecht).
3. Verbod van terugwerkende kracht: geen strafbaar feit zonder voorafgaand wettelijke bepaling
4. Verbod van analogie: niet naar analogie toepassen van wettelijke bepaling zodat een niet strafbare gedraging een strafbare gedraging wordt.

Wat is restrictieve interpretatie (door de strafrechter)?

Een enge uitleg van een wettelijke norm, sinds wettelijke termen soms toch moeten worden uitgelegd. Standaard is het Kraker arrest

Geef een korte weergave van het Kraker arrest? Waar is deze typerend voor?

de Hoge Raad is van mening dat enkel het ‘feitelijk als woning in gebruik hebben’ onder het bereik van art. 138 Sr valt. Het Hof daarentegen gaf een wat ruimere invulling aan art 138 Sr. Immers, het Hof kwam tot het oordeel dat niet enkel de situatie dat de woning ‘door een ander bewoond’ onder het bereik van art 138 Sr valt, maar dat moet worden uitgegaan van de betekenis ‘waarover een ander de beschikking heeft’. '. Het arrest is dus typerend voor restrictieve interpretatie.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo