Beschadiging en celdood

13 belangrijke vragen over Beschadiging en celdood

Uit welke stappen bestaat de celcyslus?

  • G1
    Toename van cytoplasma in de cel en het aanmaken van eiwitten ten voorbereiding van de celdeling.
  • S (synthesefase)
    alle chromosomen worden gekopieerd door replicatie. Bij de mitose kunnen de chromosomen gedeeld worden en heten de afzonderlijke chromosomen; chromatiden.
  • G2
    Tijdens deze fase worden stoffen aangemaakt die belangrijk zijn voor de celdeling. Dit vidnt allemaal plaats in de periode tussen het verdubbelen van het DNA en het delen van de cel.
  • M (mitotische fase)
    Tijdens deze fase gaan de chromosomenparen paarsgewijs uit elkaar en deelt het cytoplasma ook.

Gevolgen toename ongecontroleerde intracellulaire calciumconcentratie

- als transporters onvoldoende functioneren bv door toxines of zuurstofgebrek stijgt intracellulaire calciumconcentratie ongecontroleerd > overmatige activering enzymen m.a.g. Nucleinezuurafbraak



- leidt uiteindelijk tot beschadiging mitochondria waardoor energievoorziening verder in gevaar komt

Rol van mitochondriën in intrinsieke rol apoptose

- mitochondriën dubbel membraan > buitenste membraan eiwitten van Bil-familie (BAC/BAX)
- aggregatie Bcl vormt poriën in buitenste membraan waardoor cytochroom C in cytosol lekt
- activering caspase eiwitten waardoor apoptose

- verhouding pro en anti apostolische eiwitten bepaald gevoeligheid cel apoptose
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Rol van mitochondriën in extrinsieke rol apoptose

- eiwitten van TNF Fas familie binden aan receptoren plasmamembraan
- binding leidt tot activering caspase eiwitten waardoor apoptose volgt

- gevoeligheid voor deze route hangt af van aanwezigheid TNF, Fas en hoeveelheid receptoren die de cel voor deze route heeft

Wat zijn de gevolgen van coagulatie en vervloeiingsnecrose

Coagulatie necrose = necrotische cellen bijven liggen, sneller littekenweefsel vormen

vervloeiingsnecrose = necrotische cellen desintegreren sneller en er blijft een vloeibare massa over, sneller abces

Wat is een benigne nodulaire hyperplasie

Een goedaardige vergroting, bij bijvoorbeeld een vergrote prostaatklier.

Gevolgen: afknelling van urethra
  • hypertrofie muscularis (balkenblaas)
  • urine blijft in de blaas achter
  • Tegendruk; waardoor urine kan opstijgen
  • Verwijding ureters
  • Hydronefrose: waternier
  • opstijgende infectie
  • Pyelonefritis: nierbekkenontsteking
  • verlies nierfunctie

Uit wat voor een weefsel bestaat de prostaat klier?

Epitheel,
want het is een exocriene klier.

Waarom heet plaveisel epitheel, plaveisel epitheel?

Omdat de cellen meer naar boven wordend steeds platter worden, en uiteindelijk afgeplat is.

Wat is het verschil tussen het optreden van necrose en apoptose?

Necrose treedt onbedoeld op en is deel van een vorm van pathologie.
DNA afbraak: Protease

Apoptose is op cellulair niveau geprogrammeerd en vaak deel van normale fysiologie.
(het kan in de pathologie wel naast necrose optreden).
DNA afbraak: endonuclease

Wat is het gevaar van ongecontroleerde calcium instroom?

Calcium kan goed binden aan zijketens van aminozuren en dient vaak als cofactor voor enzymen. Bij ongecontroleerde instroom kan:
  • een overmatige activering van diverse enzymen optreden.
  • bepaalde ATPases worden geativeerd.
  • Het kan leiden tot beschadiging van de mitochrondien.

Welke drie reactieve zuurstofverbindingen (ROS) kunnen in de cel worden gevormd, welke zijn hiervan een radicaal, en welke is het meest reactief?

  • superoxide anion radicaal (O2ˉ∙)
  • waterstofperoxide (H2O2)
  • hydroxylradicaal (∙OH)
    • het hydroxylradicaal is het meest reactief

Welke drie typen macromoleculen kunnen in de cel door reactieve zuurstofverbindingen (ROS) worden beschadigd?

  • nucleïnezuur – beschadiging en daardoor mogelijk mutatie
  • eiwitten – verandering van structuur en daarmee van functie
  • lipiden – membraanschade;


  • met name het hydroxyl radicaal kan reageren met vetzuren en daarmee een kettingreactie induceren door de vorming van vetzuurradicalen die zelf weer met vetzuren reageren

Aangezien er altijd reactieve zuurstofverbindingen (ROS) bij de oxidatieve fosforylering en bij andere biochemische reacties met electronen in de cel gevormd kunnen worden, moet de cel zich hiertegen beschermen. Welke drie enzymatische mechanismen kan de cel hiertoe gebruiken en in welk cellulair compartiment is ieder van deze mechanismen actief?

De cel kent ook diverse niet-enzymatische beschermingsmechanismen tegen oxidatieve stress. Noem er drie.

  • superoxide dismutase in cytosol en in mitochondriën;
  • catalase in peroxisomen;
  • glutathion peroxidase in cytosol en in mitochondriën.
>
  • Vitamine C – wateroplosbaar;
  • Vitamine E – vetoplosbaar;
  • bèta‐ caroteen (precursor Vitamine A)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo