Dat alles op die leest moest geschoeit wezen'. Over navolging in de schilderijenproductie van Rembrandts werkplaats - Navolging in Rembrandts werkplaats - Kopieën

27 belangrijke vragen over Dat alles op die leest moest geschoeit wezen'. Over navolging in de schilderijenproductie van Rembrandts werkplaats - Navolging in Rembrandts werkplaats - Kopieën

Kopiëren was typisch leerlingenwerk, welke bronnen bevestigen dat dit ook in het atelier van Rembrandt het geval was

  • Vermelding van kopieën in inventarislijsten
  • Een grote hoeveelheid bewaard gebleven kopieën

Het kopiëren van schilderijen werd in 17e eeuwse verhandelingen als echt leerlingenwerk gezien. Wat is een groot probleem bij deze kopieën?

Bij een groot deel van de kopieën is het niet mogelijk om vast te stellen waar en wanneer zij werden vervaardigd. Een deel is zeker buiten Rembrandts werkplaats en zelfs veel later ontstaan, maar er zijn ook kopieën die aantoonbaar in de werkplaats en gelijktijdig met het voorbeeld van Rembrandt ontstonden.

Hoe weten we dat in Rembrandts atelier de leerlingen zich veel bezighielden met het kopiëren van werken?

  • Vermeldingen van kopieën in inventarissen
  • Grote hoeveelheid bewaard gebleven kopieën 
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

De stroom van kopieen van Rembrandts werk houdt eind jaren 30 vrij plotseling op. Welke verklaring is daarvoor?

Dat lijkt samen te hangen met een verandering in het soort schilderijen dat Rembrandt maakte, In 1639 begon hij weer op grote schaal met het schilderen van portretten. Het initiatief voor het kopieren van portretten lijkt niet uit te gaan van de kunstenaar, maar bij de eigenaar van het portret. (bv bij erfenissen).
Het is echter opmerkelijk dat na 1642 als de productie van portretten stilligt, de atelierproductie van geschilderde kopieen niet weer op gang komt.

Is het bij deze kopieen vast te stellen waar en wanneer zij gemaakt zijn?

Nee, bij een groot deel niet.

Wanneer ontstonden de kopieën naar Rembrandts werk?,.

1628
Gerard Dou eerste leerling in Rembrandts atelier.

Een deel van deze kopieën zijn buiten Rembrandts werkplaats of zelfs later ontstaan, toch kan men aantonen dat een deel gelijktijdig met het voorbeeld van Rembrandt ontstonden, op welke wijze

Kopieën die werden vervaardigd voordat Rembrandt in zijn prototype veranderingen doorvoerde.

Uit welke bronnen weten we zeker dat er ook in Rembrandts atelier kopieën naar zijn schilderijen gemaakt werden?

-Uit zeventiende-eeuwse inventarissen waarin kopieën of schilderijen-naar-Rembrandt vermeld worden
-Uit de tamelijk grote hoeveelheid bewaard gebleven kopieën

Wat is het bekendste voorbeeld van een kopie naar Rembrandt waaruit blijkt dat die werd vervaardigd voordat hij in zijn prototype veranderingen doorvoerde?

De kopie kopie naar Rembrandts Zelfportret in oosterse kleding met poedel.

Het offer van Abraham is in de werkplaats van Rembrandt ontstaan, hoe kan dit aangetoond worden

  • Het doek waarop dit schilderij is geschilderd komt van dezelfde rol als 2 schilderijen van Rembrandt uit dezelfde tijd
  • Ook uit andere kopieën blijkt dat Rembrandt zijn leerlingen enige vrijheid gaf in het kopiëren van zijn werk, zie blz. 91 en 92

Wat constateerde de Amsterdamse hoogleraar en lid van het Rembrandt Research Project Josua Bruyn?

Dat de stroom van kopieën eind jaren dertig vrij plotseling ophield.

Ook al is een schilderij ongewijzigd gekopieerd toch kan het in de uitvoering afwijken, wat wordt hiermee bedoeld

De uitvoering is gladder of losser als voorbeeld wordt Zelfportret met halsberg genoemd, blz. 92 en 93

Bij welke kopieën van zelfportretten en historiestukken is het opvallend dat er zowel in de voorstelling als in de uitvoering afwijkingen van Rembrandt voorbeeld te zien zijn?

-Bv bij de veel bediscussieerde München kopie naar Het offer van Abraham uit 1635 dat het opschrift draagt 'Rembrandt verandert. En overgeschilderd. 1636' 
De  kopiist heeft de richting van de Engel verandert tov Rembrandts v.b. en een ram toegevoegd.

Tot het einde van de jaren 30 kopieerden leerlingen veel portretten, dit houdt plotseling op, het leerlingenaantal nam niet af, welke oorzaken voor deze afname worden genoemd

  • Tussen 1635 en 1639 schilderde Rembrandt amper portretten
  • Het initiatief voor het kopiëren van portretten gaat niet uit van de kunstenaar maar van de eigenaar van het portret

Met welk genre begon Rembrandt in 1639 weer op grote schaal?

Met het schilderen van portretten, een genre dat hij in de jaren vlak na zin vertrek uit Uylenburghs werkplaats in 1635 slechts sporadisch beoefende.

De schrijver noemt enkele voorbeelden waarin de eigenaar opdracht geeft op een portret te kopiëren, welke

Bijvoorbeeld in een testament Baertje Martens laat de geschilderde portretten van haar en haar man na aan haar zoon op voorwaarde dat hij op zijn kosten kopieën laat maken voor haar broers en zusters.
De kopie van De Nachtwacht door Gerrit Lundens is op initiatief van Frans Banning Cocq

Liet Rembrandt zijn medewerkers vrij bij het kopiëren van zijn werk?

Ja, dat blijkt ook uit andere kopieën die niet alleen afwijken in bepaalde onderdelen  maar ook in uitvoering volgens Rembrandts voorbeeld.
-De Ongelovige Thomas
-De engel Raphael vertrek van Tobias en zijn familie.
-Jozef en de vrouw van Potifar

Wat is de directe oorzaak van het einde van de productie van kopieën in Rembrandts werkplaats in 1639

De omschakeling naar het vrijwel exclusief maken van portretten.

Noem een v.b. van afwijken in de uitvoering van Rembrandt?

Dit zien we ook bij ongewijzigde kopieën, zoals de Haagse kopie die lange tijd algemeen als werk van Rembrandt gold, naar het Zelfportret met halsberg in Neurenberg. Hier is de kopie fijner en gladder uitgevoerd dan Rembrandts los geschilderde voorbeeld.

Wat zien we bij het Portret van Saskia Uylenburg in Kassel, waaraan Rembrandt waarschijnlijk tussen 1633/1634 en 1642 werkte?

Het tegenovergesteld als bij het Zelfportret met halsberg. Hier is het orgineel gedetailleerder en verfijnder dan het los geschilderde kopie in Antwerpen.

Wat is opvallend in de jaren na 1642?

Dat, toen Rembrandts productie van portretten geheel stil lag, de atelierproductie van geschilderde kopieën niet weer echt op gang kwam.

Hoe verliep het kopiëren van Rembrandts werk na 1642 toen de productie van Rembrandts geheel stil lag?

Rembrandts historiestukken uit de jaren 30 werden zorgvuldig gekopieerd, kennen we van de historiestukken uit de jaren 40 slechts 1 kopie. Dat is de verloren gegane Besnijdenis die Rembrandt in 1646 aan Frederik Hendrik leverde.

Wanneer maakten kopieën een belangrijk onderdeel uit van Rembrandts atelierproductie?

1628 tot eind jaren dertig.

Wat constateerde Joshua Bruyn (RRP) over de kopieën in Rembrandts atelier?

Eind jaren dertig hield stroom plotseling op.

Waarom hield het aantal kopieen in Rembrandts atelier eind jaren dertig plotseling op?

Rembrandt ging zich vooral bezighouden met portretten
  • Vervaardiging kopieën portretten staat los van Rembrandts eigen productie.
  • Initiatief kopie portret lijkt bij opdrachtgever te liggen 

Bij het maken van kopiën van portretten lijkt het initiatief vooral bij de opdrachtgever te liggen. Geef twee voorbeelden.

  • Pendantportretten, Herman Doomer en Baertje  Martens (1640). Kopiën voor broers en zussen van zoon die ze erfde.
  • Rembrandt Nachtwacht - Kopie Frans Banning Cocq.

Wat valt op aan de jaren na 1642 toen Rembrandts portretproductie helemaal stillag?

  • De atelierproductie van geschilderde kopieën kwam niet op gang.
  • Rembrandts historiestukken werden in de jaren dertig veel gekopieerd, maar in de jaren veertig nauwelijks.  

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo