Rembrandt, het geloof Bijbelse iconografie - L EH
3 belangrijke vragen over Rembrandt, het geloof Bijbelse iconografie - L EH
Hoe maakte de Christian Tümpel korte metten met de Romantische visie op de kunstenaar, het genie dat zich niets gelegen liet liggen aan tradities en een persoonlijke visie in zijn historiestukken uitbeeldde?
-Op de punten waar hij afweek van de letter van de Bijbel, volgde hij over het algemeen prentvoorbeelden.
-Wel wist Rembrandt op een bijzondere manier met die beeldtraditie om te gaan, zoals ook Tümpel herkende.
Hoewel Rembrandt, voor zover we weten, nooit lidmaat van een bepaalde kerk was, zijn er toch wel globale uitspraken te doen over zijn religieuze werk. Welke van de stellingen is juist?
I. Omdat de grootste groep Hollanders rond 1650 had gekozen voor de gereformeerde kerk, schilderde Rembrandt zelden iets dat niet binnen het brede protestantse denkkader paste.
II. Hoewel Rembrandt op vriendschappelijke voet stond met doopsgezinden en remonstranten, is er verder geen enkele aanleiding voor om te speculeren dat hij zelf sympathie had voor deze religieuze stromingen.
Volgens de auteur hield Rembrandt zich wel aan het protestantse denkkader, maar de meeste onderwerpen waren ook acceptabel voor katholieken, remonstranten, doopsgezinden, Lutheranen en lieden die geen lidmaat waren van een kerk, het overgrote deel van de bevolking van Holland. Hierdoor had Rembrandt dus een zo groot mogelijk potentiele afzetmarkt.
Er is geen enkel bewijs geleverd, dat Rembrandt sympathie had voor de doopsgezinde of remonstrantse kerk. Hij had ook opdrachtgevers die andere confessies aanhingen.
Als Erwin Panofsky's iconologische methode gevolgd wordt, wat is dan het enige element in Schwartz' redenatie dat door kunsthistorici algemeen aanvaard wordt en niet door de auteur ter discussie gesteld wordt? (het gaat om de historiestukken De Steniging van Stefanus en Palamedes voor Agamemnon/ Het Leidse historiestuk)
Discussie is er over de volgende onderwerpen:
-Schwartz' identificatie van het Leidse historiestuk als Palamedes voor Agamemnon is problematisch.
-Dat deze schilderijen de schilderijen genoemd in de boedelveiling van een nazaat van Scriverius in 1663 zijn is helemaal niet zeker
-Of de beide stukken samen een coherente dieperliggende betekenis kunnen hebben is ook nog maar de vraag.
-Bovendien is niet zeker of de stukken ooit werkelijk in het bezit van Scriverius zelf zijn geweest of dat Rembrandt ze in zijn opdracht schilderde.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden