Klassieke sociologen over sociale ongelijkheid
13 belangrijke vragen over Klassieke sociologen over sociale ongelijkheid
Wat betekent 'structurele ongelijkheid'?
- bestaat relatief onafhankelijk van individuen (en groepen) die er deel van uitmaken. Denk bijvoorbeeld aan de arbeidsmarkt.
Wat zijn sociale klassen? Wat is de voorwaarde die hieraan hangt?
- gemeenschappelijke positie tegenover economische factoren.
- klassensystemen zijn vloeiend, grenzen zijn niet altijd duidelijk. Ook is mobiliteit tussen klassen mogelijk en vaak voorkomend.
- klassensystemen zijn onpersoonlijke vormen van stratificatie.
Wat zijn volgens Marx twee belangrijke bijdragen aan begrip van sociale stratificatie?
- Theorie van kapitalistische samenleving: wat gebeurt er als economie georganiseerd wordt op nastreven van winst en arbeid een marktgoed wordt?
- Theorie van groepsvorming: hoe komen collectieve actoren tot stand?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is commodificatie van arbeid?
Wat zijn 2 voorwaarden voor arbeid als marktgoed?
- Arbeid kan niet volledig gereproduceerd worden via markt (gezin produceert mensen en dus arbeid).
- Arbeid is uniek in capaciteit om nieuwe waarde te genereren door de transformatie van natuur (bijvoorbeeld we maken uit hout boeken).
Wat is meerwaarde en wat is de bron hiervan?
Wat betekent sociale klasse voor Marx?
Wat is de erfenis van Marx (3 punten)?
- Legde basis voor sociologische klassentheorie: eerste om te wijzen op sociaaleconomische fundamenten van sociale ongelijkheid in moderne samenleving.
- bouwde intellectuele fundamenten voor arbeidersbeweging uit en droeg zo bij aan de ontwikkeling van sociale bescherming en democratisering van de economie.
- trok aandacht op diepgaande maatschappelijke consequenties van vermarkting arbeid.
Weber gaat akkoord met Marx over sociaal-economische basis van sociale ongelijkheid in de moderne samenleving, maar verschilt van mening op 2 punten. Welke zijn dit?
- Sociale klassendynamiek: er is geen automatische relatie tussen een gedeelde klassensituatie en klassenactie. Hij verschoof de nadruk van productie van eigendom van productiemiddelen naar marktsituatie (economische basis).
- Relatie tussen sociale klasse en bredere maatschappelijke evoluties: niet uitbuiting, maar rationalisering van de samenleving staat centraal.
Wat is volgens Weber een sociale klasse?
- houdt niet altijd verband met eigendom, kan wel, maar houdt ook verband met competenties, kwalificaties, enz.
- individuele marktpositie bepaalt je levenskansen.
- sociale klasse: de totaliteit van marktsituaties waarbinnen individuele mobiliteit relatief makkelijk en typisch is.
- klassen komen tot stand vanuit gedeelde economische belangen.
Hoe denkt Weber over status?
- verwijst naar positieve/negatieve waardering door anderen, weerspiegelt zich ook in levensstijl.
- *statusgroep: een groep individuen die een specifieke vormvan prestige en maatschappelijke waardering ontlenen aan hun positie.
- statusgroepen hebben de neiging om kansen voor eigen groep te monopoliseren (social closure).
Wat is de relatie tussen sociale klasse en status bij Weber?
- Klassensituatie bepaalt status niet volledig. Rijken zijn misschien zelfs rijk maar hebben volgens het oude geld geen stijl.
- status bepaalt klassensituatie niet. Bijvoorbeeld een prostituee kan lage status hebben maar wel een goede klassenpositie.
Volgens weber zijn er 3 bronnen van stratificatie: klasse, status en macht (politiek). Wat houdt macht in? En wat houdt het begrip partijen in?
partijen: mensen die zich vrijwillig verenigen om controle te verwerven over centra van besluitvorming.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden