De Gouden Eeuw en Rembrandt - Stilleven

28 belangrijke vragen over De Gouden Eeuw en Rembrandt - Stilleven

Welke  fasen kent de ontwikkeling van het stilleven in de zeventiende eeuw?

- Circa 1620- 1625, een kleurrijke, uitbundige fase.
- Vanaf 1625 een versobering in palet en compositie.
- Vanaf het midden van de eeuw weer meer kleur in de schilderijen en vollere composities, eenvoudig gedekte tafels werden vervangen door afbeeldingen van kostbaar vaatwerk, exotische etenswaren en andere bijzondere objecten: het zogenaamde pronkstilleven.
- Laatste twee decennia, verdwijnen van het pronkstilleven.
- Vanaf circa 1650 bloem- en fruitstillevens uitbundiger, bleven tot ver in de achttiende eeuw geliefd.
- Halverwege de eeuw ontwikkeling van het jachtstilleven, dat ook rond 1700 nog relatief veel gevraagd was.

Wat waren de belangrijkste ontwikkelingen in het stilleven in de 17e eeuw?

De eerste decennia: een kleurrijke, uitbundige fase
Vanaf ca 1620-1625: een versobering in palet en compositie.
Vanaf ca 1650:
-weer meer kleur in de schilderijen
-de composities werden weer voller
-het pronkstilleven ontstond: de eenvoudig gedekte tafels vervangen door afbeeldingen van kostbaar vaatwerk, exotische etenswaren en andere bijzondere objecten
-jachtstillevens ontstonden, zij waren rond 1700 ook nog veel gevraagd
-Bloem- en fruitstillevens werden weer aanzienlijk uitbundiger, deze  bleven tot ver in de 18e eeuw geliefd
Vanaf ca 1680: het pronkstilleven verdween weer.

Wat moet tot de oudste vormen van het stilleven gerekend?

Het bloemstilleven, o.a. Ambrosius Bosschaert de Oude legde zich daarop toe.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wie waren de belangrijkste spelers in het stillevengenre en bij welk subgenre of welke ontwikkeling?

Bloemstilleven: Ambrosius Bosschaert de Oude, Jan Brueghel de Oude,
Uitstallingen van etenswaren: Floris van Dyck,
gedempter palet: Willem Claeszn Heda, Pieter Claeszn
Pronkstilleven: Jan Davidsz de Heem en later Abraham van Beijeren, Willem van Aelst en Willem Kalf
Jachtstillevens en sierstukken: Frans Snijders, Joannes Fijt, Melchior d'Hondecoeter en Jan Weenix.

Ook voor de vroegste ontwikkeling in de stillevens waren de Vlamingen verantwoordelijk. Wat moet tot de vroegste vormen van het stilleven worden gerekend en wie waren de belangrijkste schilders in de vroege periode

Een van de vroegste vormen is het bloemstilleven, o.a. door Ambrosius Bosschaert de Oude deze tonen overeenkomsten met Jan Brueghel de Oude. Ook Jacques de Gheyn II en Roelant Savery behoren tot deze groep.

Wiens bloemstillevens behoren tot de hoogtepunten binnen het specialisme?

Die van Jan Breughel de Oude.

Wat was de positie van Rembrandt in het stilleven?

Er zijn van zijn hand geen stillevens bekend, hoewel uit bronnen bekend is dat hij wel interesse in dit specialisme had. Volgens een inventaris is er een Vangtas bekend, maar deze is niet overgeleverd.
In de ontwikkeling van de stillevenschilderkunst speelt het werk van Rembrandt geen rol van betekenis.

Hoe worden de bloemstillevens van Brueghel, Jacques de Gheyn II en Roelant Savery gekenmerkt?

Door een zeer beschrijvend karakter. Ze probeerden de diverse bloemen zo getrouw mogelijk te portretteren en ze zó te schikken en te belichten dat ze allemaal goed te zien waren. Hierdoor de compositie vaak wat plat en stijf aan.

Welke stillevens ontstonden naast de bloemstillevens en welke naam kregen deze

Uitstallingen met de naam: ontbijt, banquet, fruytagie, toebackje, vanitas en dootshoofd

Wie waren erg belangrijk voor de ontwikkeling van het stilleven in Holland?

Vlaamse immigranten.

Hoewel de uitbundige, in beschrijvende stijl geschilderde stillevens nooit geheel het veld zou ruimen, ging een jongere generatie schilders in de loop van de jaren twintig soberdere composities produceren. Wie?

Willem Claesz. Heda en Pieter Claesz. schiepen vanaf circa 1623 in Haarlem eenvoudiger aandoende stukken in een veel gedempter palet: het zogenaamde monochrome banketje deed zijn intrede.

Wat schilderden Heda en Claesz. veelvuldig?

Gedekte tafels in overwegend grijze en bruine tinten met een wit tafelkleed waarop vaatwerk van zilver en tin met wat glazen staan naast de resten van een eenvoudige maaltijd, meestal een ontbijt. De monochrome compositie wordt slechts nu en dan doorbroken door een enkele gele citroen of een rode vrucht, die als accent de soberheid van het overige lijkt te willen benadrukken.
Het zou de leidende stijl zijn tot omstreeks het midden van de eeuw.

In de jaren 20 schilderen Willem Claesz. Heda en Pieter Claesz. eenvoudiger stukken in gedempter palet het z.g. monochrome banketje. Wat zijn de onderwerpen van deze schilderijen

  • Gedekte tafels in grijze en bruine tinten met wit tafelkleed met vaatwerk van zilver en tin. Ook wat glazen staan op tafel naast de resten van een eenvoudige maaltijd.
  • Monochrome compositie wordt nu en dan onderbroken door een citroen of rode vrucht die de soberheid benadrukt

Wat kenmerkt Ambrosius Bosschaert de Oude?

Bloemstilleven
Zijn vlak na 1600 uitgekomen bloemstillevens hoogtepunt genre.

De Heem en Seghers staan onder invloed van Jan Brueghel de Oude, toch zijn zijn voorbeelden gemoderniseerd, waaruit blijkt dat

  • Schilderen in een lossere toets
  • Sterke licht-donker contrasten
  • Asymmetrische schikkingen

Van der Heem legt zich in Antwerpen ook toe op z.g. pronkstilleven, waaruit bestaat zo'n stilleven

  • Uitbundige gedekte tafels met luxueus vaatwerk
  • Overdaad aan allerhande eetwaren
  • Weergegeven in kleurrijk warm palet

Welke andere soorten stillevens zijn er (naast de bloemen)

  • Ontbijt
  • Banquet
  • Fruytagie
  • Toebackje
  • Vanitas (ijdelheid en leegheid)
  • Dootshoofd   

==> Veel details en kleuren 

Wat kenmerkt de Haarlemse meester Floris van Dyck vanaf 1610?

Uitstallingen etenswaren: gele kazen, fel gekleurde vruchten.

Wat kenmerkt de stillevens van Balthasar van Ast?

  • Verlevendigd de harde beschrijvende stijl
  • Meer licht-donkercontrasten
  • levende padden en hagedissen 

Waardoor wordt de soberheid in palet en compositie door Van der Heem en navolgers rond 1650 verdrongen en noem kenmerken van deze schilderijen

Veelkleurigheid en rijkdom gekenmerkt door:
  • Uitheemse vruchten
  • Perzische tapijten
  • Zilveren schalen
  • Vergulde bokalen
  • Chinees porselein
  • Venetiaans glas

In welke schilderijen is de invloed van De Heem tot ver in de 18de eeuw herkenbaar

Bloem- en fruitstillevens van Rachel Ruysch en Jan van Huijsum

Hoe weet Balthasar van der Ast de harde en beschrijvende stijl wat te verlevendigen?

  • Meer licht-donkercontrasten: modelleren elementen in compositie
  • Padden en hagedissen

Welke verandering kenmerkte de stillevenschilderkunst rond het midden van de eeuw?

Het sobere palet en compositie verdrongen door meer kleur en rijkdom.
  • Uitheemse vruchten
  • Perzische tapijten
  • Zilveren schalen etc.  

Wie was een invloedrijke schilder van kleurrijke en uitbundige stillevens?

Jan Davidsz. De Heem

Welke verandering maakte Jan Davidsz. De Heem door? En door wie beïnvloed?

Van stillevens naar bloemstillevens
Jezuïet en bloemschilder Daniël Seghers.

Waarin waren de bloemstillevens van De Heem moderner dan die van Jan Brueghel de Oude?

  • Ze waren geschilderd in een veel lossere toets.
  • Sterkere lichtdonker-contrasten
  • A-symmetrische schikkingen

De Heem maakte met zijn vernieuwingen grote indruk op de latere generatie Hollandse stillevenschilders, wie waren dat?

  • Willem Kalf
  • WIllem van Aelst
  • Abraham van Beijeren 

Wat was de specialisatie van Jan Weenix?

Dode dieren

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo