Startpagina / Samenvattingen / Class notes - Seminarium Gedragstherapie / cognitieve-gedragstherapie-therapeutisch

Invloeden vanuit de praktijk; integratie van gedragstherapie met cognitieve therapie

Q: Interventies uit de cognitieve therapie en uit de gedragstherapie zijn heel goed te combineren. Dat maakt het ontstaan van de cognitieve gedragstherapie ook heel logisch. Als de combinatie problemen geeft, dan is dat meestal bij de individuele casus conceptualisatie. Wat is dat? Wat staat centraal en hoe ziet de cognitieve conceptualisatie van emotionele reacties eruit?

I ndividuele casusconceptualisatie = betreft de veronderstelde dynamiek achter de problemen van de patiënt. - Momentane automatische gedachten, voorkomend uit langer bestaande cognitieve schema's, worden uitgelokt door actuele specifieke gebeurtenissen. Die gedachten leiden tot bepaalde (binnen de context doorgaans problematische) emotionele reacties. Daarbij kunnen concrete gebeurtenissen als emotionele reacties de bestaande schema's modificeren. - Bij de gedragstherapeutische conceptualisatie staat de FA centraal. --> Zie foto

5 belangrijke vragen over Invloeden vanuit de praktijk; integratie van gedragstherapie met cognitieve therapie

Hoe kunnen intermediaire en kernopvattingen worden gezien? Hoe gaat dat proces? Noem aan de hand van 4 punten

- Intermediaire en kernopvattingen kunnen gezien worden als de samenvattende beschrijvingen die verwijzen naar impliciete kennis.
- Deze impliciete kennis vormt de cognitieve schema’s.
- Vanuit de automatische gedachten kunnen hypothesen worden opgesteld over de intermediaire en kernopvattingen.
- Bij milde problematiek is het wijzigen van automatische gedachten voldoende. Bij meer complexe problematiek moeten echter ook de intermediaire en kernopvattingen aangepakt worden.

De therapeutische praktijk, de ontwikkelingen in de fundamentele theorievorming over cognities en gedrag en de resultaten uit vergelijkend effectonderzoek hebben ertoe geleid dat cognitieve en gedragstherapie steeds meer met elkaar zijn geïntegreerd. Welke twee dingen kunnen we zeggen over de integratie binnen de therapeutische praktijk?

- Binnen de therapeutische praktijk is namelijk bij alle vormen van cognitieve therapie altijd gebruikgemaakt van gedragsveranderingen om cognitieve veranderingen uit te lokken (denk aan gedragsexperimenten).
- Daarnaast maakten gedragstherapeuten ook allang gebruik van cognitieve interventies. Een verbale cognitieve aanzet was bijvoorbeeld vaak nodig voordat een patiënt durft te beginnen aan exposure-oefeningen.

De therapeutische praktijk, de ontwikkelingen in de fundamentele theorievorming over cognities en gedrag en de resultaten uit vergelijkend effectonderzoek hebben ertoe geleid dat cognitieve en gedragstherapie steeds meer met elkaar zijn geïntegreerd. Welke twee dingen kunnen we zeggen over de integratie van fundamentele theorievorming?

- De fundamentele theorievorming over cognitie en gedrag hebben de twee stromingen ook dichterbij elkaar gebracht. Bijvoorbeeld door het toevoegen van de O-factor aan het S-O-R-model.
- Zelfs een behavioristische methode als de klassieke conditionering bleek een cognitieve kant te hebben. Bij klassieke conditionering vormen mensen namelijk associaties tussen de CS en US/UR-representatie. Klassieke conditionering is dus een leerproces (een cognitief proces).

Welke drie conclusies kunnen we stellen over cognitieve therapie en gedragstherapie?

- Uit vergelijkend effectonderzoek is gebleken dat cognitieve therapie en gedragstherapie ongeveer even effectief zijn.
- Ook is gebleken dat cognitieve therapie leidt tot gedragsveranderingen en dat gedragstherapie leidt tot cognitieve veranderingen.
- Interventies uit de cognitieve therapie en uit de gedragstherapie zijn heel goed te combineren. Dat maakt het ontstaan van de cognitieve gedragstherapie ook heel logisch.

Interventies uit de cognitieve therapie en uit de gedragstherapie zijn heel goed te combineren. Dat maakt het ontstaan van de cognitieve gedragstherapie ook heel logisch. Als de combinatie problemen geeft, dan is dat meestal bij de individuele casus conceptualisatie. Wat is dat? Wat staat centraal en hoe ziet de cognitieve conceptualisatie van emotionele reacties eruit?

Individuele casusconceptualisatie = betreft de veronderstelde dynamiek achter de problemen van de patiënt.
- Momentane automatische gedachten, voorkomend uit langer bestaande cognitieve schema's, worden uitgelokt door actuele specifieke gebeurtenissen. Die gedachten leiden tot bepaalde (binnen de context doorgaans problematische) emotionele reacties. Daarbij kunnen concrete gebeurtenissen als emotionele reacties de bestaande schema's modificeren.
- Bij de gedragstherapeutische conceptualisatie staat de FA centraal.
--> Zie foto

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Seminarium Gedragstherapie

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Invloeden vanuit de praktijk; integratie van gedragstherapie met cognitieve therapie

5 belangrijke vragen over Invloeden vanuit de praktijk; integratie van gedragstherapie met cognitieve therapie

Hoe kunnen intermediaire en kernopvattingen worden gezien? Hoe gaat dat proces? Noem aan de hand van 4 punten

Welke drie conclusies kunnen we stellen over cognitieve therapie en gedragstherapie?

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Invloeden vanuit de praktijk; integratie van gedragstherapie met cognitieve therapie

Class notes - Seminarium Gedragstherapie

Geintegreerde cognitieve gedragstherapie

Wat is wetenschap? een filosofische inleidin…

Neuropsychologie

Biologische en cognitieve psychologie deel 1

Arbeid & organisatiepsychologie deel 1

Biologische en cognitieve psychologie deel 2

Arbeid & organisatiepsychologie deel 2

Sociale Psychologie

Meten en Diagnostiek 2

Vorm en functie

Vorm en functie DT2