Juridische woordenschat - Kenmerken van juridisch taalgebruik

7 belangrijke vragen over Juridische woordenschat - Kenmerken van juridisch taalgebruik

Welke 11 kenmerken zijn er voor juridisch taalgebruik?

  1. Juridische vaktermen.
  2. Archaïsme.
  3. Latijnse en Franse woorden.
  4. Moeilijke, formele woorden.
  5. Vage woordkeus.
  6. Dubbele ontkenning.
  7. Passieve stijl (lijdende vorm).
  8. Naamwoordstijl.
  9. Tangconstructie.
  10. Deelwoordstijl.
  11. Lange, lastige zinnen.

Wat is de oorzaak van vaagheid?

De oorzaak is slordigheid en onzorgvuldig gebruik van verwijswoorden.

Waarvoor zorgt de bedrijvende (actieve) vorm?

Deze zorgt voor vaart in je tekst.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer gebruik je de actieve stijl?

Als het accent van de tekst ligt op de specifieke persoon of instantie.

Wanneer gebruik je de passieve stijl?

Als het accent van de tekst ligt op de zaak zelf of op de belangrijkheid van de mededeling.

Wat zijn nadelen van naamwoordstijl?

  • Zinnen worden langer.
  • Zinnen verliezen hun vaart.
  • Er verschijnen overbodige voorzetsels in de zinnen.
  • Het is niet duidelijk wie 'de handelende instantie' is.

Welke twee soorten deelwoorden zijn er?

  1. Tegenwoordige deelwoorden (zwaaiend).
  2. Voltooide deelwoorden (gewaaid).

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo