Somatosensorisch systeem en proprioceptie; perceptie en pyschofysica

11 belangrijke vragen over Somatosensorisch systeem en proprioceptie; perceptie en pyschofysica

Wat is het haptische systeem?

Dat is de overkoepelende term voor de twee systemen in het lichaam die fysische eigenschappen waarnemen:
  • Cutaan/cutaneous mechanoreceptors: trillingen, druk, huiduitrekking, temperatuur -> mechanoreceptoren in de huid;
  • Proprioceptie: kracht, beweging -> waarneming van het eigen lichaam. 

Welke twee verschillende soorten adaptaties zijn er en wat signaleren ze?

  • Langzaam adapterend: signaleert de aanwezigheid van een stimulus, de vuurfrequentie neemt langzaam weer af en de reactie houdt dus langer aan.
  • Snel adapterend: signaleert een verandering, de vuurfrequentie neemt snel weer af en de reactie houdt maar kort aan ondanks dat de stimulus blijft.

Welke mechanoreceptoren hebben een snelle adaptatie en welke een langzame?

Snel adapterend:
  • Meissner-lichaampje
  • Pacini-lichaampje

Langzaam adapterend:
  • Merkel cell
  • Ruffini zenuwuiteinde
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke mechanoreceptor zit alleen op een gladde huid?

Meissner-lichaampje

Op welke locatie zitten de mechanoreceptoren?

Merkel cell
  • Vingertop
  • Lippen

Meissner-lichaampje
  • Vingertop
  • Lippen
  • Oogleden

Pacini-lichaampje
  • Handen
  • Lippen

Ruffini zenuwuiteinde
  • Handen
  • Lippen
  • Gewrichten

Welke mechanoreceptoren hebben een groot receptief veld en welke een kleine?

Groot:
  • Pacini-lichaampje
  • Ruffini zenuwuiteinde

Klein:
  • Merkel cell
  • Meissner-lichaampje

Waar gaat de sensorische homunculus over en wat representeert het?

Sensorische homunculus: gedeelte over waarneming -> hoofd en handen (met name vinger) belangrijk, hebben dus een grote representatie.

Waar gaat de motorische homunculus over en wat representeert het?

Motorische homunculus: aansturing van de spieren -> duidelijk andere delen belangrijker.

Wat doe je bij grootteschatting (magnitude estimation)?

Schatten van de grootte/sterkte van de stimulus, hoe voelt het? Resultaat: er is niet altijd een lineair verband tussen stimulus en waarneming. We zijn niet voor iedere stimulusintensiteit even gevoelig.

Wat doe je bij matching (matching task)?

Kiezen van de teststimulus die qua lengte/grootte/gewicht/kleur, etc. Zoveel mogelijk lijkt op de referentiestimulus. Het meten van de drempels vanaf waar verschil in bijvoorbeeld de grootte van stimuli te voelen is, geeft een indicatie van de grootte van receptieve velden.

Wat doe je bij discriminatie (discrimination task)?

Welke van de twee stimuli is groter/langer/harder? Onderzoeken van de drempel én een verband tussen stimulus en waarneming. Ook hier geen stapfunctie maar een psychometrische curve. Dit duurt echter heel lang. Discrimination threshold: 84%

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo