Domein I concept goede tijden, slechte tijden

14 belangrijke vragen over Domein I concept goede tijden, slechte tijden

Wat zijn oorzaken van inflatie binnenlands en buitenlands?

Binnenlands:
  1. Vraag naar goederen: bestedingsinflatie
  2. Kosteninflatie: aanbod- of kostenzijde zorgt voor prijsstijging.
  3. Winstinflatie: hogere winstmarges.


Buitenlands:
  1. Geïmporteerde inflatie: Stijging van invoerprijzen als gevolg van koersverandering en/ of prijsstijging in het buitenland.

Hoe kan inflatie bestreden worden?

Door de officiële rente omhoog te gooien. Mensen gaan hierdoor minder uitgeven, waardoor bedrijven hun prijzen weer omlaag gaan doen/niet meer verhogen, omdat dit ervoor zorgt dat mensen weer meer gaan kopen.
Dit alles remt uiteindelijk de inflatie af.

Wat zijn problemen bij het realiseren van productiegroei?

- Mensen zijn moeilijk te ontslaan: starre verhoudingen.
- Vergrijzing
- Te weinig technologische ontwikkeling.
- Uitputting hulpbronnen.
- Aantasting leefmilieu
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat zijn gevolgen van een duurzaam groeibeleid?

  • Verandering van een duurzaam groeibeleid.
  • Weerstand tegen veranderingsprocessen.
  • Hoge (investerings)kosten
  • Invloed op de overheidsfinanciën
  • Bestaande belangen aantasten.

Wat zijn twee kenmerken van laagconjunctuur?

  1. Er is te veel vraag naar personeel = overspannen arbeidsmarkt.
  2. Hoge bezettingsgraad = bedrijven draaien op volle toeren.

Wat zorgt ervoor dat de conjunctuurgolf niet té dramatisch is?

  • Het socialezekerheidsstelsel zorgt ervoor dat ten tijde van laagconjunctuur de effectieve vraag niet een te grote val maakt.
  • De %brutoloonstijging is groter dan %nettoloonstijging.
  • Ten tijde van recessie gaat men minder sparen.
  • Monetaire politiek Europese Centrale Bank: remt bestedingen via hogere rente in hoogconjunctuur.

Waardoor ontstaan internationale handel?
Wat zijn de gevolgen?

1.
-Internationale specialisatie. 
- Landen hebben behoeften aan sommige producten maar kunnen dit soms zelf niet produceren.

2.
- Wat Nederland produceert. Nederland heeft bijvoorbeeld heel weinig industrie.
- De inzet van productiefactoren. Veel Nederlanders zijn werkzaam in de tertiaire sector.

Wat bepaald de internationale concurrentiepositie van een land?

  • De prijs:
    Dit is afhankelijk van:
    - loon
    - arbeidsproductiviteit
    - collectieve lastendruk
  • Kwaliteit
  • Geografische ligging
  • Infrastructuur
  • Natuurlijke omstandigheden (klimaat, bodemgesteldheid, aanwezigheid van grondstoffen.)
  • Sociale rust: investeerders willen zekerheid en geld kunnen verdienen.

Welke karakteristieken hebben multinationale ondernemingen?

  • Deze zijn in meerdere landen aanwezig.
  • Dit vormt risicospreiding.
  • Schaalvergroting --> dit zorgt voor een lage kostprijs.
  • Machtspositie: regeringen ziet ze niet graag vertrekken, omdat ze veel waarde toevoegen.

Wat beïnvloedt het saldo van de kapitaalrekening?

  • De economische situatie: lagelonenlanden trekken veel investeringskapitaal aan.
  • Renteverschillen: een relatief hoge rente trekt veel beleggingskapitaal aan.
  • Wisselkoersrisico: Een zwakke wisselkoers schikt buitenlandse beleggers af.

Hoe kan een tekort op de betalingsbalans bestrijdt worden?

  • Betalingsbalanspolitiek
    - Infrastructuur
    - Aanpassen productiestructuur - stimuleren van innovatie.
    - Handelspolitiek: toegankelijk maken buitenlandse markten.
  • Bestedingspolitiek: import omlaag.
  • Wisselkoersaanpassing: depreciatie --> export omhoog, import omlaag.

Wat is belangrijk voor de stijging van de wisselkoers?

Rente. Wanneer deze hoog is (vergeleken met andere landen), is het voor beleggers interessant om te beleggen in jouw land.

Wat zijn de voordelen en nadelen van een zwevende wisselkoers?

Voordelen:
- Er is altijd evenwicht op de valutamarkt = betalingsbalansevenwicht.
- Veel ruimte voor binnenlands economisch beleid, want men hoeft geen rekening te houden met gevolgen voor de wisselkoers.


Nadelen:
- Koersschommelingen --> koersrisico's --> rem op internationale handel.
- Koersschommeling is heftiger, omdat er naar winst wordt gehandeld.

Wat is het doel van het Europese mededingingsbeleid?
Hoe wordt dit uitgevoerd?

1.
- Voldoende concurrentie --> voldoende innovatie --> scherpe prijzen.

2.
- Tegengaan bedrijfsconcentraties.
-  Normering techniek.
-  Normering milieu en gezondheidsregels.
-  Handelsbeleid

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo