Samenvatting: Selectie

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Selectie

• 8.1 How Memory Functions (Encoding)

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 8.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Uit welke drie tijdsperiodes bestaat het geheugen?

  1. Ecoding (inprenteren)
  2. Storage (opslaan)
  3. Retrieval (herhaling)

• Leg uit wat de drie tijdsperiodes van het geheugen inhouden?Encoding, storage and retrieval

  Encoding: input van informatie in het geheugensysteem door automatisch of inspannende verwerking
  
  Storage: permanent opslaan/vasthouden van de input informatie in het geheugen 
  
  Retrieval: informatie krijgen vanuit het het lange termijn geheugen terug naar het bewustzijn

• Op welke manier werkt encoding, de input van informatie in het geheugen, als eerst?

  Wanneer wij zintuigelijke (sensorische) informatie ontvangen uit de omgeving wordt dit door het brein gelabelt of gecodeerd.

• Op welke manier wordt de informatie geordend in ons brein wanneer wij zintuigelijke (sensorische) informatie hebben ontvangen?

  De ontvangen informatie wordt geordend met soortgelijke informatie en nieuwe concepten binden zich met bestaande concepten in het brein.

• Wat houdt semanitic encoding in?

  Het verwerken van informatie/woorden door middel van hun betekenis. Dit is hierdoor beter te verwerken.

• Wat houdt visual incoding in?

  Het verwerken van informatie door middel van afbeeldingen (mentale foto's). Woorden die je je goed kan inbeelden zijn makkelijker te onthouden dan woorden die lastiger in te beelden zijn.

• Wat houdt acoustic incoding in?

  Het verwerken van informatie door middel van geluid, rijm, ritme en muziek.  We verwerken de geluiden die de woorden maken om deze makkelijker te onthouden.

• Hoe kan het dat experimenten (van Chaik en Tulving) hebben aangetoond dat woorden simantisch zijn toegepast beter onthouden werden dan visueel- of audio informatieverwerking (encoding)?Wat was de conclusie van Chaik en Tulving?Simantic encoding, dus het verwerken van informatie door middel van de betekenis van het woord.

  Simantic encoding vraagt een hoger niveau van verwerking dan het oppervlakkige dan het visueel- of audio verwerken van infomatie.
  
  Conclusie: verbale informatie wordt het beste verwerkt op de simantische manier, vooral als er een toepassing is van het zelfverwijzing effect.

• 8.1.1 How Memory Functions (Storage)

  Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 8.1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Het model van Atkinson en Shiffrin, is een model van het menselijk geheugen. Gebasseerd op dat mensen herinneringen op dezelfde manier verwerken als een pc die informatie verwerkt.Welke drie (4) stadia zijn er?

  Zintuigelijke input
  
  1. Sensory Memory (zintuiglijk geheugen)
  2. Short-Term Memory (korte termijn geheugen)
  3. Long-Term Memory (lange termijn geheugen)

• Wat kun je zeggen over de informatieoverdracht met betrekking tot het Atkinsin-Shiffron model of memory?

  De informatie die niet is overgedragen in het zintuigelijke geheugen is weg.
  
  De informatie niet in het korte termijn geheugen is overgedragen is weg en wordt dus niet overgedragen naar het lange termijn geheugen. 
  
  Er moet opnieuw naar de informatie worden gekeken om deze eerst in het korte termijngeheugen te krijgen.