Samenvatting: Ross En Wilson Anatomie En Fysiologie In Gezondheid En Ziekte- | 9780702069413 | Anne Waugh, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Ross en Wilson Anatomie en Fysiologie in gezondheid en ziekte- | 9780702069413 | Anne Waugh; Allison Grant, BSc PhD FHEA
-
5 hart vaat stelsel
-
5.1 bloedvaten
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.1
Laat hier meer flashcards zien -
Benoem de kleinste bloedvaten waar de uitwisseling plaatsvind
Capillairen -
De structuur en functie beschrijven van arteriën (slagader) en de verschillen samenvatten tussen de verschillende soorten bloedvaten (venen, capillairen).
Functie: Voeren het bloed van het hart naar decapillairen in deweefsels.
Structuur en verschillen: De wand ervan bestaat uit drieweefsellagen
- tunicaadventitia (buitenlaag van bindweefsel)
- tunica media (middenlaag van glad spierweefsel en elastisch weefsel)
- tunicaintima (endotheel )
De grotearteriën bevatten meer elastisch weefsel om de klap van de hartslag op te kunnen vangen. Dearteriolen bevatten bijna alleen glad spierweefsel, zodat de diameter van de vaten en de druk binnenin precies geregeld kan worden. -
De structuur en functie beschrijven van venen en de verschillen samenvatten tussen deze verschillende soorten bloedvaten (arteriën, capillairen).
Functie: Voeren bloed (onder lage druk) terug van hetweefsel naar het hart.
Structuur en verschillen: De wanden bestaan uit dezelfde drie lagen als de slagaders, maar de lagen zijn dunner. Ze bevatten minder spier en elastisch weefsel, omdat de druk in de venen veel lager is. Sommige venen (bijv. In de ledenmaten) bevatten kleppen, die voorkomen dat het bloed terugstroomt. De werking van de kleppen wordt gestimuleerd door de skeletspieren. De kleinste venen heten: venulen -
De structuur en functie beschrijven van de capillairen en de verschillen samenvatten tussen deze verschillende soorten bloedvaten (arteriën, venen)
Functie: De kleinste arteriolen vertakken zich tot kleine vaten, de haarvaten of capillairen.
Structuur en verschillen: Capillairwanden bestaan uit een laag endotheelcellen op een dun membraan. Hierdoor kunnen water en andere stoffen makkelijk uitgewisseld worden met het interstitiële vloeistof tussen de cellen van het weefsel. Hierna gaan capillairen over in venulen. De capillairen vormen een groot netwerk van vaatjes die de kleinste arteriolen en venulen met elkaar verbinden. -
De belangrijke factoren benoemen die de diameter van bloedvaten reguleren.
Baroreceptoren in de halsslagader en aortaboog Vasomotere centrum in medulla oblongata (verlengde merg) in hersenen:
- autonome zenuwstelsel; met name (ortho)sympathisch
- verhoogde sympathische: vasoconstrischtie
- weinig/geen sympathische stimulatie: vasodilatatie
- hormonen -
De mechanismen verklaren waarmee de uitwisseling van voedingsstoffen en afvalproducten tussen het bloed en de weefsels plaatsvindt.
Uitwisseling van andere stoffen: Voedingsstoffen worden door diffusie en osmose van de capillairen naar he weefselvocht vervoerd. Doordat de endotheel wand van de capillairen semipermeabel is, kunnen de meeste stoffen door diffusie naar het weefsel stromen. Doordat er in het bloed normaal meer eiwitten zitten dan in het weefselvocht, wordt er water met de afvalstoffen verplaatst naar de capillairen om de concentratie gelijk te houden (osmose) -
Uitleggen welk effect de hydrostatische en osmotische druk hebben op de waterverplaatsing tussen capillairen en weefsels.
Hydrostatische druk: bloeddruk de vocht uit de bloedbaan perst.
Osmotische druk: aantrekking van vocht door de hoeveelheid plasma-eiwitten.
Aan het arteriële uiteinde van een capillair is de hydrostatische druk hoog en de osmotische druk lager, waardoor er vocht uit de capillairen de weefsels in wordt gedreven. Aan het veneuze uiteinde is de hydrostatische druk lager dan de osmotische druk, waardoor er vocht terug de capillairen in stroomt. -
5.2.1 positie
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.2.1
Laat hier meer flashcards zien -
De positie van het hart in de thorax beschrijven.
Het hart ligt in de thoraxholte in het mediastinum (ruimte tussen de longen), het ligt schuin, iets links van het midden. De basis aan de bovenkant en de apex (hartpunt) aan de onderkant. -
5.2.3 bloedstroom door het hart
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.2.3
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe heet de arteria pulmonalis voor de splitsing?
Truncus pulmonalis -
13 Het urinewegstelsel
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 13
Laat hier meer flashcards zien -
13.1 anatomie mens
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 13.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer je kijkt naar de anatomie van de urethra, komt incontinentie sneller/vaker voor bij mannen dan bij vrouwen?
Nee, bij vrouwen. Heel simpel; de urethra is korter van de vrouw dus je verliest sneller urine. Bij de man is het een ''langer weg'' en kan in de urethra wel eens urine achter blijven.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden