Cellen, weefsels en structuur van het lichaam - De cel: structuur en functies
13 belangrijke vragen over Cellen, weefsels en structuur van het lichaam - De cel: structuur en functies
Waar bestaat het plasmamembraan uit en noem de kenmerken
- eiwitten en suikers
- lipide cholesterol
- moleculen hebben kop (elektrische lading en hydrofiel) en staart (geen lading en hydrofoob)
- hydrofielen kop ligt naar buiten
Waar liggen de membraaneiwitmoleculen en wat is hun functie?
- vertakte koolhydraatmoleculen die aan de eiwitmoleculen zitten geven de cel zijn immunologische identiteit
- kan fungeren als receptor voor een hormoon of een andere chemische messenger
- Sommige zijn enzymen
- Transmembrame eiwitten vormen kanalen die kleine wateroplosbare ionen kan doorlaten
- Rol voor transport door het membraam
Wat is een prokaryote cel?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Waar is de nucleolus bij betrokken?
Wat zijn chromosomen en wat is cromatine?
Wat zijn de verschillen tussen ruw en glad endoplasmatisch reticulum?
Glad ER maakt lipiden, steroiden hormomen en helpt bij ontgiftiging van sommige stoffen.
Ruw ER heeft ribosomen en maakt eiwitten voor transport naar buiten de cel. Enzymen en hormonen verlaten de cel dmv exocytose.
Wat doet het golgi systeem?
Benoem het proces hoe de lysomen tot stand komen
- Eiwitten worden gemaakt in het ruw ER dmv eiwitsynthese en DNA
- De keten van eiwitten wordt opgevouwen in het ruw ER
- De keten wordt via het gladde ER naar het galgi apparaat vervoerd
- In het golgi apparaat worden de eiwitten verpakt als lysosomen. Ze worden gescheiden tot kleinere partikels.
- De lysosomen verlaten het galgi apparaat via exocytose.
Wat zijn de kenmerken van lysosomen?
Ze worden gemaakt door het galgi apparaat
Ze bevatten verschillende enzymen die zorgen voor de afbraak van fragmenten van organellen en grote moleculen. Ze afbraak producten worden hergebruikt of als afvalstof verwijderd.
Benoem de drie stappen van Interface
- Eerst tussenfase G1, de cel groeit qua maat en volume. Soms maken cellen niet hele cyclus af en beginnen aan een rustfase G0 (ze vervullen in die tijd specifieke functies bijv secretie of absorptie).
- Synthese van DNA, S-fase, chromosomen vermenigvuldigen en vormen twee identieke dna-kopieen.
- tweede tussenfase G2, cel groeit voort en bereidt zich voor op celdeling.
Wat is passief transport en welke drie zijn er?
Disfussie, gefaciliteerde disfusie en osmose.
Beschrijf de Na+ en K+ waarden de cel
Benoem de twee bulktransport processen
Deeltjes worden ingesloten door plasmamembraam, vormen vacuole, lysosomen hechten aan, de vertering van het deeltje door lysosomale enzymen, de uitstoot door exocytose
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden