De Gouden Eeuw en Rembrandt - Historiografische traditie
38 belangrijke vragen over De Gouden Eeuw en Rembrandt - Historiografische traditie
Théophile Thoré heeft als eerst een hiërarchie aangebracht in de waardering voor de Hollandse schilderkunst die nog steeds wordt gebruikt. Ook bracht hij een rangorde in de 17de-eeuwse schilders aan, welke
- Rembrandt
- Frans Hals
- Johannes Vermeer
- Rest beginnend met de realisten
Uit welke 2 delen van Thoré is de plaats van Rembrandt als beste schilder op te maken en uit welk artikel.
Théophile Thoré heeft als eerste een duidelijke hiërarchie aangebracht in de waardering voor de Hollandse schilderkunst van de Gouden Eeuw. In Musées de la Hollande (1858-1860) wordt de 1e plaats ingenomen door Rembrandt, gevolgd door Frans Hals en Vermeer en daarna de Hollandse realisten. Thoré waardeert Rembrandt als nabootser van de werkelijkheid bij uitstek. Hoe werd er tussen 1700 en 1800 gedacht over de rangorde van de 17e eeuwse Hollandse meesters?
NB. de in de 18e eeuw zo gewaardeerde fijnschilders en Italianiserende landschapsschilders werden door Thoré juist weer lager ingeschat.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is op te maken uit de twee delen van zijn onvolprezen Musées de la Hollande, die respectievelijk in 1858 en 1860 verschenen onder het pseudoniem William Bürger en uit zijn baanbrekende artikel over Johannes Vermeer?
Onder welk pseudoniem schreef Thore Musees de la Hollande.
Wat zijn het belangrijkste verschillen met de rangorde uit de 18de eeuw
In hoeverre kan een hiërarchie van meesters in Rembrandts eigen tijd aan de hand van bronnen gereconstrueerd worden? Hoe wordt dit geïllustreerd?
-Een illustratie hiervan zijn de dagboekaantekeningen van Constantijn Huygens uit ca. 1630, waaruit duidelijk wordt dat hij Rembrandts talent al vroeg herkende en bemiddelde bij een opdracht voor de stadhouder. Op zijn lijst met 'vermaarde meesters dezer nederlanden' uit 1647 (kandidaten voor de decoratie van de Oranjezaal) komt Rembrandt echter niet voor.
In 1829 stelde John Smith een oeuvrecatalogus samen en aan 33 canonieke Hollandse schilders wijdt hij een sectie, een eeuw later wordt een tentoonstelling gehouden in Burlington House over Dutch Art 1450-1900, welke verschillen zijn er tussen deze tentoonstelling en het werk van Smith
- Minder aandacht voor het werk van fijnschilders en italianisanten dan bij Smith
- Schilders worden tentoongesteld die nog niet door Smith genoemd worden zoals: Hals, Vermeer, Paulus Potter en Hendrick Avercamp
- Rembrandt is bij de tentoonstelling de dominante vertegenwoordiger van de 17de-eeuwse schilderkunst
Waar ging het artikel in de Gazette des Beaus arts van Thore over en wat werd hieruit opgemaakt.
Hoe veranderde het beeld van de top van de Hollandse schilderkunst gedurende de 19e eeuw, en waar blijkt dit uit (2)?
-Aan het begin van de 20e eeuw verschoof het zwaartepunt van de fijnschilders en Italianisanten weer naar Rembrandt (nr1!), Frans Hals, Johannes Vermeer, Paulus Potter en Hendrick Avercamp. Dit blijkt uit de tentoonstelling Dutch Art 1450-1900 in Burlington House (1929)
Hoe moeten Hals en Vermeer worden beschouwd?
Wilhelm Martin bouwde zijn 2 delig overzichtswerk De hollandsche schilderkunst in de 17e eeuw (1935) geheel op rondom Hals en Rembrandt. Wat was zijn visie?
Tot halverwege de 19de eeuw is er geen specifieke hiërarchie van Hollandse meesters, ook wordt er tot dan geen onderscheid gemaakt tussen Vlaamse en Hollandse kunst. Door Thoré en Eugène Fromentin worden de Hollandse meesters tegenover de Vlaamse geplaatst. Volgens Fromentin was het jaar 1609 beslissend voor de kunst in beide gebieden. Waarom
Een specifieke hiërarchie van Hollandse meesters was eerder dan halverwege de 19e eeuw niet aan de orde. Een onderscheid tussen de Vlaamse en Hollandse kunst werd pas in de 2e helft van de 19e eeuw gemeengoed na de afscheiding van België (1830). Door wie en hoe werd toen dit onderscheid gemaakt?
-De Hollandse schilders stelden zich, volgens Fromentin, tevreden met om zich heen kijken, wat leidde tot het geprezen realisme, terwijl de Vlamingen zich bezighielden met het verbeelden van de verhalen uit de Bijbel en de antieke mythologie.
Waaruit blijkt dat het beeld van de top van de Hollandse schilderkunst van de zeventiende eeuw aan verandering onderhevig is?
Precies een eeuw later ontbraken vele meesters die nog bij Smith een plek hadden op de tentoonstelling Dutch Art 1450-1900, gehouden in Burlington House in Londen.
Wanneer krijgt Rembrandt de onaantastbare positie die hij heden ten dage nog heeft? Waarin zien we dat terug?
-We zien dat terug in de inrichting van musea en tentoonstellingen en in kunsthistorische overzichtswerken
Wat waardeert Thoré aan Rembrandt?
In de 17de eeuw kent men nog niet zo'n hiërarchie onder de schilders. Constantijn Huygens prijs Rembrandts talent in 1630 en geeft hem in 1632 de opdracht om voor de stadhouder een aantal schilderijen te maken, in 1647 ontbreekt Rembrandts naam op het lijstje van schilders die door Huygens gekozen zijn voor de decoratie van de Oranjezaal van Huis Den Bosch, wat is hiervan de reden
Wat was de tussen 1700 en 1800 de rangorde van de 17e eeuwse schilders
Wat was de mening van Johannes van Vloten over Rembrandt in zijn Nederlands Schilderkunst van de 14e tot de 18e eeuw voor het Nederlandse volk geschetst uit 1874?
Wanneer krijgt Rembrandt de onaantastbare positie die hij heden ten dagen nog heeft?
In de 19de eeuw krijgt Rembrandt de positie die hij vandaag nog heeft, Gustav von Waagen beschouwt Rembrandt als beste Hollandse meester alleen nog overtroffen door Rubens die hij als belangrijkste vertegenwoordiger van de Nederlanden zag. Thoré en Fromentin beoordelen de Hollandse schilderkunst als zelfstandige school. Zij schatten Rembrandt als hoogste in, waarom
Wanneer kwamen Rembrandts tijdgenoten weer uit zijn schaduw tevoorschijn?
Wat was voor de schilderkunst van de 17de eeuw het sleutelwoord
Welke schilders werden door Thoré juist weer lager ingeschat?
Italianiserende landschapschilders.
Théophile Thoré bracht zijn overzichtswerk uit rond 1858. Waarin verschilt zijn opvatting over rangordes met de gangbare uit 1700 -1800?
- Rembrandt de beste
- Sloeg fijnschilders en Italianisanten minder aan.
1700 - 1800
Rembrandt niet de belangrijkste
Ook waardering
- Fijnschilders Van Mieris de Oude, Gerard Dou.
- Italianisanten: Nicolaes Berchem.
Welke schilders waren in de oeuvrecatalogus van John Smith te zien maar ontbraken op de tentoonstelling Dutch Art?
- Adriaen van der Werff
- Italianisanten: Jan en Andries Both, Philips Wouwerman
- Nicolaes Berchem.
Is in de tijd van Rembrandt de hierarchie van meesters aan de hand van bronnen te reconstueren.
Toen Huygens in 1647 een lijst moest maken van schilders voor de decoratie van huis ten Bosch, stond Rembrandt hier toen op?
Wanneer werd een onderscheid gemaakt tussen de Vlaamse en Hollandse kunst?
(België afgescheiden van Nederland)
Waarom was 1609 beslissend voor de kunst in Belgie en Holland, volgens Eugene Fromentin?
- Twaalf jarig bestand ==> ontstaan Hollandse volk en kunst.
- Terugkeer Peter Paul Rubens uit Italië naar België. Nieuwe richting Belgische kunst. |
Waarom was het voor 1850 nog geen gemeengoed om over de Hollandse schilderkunst van de Gouden Eeuw twee spreken?
- Belgie scheidde zich later af van Nederland.
- Thoré en Fromentin benoemden in toen pas specifieke burgerlijke kwaliteiten Hollands realisme.
- 1876 - Fromentin plaatste Hollandse meesters tegenover Belgen.
Waaruit bleek dat Rembrandt in jaren veertig minder populair was geworden?
- Hij stond niet op lijstje Constantijn Huygens met schilders die in aanmerking kwamen voor schilderen scenes uit Christus Passie voor Oranjezaal Huis ten Bosch
- Rembrandt schilderijen kwamen waarschijnlijk niet overeen met de laatste mode.
Wat was de opvatting van de Duitse kunsthistoricus Gustav von Waagen over Rembrandt?
- Rembrandt beste Hollandse meester
- Rubens belangrijkste vertegenwoordiger in Nederlanden als geheel.
Wat waardeerden de Franse kunstcritici Théophile Thoré en Eugene Fromentin in Rembrandt?
- Realisme
- Karaktervolle eenvoud, diepgang
- Als hoogste ingeschat
Benoem een verdienste van Thoré en Fromentin?
- Beoordeling Hollandse schilderkunst als zelfstandige school.
- Zorgden met hun publicaties voor waardering breed publiek Hollandse meesters en Rembrandt in het bijzonder.
Hoe waardeerde wilhelm Martin, destijds directeur Mauritshuis het werk van Rembrandt?
- De grootste schilder
- Uitgesproken burgerlijke onafhankelijke realistische Hollandse meester
- Schilder innerlijk.
- Meest aangrijpend: Terugkeer van de Verloren Zoon.
Wie traden in de voetsporen van Wilhelm Martin wat betreft waardering voor Rembrandt?
- Jacob Rosenberg
- Seymour Slive
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden