Samenvatting: Sociale Psychologie 096F99-0520
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Sociale Psychologie 096F99-0520
-
1 Sociale psychologie een inleiding
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
1.3 Tweede wereld oorlog nieuwe onderzoeksimpuls
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Welke twee experimenten stonden aan de basis na de WO2?
Stanford prison-experiment van Zimbardo / autoriteit van Milgram ook gewone mensen ook slechte kanten -
3 Waarneming en beinvloeding
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
3.3 wat is de oorzaak van iemands gedrag? causale attributie
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is correspondente gevolgtrekkingen?
Correspondente gevolgtrekkingen zijn conclusies die je kunt trekken op basis van overeenkomsten tussen verschillende onderwerpen of situaties.
corresponderende eigenschappen afleiden uit gedrag Johan koopt biologische producten, dus hij is milieubewust. Klaas dringt voor, dus hij is onfatsoenlijk. -
Welke situaties hebben gevolgen voor correspondente gevolgtrekkingen?
- 1. Keuzevrijheid van de actor gedwongen iets te doen, zegt weinig over persoon.
- a. Neiging om keuzevrijheid te overschaten en meer gedrag toe te wijzen aan persoon
- 2. Sociale wenselijkheid van gedrag gedrag dat vaak voorkomt en sociaal wenselijk is, zegt weinig over eigenschappen van de persoon
- a. Als je tegen sociale normen ingaat worden er wel corresponderende gevolgtrekkingen gemaakt – negatief gedrag dat van de norm afwijkt
- 3. Effecten van gedrag kunnen veel redenen zijn, pas als iets structureel gebeurt, kan je er wat van zeggen
-
Wat zijn oorzaken in ontstaan van fundamentele attributiefouten?
- Gebrek aan bewustzijn
- Situationele oorzaken zijn onzichtbaar
- Verschillende beperkingen van de situatie door de war halen (onderschat moeilijkheid van de taak
- Psychologische beperkingen mensen verwarren instructies met sociaal gewenst gedrag
- Onrealistisch hoge verwachtingen
- Invloed die situatie uitoefent op persoon wordt onderschat (zenuwachtig)
- Kracht van de situatie wordt overschat en daardoor hoge verwachtingen ontstaan
- Opgeblazen categorisaties van gedrag
- False-consensus-effect = aantal mensen dat net zo denkt als jij overschatten
- Onvolledige correcties van dispositionele gevolgtrekkingen (attributies op basis van gedrag)
-
Wat is een verklaring voor fundamentele attributiefout?
onvolledige info / meest zichtbaar, eenvoudig prototype, stereotyperen- Self-serving bias – vorm van fundamentele atributiefout
- Winnen omdat je goed bent en verliezen omdat je pech had
- Actor-observer bias – dingen die anderen overkomen ligt aan persoonlijkheid en als je iets zelf overkomt ligt het aan situatie (zelfbescherming)
-
3.4 autoriteit en gehoorzaamheid
-
Welke zaken spelen mee om de bereidheid van een autoriteit te gehoorzamen?
- Of mensen zich kunnen identificeren met autoriteit en doeleinden die worden nagestreefd
- Mensen moeten ervan overtuigd zijn dat autoriteit gelijk heeft
Stanford-prison experiment Zimbardo en zijn team- Onderzoek waar Zimbardo wilde aantonen dat ieder van ons tot iets slechts in staat is
- Gevangenis-setting
-
4 Besluitvorming, keuzes maken, wat is bepalend voor gedrag?
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4
Laat hier meer flashcards zien -
4.1 attitides
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het model van Ajzen van gepland gedrag?
je intentie (wat je van plan bent) is de beste voorspeller van je gedrag- Overtuigingen ATTITUDE
- Overtuigingen en evaluaties daarvan (optelsom van voordelen en nadelen)
- Attitudeambivalentie – meerdere overtuigen die elkaar tegenspreken
- Overtuigingen SOCIALE NORM
- Stimulerende of remmende werking van de sociale omgeving
- Referentieopvattingen – wat iemand denkt dat de personen vinden in omgeving (normatieve overtuigingen)
- Overtuigingen WAARGENOMEN GEDRAGSCONTROLE
- Mate waarin men denkt het daadwerkelijk uit te kunnen voeren Deze 3 factoren leiden tot je INTENTIE
-
Wat zijn vertekeningen in gepland gedrag?
- Eenzijdige
aandacht voor dekortetermijnconsequenties (milieu ,emotie ) Verkeerde inschatting bij sociale norm (false-consensus -effect)-
Social media versterkt dit proces (extremisme –terrorisme enz.) Illusie van controle – meer controle over het leven dan in werkelijkheid het geval
- Eenzijdige
-
4.2 beslissen en kiezen
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is beschrijvende besliskunde?
achterhalen hoe mensen daadwerkelijk besluiten nemen -- Ontstaan doordat mensen in het maken van keuzes niet de rationele paden volgen die je zou nemen bij normatieve besliskunde (loterij)
-
Wat gebruiken mensen vaak in plaats van normatieve modellen?
heuristieken (vuistregels) op basis waarvan je snelle besluiten kunt nemen
Heuristieken – vuistregels – gebruikt men als ze de complexiteit van een keuze niet kunnen overzien
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden