Samenvatting Goederenrecht | Pitlo
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Samenvatting Goederenrecht | Pitlo
-
1 Week 1 t/m 7
Dit is een preview. Er zijn 87 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het verschil tussen een absoluut toekomstige zaak en een relatief toekomstige zaak?
Een absoluut toekomstige zaak is een goed dat nog niet bestaat (denk aan een tractor die in elkaar moet worden gezet, een parfum die nog gecreeerd moet worden, de onderdelen die samen een auto moeten vormen).Een relatief toekomstige zaak bestaat daarentegen WEL maar is enkel nog niet in de handen van de vervreemder. -
Kan je beschermd worden als tweede etc. pandhouder zijnde tegen het feit dat er een ouder pandrecht erop rustte?
Duh, art. 3.238. Er is derdenbescherming mogelijk, MITS dat het in casu gaat om een vuistpandrecht, anders heb je een probleem, dus wanneer je een stil pandrecht hebt bedongen, dan wordt je als tweede derde vierde etc. pandhouder zijnde NIET beschermd. -
Wanneer mag de pandhouder mededeling doen?
Alleen wanneer de pandhouder "een gegronde reden heeft om te vrezen dat de debiteur niet meer kan nakomen" -
Kan de verticale natrekking worden doorbroken?
Ja, dat kan door de vestiging van een opstalrecht, art. 5:101. -
Wat gebeurt er als er geen titel is of als de titel vervalt?
Wanneer er geen titel is, dan ontstaat er geen overdracht. Wanneer de titel vervalt, dan wordt de overdracht door middel van terugwerkende kracht ongedaan gemaakt. Echter in geval van ontbindende voorwaarde (art. 3:38 jo. 3:84 lid 4 jo. 6.22), reclamerecht (art. 7:39) en ontbinding (art. 6:269 jo. 6:271) GEEN terugwerkende kracht. -
Wanneer is er sprake van een geslaagde bezitsverschaffing?
Zie art. 3:108. De verkeersopvattingen zijn doorslaggevend, de wil van de partijen is in beginsel irrelevant. -
Wat moet er in de akte van levering (transportakte) op basis van art. 3:89 lid 1 (dus mbt overdracht onroerende goederen) staan vermeld?
Dat haal je uit "daartoe bestemd", dat slaat op de levering. De akte is niet slechts een bewijsmiddel, er dient uit de akte te blijken wie vervreemder en wie verkrijger is en dit moet uidrukkelijk blijken! Lid 2 vereist dat de titel nauwkeurig wordt vermeld, dit is van belang in ons causale stelsel. Ook dient het te leveren goed voldoende te zijn bepaald, op basis van art. 3:89 lid 2 jo. 3:84 lid 2 (specialiteitseis).
Samenspel van titel en levering speelt voornamelijk bij een casus waarbij teveel/te weinig grond is geleverd.
-
Stel de debitor cessus heeft een vordering openstaan bij de vervreemder (cedent), mag hij dit dan met de cedent verrekenen zodat hij minder hoeft te betalen aan de verkijger van de vordering (cessionaris)?
Ja de debitor cessus kan verrekenen, maar dit kan niet van rechtswege (art. 6:127 lid 1). Verklaring van de schuldenaar is vereist. De hoofdregel is dat verrekening is toegestaan indien de tegenvordering VOOR de cessie is opgekomen en opeisbaar is geworden. -
Kan de eigenaar van een gestolen zaak het eigendom overdragen?
Ja dat kan, dit is geregeld in verband met verzekeraars die het eigendom van een gestolen goed in handen willen hebben zodat ze het kunnen revindiceren op het moment dat het goed gevonden wordt.Bezitsverschaffing is niet vereist. Dit moet wel door middel van een akte, zie art. 3:95. -
Waaraan kan je beperkte rechten herkennen?
- Moederrecht en dochterrecht: een beperkt recht is een recht dat is afgeleid uit een meeromvattend recht, hetwelk met dat beperkte recht is bezwaard. Dit beperkte recht noemen we het dochterrecht. Het meeromvattend recht waaruit het is afgeleid, heet het moederrecht. Beperkte zakelijke rechten zijn beperkte rechten die rusten op zaken. Als het beperkte recht teniet gaat, wordt het moederrecht als het ware weer "vol".
- zaaksgevolg: beperkte rechten op goederen zijn absolute rechten. Hierdoor behouden zij hun werking tegen opvolgende verkrijgers onder bijzondere titel van het object van hun recht.
- Moederrecht en dochterrecht: een beperkt recht is een recht dat is afgeleid uit een meeromvattend recht, hetwelk met dat beperkte recht is bezwaard. Dit beperkte recht noemen we het dochterrecht. Het meeromvattend recht waaruit het is afgeleid, heet het moederrecht. Beperkte zakelijke rechten zijn beperkte rechten die rusten op zaken. Als het beperkte recht teniet gaat, wordt het moederrecht als het ware weer "vol".
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden