Bedrijfseconomische aspecten van het salesmanagement

6 belangrijke vragen over Bedrijfseconomische aspecten van het salesmanagement

CLV staat voor customer lifetime value. Wat houdt het in?

CLV staat voor customer lifetime value. Het is een manier om de waarde van het klantenbestand te berekenen. Naast de winstgevendheid per klant wordt de duur van een klantrelatie in de berekening betrokken.

Wat is de kritische ordergrootte?

Voor beoordelingsdoeleinden is het nuttig dat de salesmanager de kritische ordergrootte (KOG) voor alle individuele producten van het aanbod waarvoor hij aansprakelijk is berekent. De kritische ordergrootte geeft aan ij welke afzet per order de nettowinst nul is.

Joint selling vindt plaats wanneer afspraken gemaakt worden over het gebruik van elkaars verkooporganisaties.

Joint selling vindt plaats wanneer afspraken gemaakt worden over het gebruik van elkaars verkooporganisaties.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Een belangrijk instrument voor het salesmanagement is de prijs en zeker in het bijzonder aangezien hiermee verschillende doelstellingen mee te behalen zijn. De prijs is te bepalen voor doelen zoals marktpositie, concurrentiepositie, omzet, winst en afzet. Wat is put out en stay out pricing?

Put out pricing wordt gebruikt wanneer men een concurrent uit de markt wil drukken. Dit wordt geprobeerd door een lage prijs te hanteren.  Wanneer een nieuwe concurrent op de markt wil komen kan stay out pricing gebruikt worden. Hierdoor wordt geprobeerd de markt onaantrekkelijk te maken.

Welke 3 methoden zijn er om een prijszetting te bepalen?
De salesmanager kan zich op drie dingen oriënteren bij het vaststellen van de verkoopprijs, deze drie dingen zijn:


1.De concurrentie-georiënteerde prijszetting

2.De afnemers-georiënteerde prijszetting:

3.De kostprijs-georiënteerde prijszetting:

De drie verscheidene kengetallen van liquiditeit zijn


Current ratio: vlottende activa/ kort vreemd vermogen (financiele norm: 1,5)
Quick ratio: vlottende activa – voorraden/kort vreemd vermogen (financiele norm: 1)
Werkkapitaal: vlottende activa – kort vreemd vermogen  (financiele norm: moet positief zijn)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo